sproken, al is hij bij veel sprekers wel degelijk hoorbaar, zeker als ze nadrukkelijk voorlezen. Door die n te coderen als een klank die kan wegvallen in de uitspraak, ontstaat ook de mogelijkheid om op basis van dezelfde code bewust voor een afwijkende weergave te kiezen. Zo is er op advies van de hoofdredacteur van de Van Dale Handwoordenboeken Frans bewust voor gekozen om de slot-n af te zwakken in de editie die in Frankrijk bij uitgeverij Le Robert verschijnt. Wie zich voorstelt hoe een Fransman ons woord lopen uitspreekt, begrijpt dat de notatie [lopә(n)] een didactisch doel dient.
Voor het Basiswoordenboek van Van Dale, bedoeld voor onervaren woordenboekgebruikers op de basisschool, is niet gebruikgemaakt van het IPA, maar van een notatiesysteem dat zo veel mogelijk aansluit bij de Nederlandse uitspraakregels en minimaal gebruikmaakt van bijzondere symbolen. Wij spreken van het ‘wat & hoe-systeem’, omdat het wordt gebruikt in de taalgidsen van die naam. Ook die weergave kan eenvoudig worden afgeleid van de klankcodering. Dus ook al zien ['kεntekә(n)] en [kenteeken] er heel verschillend uit, ze zijn weergaven van dezelfde onderliggende codering voor de klanken.
En ten slotte kan straks in een elektronisch woordenboek een keuzemenu worden opgenomen waarin de gebruiker de mogelijkheid krijgt om zelf in te stellen welke klanken hij hoorbaar wil maken. Dus of hij zijn woordenboek wil laten spreken als een ouderwetse schoolmeester die een dictee voorleest, of net zo ‘onverzorgd’ als hijzelf.
Dit jaar zal bij Het Spectrum het genoemde uitspraakwoordenboek (van de hand van Josée Heemskerk en Wim Zonneveld) verschijnen.
Twee notatiesystemen
|
voorbeeld |
IPA |
wat & hoe
(Van Dale) |
|
velen |
'velәn |
veelen |
vellen |
'vεlәn |
vellen |
villen |
'vIlәn |
villen |
vielen |
'vilәn |
vielen |
vallen |
'vαlәn |
vallen |
vale |
'valә |
vaale |