Protesten tegen afwijzen dialectsprekend personeel
In juni van dit jaar kreeg een vrouw uit de Achterhoek te horen dat ze niet was aangenomen als stewardess bij de KLM omdat ze een oostelijk accent heeft. De KLM verklaarde dat een regionale tongval op zichzelf geen probleem hoeft te zijn, maar dat die ‘in verband met de gewenste verstaanbaarheid niet te geprononceerd’ mag zijn.
Op de ‘verstaanbaarheid’ van de sollicitante bleek niet zoveel aan te merken te zijn, en daarom ontstond er nogal wat verontwaardiging. De SONT (de Federatie van Streektaalorganisaties in het Nedersaksisch Taalgebied) protesteerde meteen bij de KLM, en ook de eminente dialectologe Jo Daan besloot het er niet bij te laten zitten. Samen met L. Jansma, directeur van de Fryske Akademy, riep ze minister Sorgdrager van Justitie op een einde te maken aan dit soort discriminatie op grond van accent. De brief ging ook naar alle colleges van Provinciale Staten in Nederland.
De minister heeft inmiddels geantwoord; ze gaat over de kwestie nadenken. Maar de actie heeft intussen ook een ander vervolg gekregen. Net als eerder de SONT vroeg de Frysk Nasjonale Partij (FNP) de KLM per brief om opheldering; zij vond dat het bedrijf zich behalve aan taaldiscriminatie ook schuldig had gemaakt aan het schenden van de rechten van de mens. De FNP kreeg ongeveer hetzelfde antwoord als de SONT (‘de verstaanbaarheid van het cabinepersoneel staat voorop’), maar nam daar geen genoegen mee. Volgens de FNP ontkent de KLM haar ‘discriminatoire aannamebeleid’ niet. De partij eist in een tweede brief dat de KLM dat beleid verandert. Zo niet, dan zal de kwestie worden voorgelegd aan het bureau taaldiscriminatie in Leeuwarden.
Bronnen: NRC Handelsblad, Friesch Dagblad, 22-9-1997