Geschiedenis op straat
Doodweg
Riemer Reinsma
Onze voorouders uit de voorchristelijke tijd koesterden een heilige angst voor de geesten van hun dierbare - of niet zo dierbare - overledenen. Ze waren bang dat de schim van de dode naar huis terug zou keren. Om te voorkomen dat de overledene de weg naar het kerkhof al te goed zou kennen en daarlangs terug zou komen, reed de stoet via een weg die uitsluitend voor dit doel bestemd was, de Doodweg of Lijkweg. Een weg met die naam was dus speciaal bestemd voor begrafenisstoeten.
Het heidense bijgeloof omtrent de doodwegen heeft zijn bestaan lang weten te rekken. De kerkelijke autoriteiten waren daar uiteraard niet blij mee. Zo stond in een resolutie van een Drentse synode uit 1697 de verzuchting: ‘Hoe af te brengen de superstitie, dat men in 't brengen van de dooden naa 't kerkhof de oude rheewegen gebruict?’ Toch wist de traditie zich tot in de twintigste eeuw te handhaven. Waarschijnlijk was dat mede mogelijk doordat de doodwegen, juist omdat ze speciaal voor begrafenissen gebruikt werden, iets onheilspellends kregen. Dat versterkte weer de neiging om ze uitsluitend voor dat doel te blijven gebruiken.
Twee van de weinige doodwegen die deze naam nog steeds dragen, liggen in Hilversum en het aansluitende deel van Laren. Beide leiden naar het Sint-Janskerkhof bij Laren. Het kerkhof was bestemd voor overledenen uit Laren zelf, maar ook uit Bussum en Hilversum. Op de kaart zijn de twee begrafenisroutes nog steeds goed te volgen: vanuit het kerkhof loopt een Doodweg in noordwestelijke richting (naar Bussum), terwijl de andere in westelijke richting naar Hilversum gaat. Deze route eindigde oorspronkelijk in 's-Graveland, maar alleen het gedeelte tot dicht bij de gemeentegrens van 's-Graveland heet Doodweg. De Hilversumse weg voert kilometers lang door hei en bos, al scheert hij ook langs de rand van een twintigste-eeuwse woonwijk. Intact is hij niet meer: hier en daar heeft het oprukkende bos een stuk veroverd, een weg- en een spoorwegkruising hebben het tracé onderbroken, en een deel draagt tegenwoordig een andere naam (Boslaan). De ironie wil dat de Doodweg daarmee beter dan ooit aan zijn doel beantwoordt: de kans dat de afgestorven zielen de weg naar hun angstige nabestaanden zullen terugvinden, is kleiner dan ooit.
Uit: plattegrond Hilversum/Het Gooi.
Uitg. N.V. Falkplan-CIB