| |
| |
| |
Taalergernissen
■ Niks ‘jan zei van...’
F. Abell - Den Haag
Met verbazing (als eufemisme voor ‘afschuw’) moet ik vaststellen dat werkwoorden die een zintuiglijke waarneming uitdrukken, zoals zien, horen, denken, zeggen, in een groeiende kring van gebruikers worden gevolgd door van. Het lijkt te behoren tot het eigentijdse ABN dat niet alleen wordt gebezigd door de snelle meisjes en jongens van radio en televisie, maar ook door volksvertegenwoordigers, ministers, vakbondslieden en wat dies meer zij, met inbegrip van leerkrachten.
Als zeventigjarige denk ik met weemoed terug aan mijn strenge juf in de vierde klas van de lagere school in Indië, die haar negenjarige leerlingen van verschillende landsaard in de ‘taalles’ leerde: Jan zei. Dubbele punt. Aanhalingstekens openen. Het regent. Punt. Aanhalingstekens sluiten. Per onderdeel tikte zij met de stok de op het schoolbord geschreven zin aan en wij dreunden het geleerde klassikaal op. Niks Jan zei van of Piet dacht van!
| |
■ Wanstaltig engels
P.J.M. van Kester - Poeldijk
De ‘Engelse ziekte’ neemt nog steeds toe. Zelfs in Onze Taal voeren lezers een discussie over de vraag hoe gedeletet moet worden geschreven. Waarom niet gewoon het woord uitwissen gebruiken? Onlangs zag ik de volgende zin: ‘Ik ben geheadhunterd door een speciaal daartoe aangewezen organisatiebureau.’ Een echte minnaar van de Nederlandse taal zal dit soort wanstaltige woorden zo veel mogelijk vermijden.
| |
■ Een stuk kouder
G.J. van den Broek - Valkenswaard
Als er een temperatuurstijging van bijvoorbeeld 4 naar 9 graden Celsius wordt verwacht, dan voegen onze weermannen daar meestal aan toe dat het dus een stuk wanner zal worden. Als er een daling van de temperatuur van bijvoorbeeld 28 naar 23 graden Celsius in het vooruitzicht wordt gesteld, dan wordt het daartegenover volgens hen dus een stuk kouder. Door de vergrotende trap te gebruiken gaan de weermannen ervan uit dat 4 graden Celsius warm is (warm-warmer) en dat 28 graden Celsius koud is (koud-kouder).
Weliswaar zijn koud en warm relatieve begrippen, maar ik meen toch dat Nederlanders een temperatuur van 4 graden Celsius in het algemeen als koud en 28 graden Celsius als warm zullen ervaren. Bij de in deze voorbeelden verwachte temperatuurveranderingen zou volgens mij daarom gesproken moeten worden van respectievelijk ‘minder koud’ en ‘minder warm’.
| |
■ Uw nummer wijzigt (zichzelf?)
Ir. J.A. Klaassen - Waalre
Koninklijke PTT Nederland heeft miljoenen vouwbladen verspreid betreffende een aanstaande wijziging van telefoonnummers op 1 oktober. De begeleidende brief vangt aldus aan: ‘De wereld om ons heen verandert snel. Zeker op het gebied van telecommunicatie. Om u in de toekomst goed van dienst te kunnen zijn, moeten wij nu al inspelen op alle komende nationale en internationale ontwikkelingen.’
De geduldige lezer weet nu nog steeds niet wat het doel van de brief is. Dat wordt echter aangekondigd in de volgende zin: ‘Dit betekent onder meer dat vrijwel alle telefoonnummers in Nederland zullen moeten wijzigen.’
Daarmee wordt de vakkundig opgevoerde spanning ontladen. Helaas is de schrijver minder kundig in het Nederlands. Telefoonnummers wijzigen namelijk niet, zij worden gewijzigd. Het is de PTT die wijzigt. Het vouwblad begaat dezelfde fout: ‘Daaraan wijzigt in 1995 niets meer (...) Wat moet u doen als uw telefoonnummer niet wijzigt?’
Onzorgvuldig taalgebruik wordt in Nederland zo onder miljoenen mensen verspreid.
| |
■ De Engelse ziekte
Dr. S. Berreklouw - cardioloog, Amsterdam
Algemene beschrijving
In september 1944 een goedaardige infectie, overgegaan in een levensgevaarlijk ziektebeeld. Steeds meer Engels nestelt zich in de nieuwe gastheer, die daardoor geremd wordt in zijn natuurlijke ontwikkeling. De infectie wordt in stand gehouden door zwak patriottisme.
| |
Stadia
De infectie kent drie hoofdvormen:
1. | Ongewijzigd overnemen: trade center, trouble shooting. |
2. | Leenbetekenissen opnemen: character (‘teken, cijfer, persoon’) wordt onjuist vertaald met karakter, waardoor het Nederlandse woord er een Engelse betekenis bij krijgt. Family wordt familie in plaats van gezin. |
3. | Letterlijk vertalen van Engels idioom: kleine uurtjes, een week te gaan, getint glas, wereldwijd. |
| |
Ziekteverloop en prognose
De infectie neemt toe door media en toerisme. De afloop is nog niet te voorspellen; mogelijkheden variëren van ‘geheel uitsterven’ tot ‘minstens vele littekens veroorzaken’.
| |
Therapie
Wil men behandelen/is het de moeite waard dit leven te rekken? Zo ja, dan de weerstand verhogen door een goede diagnostiek en door te waarschuwen voor de symptomen. Noodzakelijke Nederlandse alternatieven voorschrijven. Gemakzucht vormt een gevaar voor de behandeling.
| |
Toepassing
ANGLICISME |
ALTERNATIEF |
actueel |
tegenwoordig |
beste ooit |
beste aller tijden |
controleren |
beheersen |
cruciaal |
beslissend |
divisie |
afdeling |
dramatisch |
fors, drastisch |
gelimiteerd |
beperkt |
link |
verband |
operatie |
onderneming |
relaxen |
zich ontspannen |
runnen |
leiden |
service |
dienst |
staan voor |
betekenen |
gaan voor |
ergens z'n best voor |
|
doen |
| |
■ Nemen en brengen
P. Waelput - Schiedam
Bij het gebruik van de werkwoorden meebrengen en meenemen doet zich tegenwoordig een merkwaardig verschijnsel voor. Boven de grote rivieren is het woord meebrengen zo goed als verdwenen;
| |
| |
men gebruikt daarvoor - ten onrechte - meenemen. Toch bestaat er een wezenlijk verschil tussen beide woorden.
Voorbeeld: A tot B: ‘Ga je naar Spanje?’ B: ‘Ja.’ A: ‘Ach, wil je iets voor me meenemen?’ Dit betekent vanuit Nederland naar Spanje, dus weg van de spreker (Frans: emporter). Vraagt A echter aan B: ‘Wil je iets voor me meebrengen?’, dan is dat vanuit Spanje naar Nederland, dus naar de spreker toe (Frans: apporter).
Op radio en tv wordt deze fout veelvuldig gemaakt. Zo sprak Adriaan van Dis, jaren geleden, tot de kijkers - wijzend op een stapel boeken - ‘Zo, ik heb hier wat boeken meegenomen.’ Dat moest natuurlijk meegebracht zijn.
In Vlaanderen wordt deze fout over het algemeen niet gemaakt.
| |
■ Opstarten
C. Kostelijk - Heiloo
‘Een bedrijf, een school, een project, een happening, een tijdschrift, een bouwwerk, een onderzoek, een afdeling, een studierichting, een concert, een programma, handelsactiviteiten, een rechtsgeding, een systeem, een archief, enzovoort: alles wordt tegenwoordig opgestart.’ Dit schrijft Paul de Wispelaere op blz. 206 van zijn dagboek Het verkoolde alfabet (1992). Hij dacht hierbij aan Vlaanderen, maar ook in Nederland is de expansie van dit springlevende passe-par-tout-werkwoord enorm.
Moge het teruggedrongen worden naar de taal van de kerncentrales, waar het thuishoort. Wat mankeert er aan de werkwoorden beginnen, oprichten, inrichten, opzetten, organiseren, openen, stichten en instellen?
| |
■ Geen plek voor plaats?
Jos Govers - Sassenheim
Het valt mij op dat het woord plaats steeds vaker vervangen wordt door het woord plek. Veel media hebben gekozen voor plek en het blijkt bij de taalgebruiker dan ook al helemaal ingeburgerd te zijn. Al met al wordt het wel knap plekkerig om mij heen.
De besmetting leidt vaak tot absurditeiten, en het misbruik lijkt onuitroeibaar. Enkele citaten uit kranten en radiointerviews:
- | duidelijk, dat je daar niet op je plek was |
- | er zijn inderdaad heel veel plekken die hij vandaag bezoekt |
- | we doen de kaart op een willekeurige plek in het spel terug |
- | is er een plek voor mij vrijgehouden? |
- | het vraagt niet veel plek |
- | er is geen plek meer in de zaal. |
Toegegeven, Van Dale is veel ruimhartiger dan ik. Daar kun je alle kanten mee uit. Maar het woordje plek heeft, hoe je het ook wendt of keert, toch ook zijn eigen, specifieke betekenis, zeer zeker als verkleinwoord plekje.
Moet ik vrezen voor toekomstige samenstellingen als plekkaartje, plekbewijs, plekbespreking, parkeerplekken, of ...op de plek, rust? En werkwoorden als een meubel verplekken, iets niet kunnen plekken, overplekken, doorplekken, afplekken, enzovoort?
Eerlijk gezegd vind ik deze ontwikkeling buitengewoon hinderlijk en bedreigend. Of zijn mijn duidingen misplekt?
| |
■ Tot (nooit) ziens!
Mw. J.W. Nijmeijer - Zeist
Ook mij moet iets van het hart. Ik kan me soms ergeren aan personen op tv, zoals sommige reporters of ‘quizmasters’, die ‘tot ziens’ zeggen tegen de kijkers, mensen die ze niet zien en waarschijnlijk nooit zullen zien. Ben ik de enige die zich daaraan ergert?
| |
■ Misbruikte stijlfiguur
C.A. Emmens - Middelburg
Hoewel het verre van mij is mij als modaal taalgebruiker te mengen in de hoogstaande polemieken in de kolommen van Onze Taal, wil ik deze gelegenheid toch benutten om u deelgenoot te maken van mijn ergernis over een stijlfiguur die in de rubriek ‘Taalergernissen’ regelmatig voorkomt, namelijk het al dan niet humoristisch bedoelde gebruik van die taal- of stijlfout aan het slot van een betoog waarin men juist fulmineerde tégen het gebruik daarvan. Het zou meer voor de hand liggen de gewraakte fout demonstratief te vermijden. Mij dunkt dat ook dan, met een klein surplus aan creativiteit, leukere slotzinnen te bedenken zijn.
| |
■ Doe dat toch niet!
W. Neijboer - vertaler, Alkmaar
Waaraan ik me erger? Aan de wijze waarop sommigen hun ergernis tot uiting brengen. Zo hindert het de heer Smeets (Onze Taal april 1994) dat het woord ontzettend te pas en te onpas wordt gebruikt. Zijn stukje begint met: ‘Tegenwoordig neemt men ontzettend vaak het woord ontzettend in de mond’ en eindigt met ‘Het is werkelijk ontzettend, deze taalmishandeling.’ Kees Stiphorst stoort zich in hetzelfde nummer aan het verdwijnen van de r ten faveure van de j, en vervangt in zijn hele stukje alle r's door j's. Ten slotte ergert de heer De Frankrijker zich in dat nummer aan ten onrechte gescheiden samenstellingen zoals braad worst en motor olie. Hij besluit zijn terechte klacht met te zeggen dat hij er stapel gek - in twee woorden! - van wordt.
Het is natuurlijk heerlijk dat Onze Taal de lezers een podium biedt om taalleed te spuien. Maar waarom worden de stukjes ergernis zo vaak afgesloten of geheel doordrenkt met datgene waaraan men zich zo ergert? Doe dat toch niet! Je eet toch ook geen tomaten als je ze niet lust?!
‘Genootschap, doe er iets aan!’
|
|