● Laf gerammel
De eerste keer, voor zover mij bekend, dat de dwaze regel op papier gezet is (ik bedoel dus: de taalregel om 1 te verkiezen boven 2), is in 1811. Weiland schrijft dan in deel 11 van zijn Nederduitsch taalkundig woordenboek over waarmee, enz.: ‘Deze zamenstellingen mogen niet weder gescheiden worden, gelijk in de spreektaal doorgaans geschiedt, en zelfs bij anders goede schrijvers dikwerf aangetroffen wordt.’ Maar al in 1826 veegt Bilderdijk, terecht, de vloer aan met dit voorschrift. In zijn Nederlandsche Spraakleer spreekt hij namelijk over ‘het van een scheiden der voornaamwoorden van hun nasleepend van, aan, door, bij, mee, in; 'tgeen de Fransch of Latijn nabootsende pedanterie met grote zorgvuldigheid als
Het verkeerd begrijpen van een spellingregel kan geleid hebben tot een onbegrijpelijke en zelfs averechtse taalregel.
een misdaad van Staat tracht te ontwijken, om dat bij voorbeeld 't Latijn cuius, unde, hinc, inde, en 't Fransch dont, duquel, auquel zegt. De ware Hollander zegt, WAAR ik zeer VAN verwonderd was, WAAR ik mij hartelijk IN verheugde; WAAR ik OM gehaat werd; (...) en dwaaslijk willen de schoolvossen van de latere tijden WAARVAN ik verwonderd was, WAAROVER ik verblijd was, WAARIN ik mij verheugde (...) enz. Laf gerammel van die noch gehoor, noch gevoel, noch verstand hebben voor de samenvlechting eener rede! Niet dat het waaraan, (...), waardoor, in zich-zelfs kwaad is, maar zich daaraan te binden is stijve eenvormigheid.’