● Wat is waarheid?
Binnen de taalkunde kunnen verschillende disciplines worden onderscheiden. Een ervan is de semantiek, de discipline die zich bezighoudt met de betekenis van woorden en taaluitingen. In de semantiek wordt een heel instrumentarium van wiskundige noties gebruikt, in het bijzonder noties die afkomstig zijn uit de verzamelingenleer. Met behulp van deze noties zijn semantici er de laatste jaren in geslaagd een fundamenteel inzicht te verwerven in de betekenis van een bepaalde groep woorden, de zogenoemde kwantoren. Kwantoren zijn woorden als alle, enkele, minstens drie, de meeste, beide, enz. Deze woorden hebben met elkaar gemeen dat hun betekenis iets met ‘tellen’ te maken lijkt te hebben. Dit intuïtieve idee is in de semantiek in wiskundige termen gegoten.
In de semantiek gaat het erom de waarheid van een zin met betrekking tot een bepaald gespreksdomein te bepalen. Stel, Jan Engelsman en ik staan in een boomgaard. Jan zegt tegen mij: ‘Alle appels blozen.’ Ik kan vervolgens vaststellen of Jan de waarheid heeft gesproken door na te gaan of het inderdaad zo is dat alle appels in ons gespreksdomein, de boomgaard, de eigenschap hebben dat ze blozen. In termen uit de verzamelingenleer: ik ga na of de verzameling appels een deelverzameling is van de verzameling blozenden. Als dat het geval is, is de uitspraak waar. In alle andere gevallen is zij onwaar. In het algemeen kunnen we zeggen: de waarheid van een zin met daarin een kwantor wordt bepaald door de relatie die bestaat tussen twee verzamelingen: de verzameling die een afspiegeling is van het naamwoord uit de zin (hier: appels) en de verzameling die een afspiegeling is van het werkwoord (hier: blozen).
Op dezelfde wijze kunnen we ook de waarheidsvoorwaarden voor de andere kwantoren definiëren. Stel dat Jan had gezegd: ‘Enkele appels blozen’. Jan had in dat geval een ware uitspraak gedaan als de doorsnede van de verzameling appels en de verzameling blozenden twee of meer elementen had bevat.
We kunnen de waarheidsvoorwaarde van enkele als volgt verbeelden. In het plaatje duidt A de verzameling appels aan, B de verzameling blozenden en is G het gespreksdomein.
Wanneer de stand van zaken in het gespreksdomein is zoals in het plaatje is afgebeeld, dan is de zin Enkele appels blozen waar.