Amerikaans procédé
Enig inzicht in de schrijfopleiding in de Verenigde Staten geeft het boek Hoe schrijf ik een goed verhaal?
(Utrecht/Antwerpen, 1985). De auteur, Damon Knight, is schrijver van science-fictionverhalen, maar ook docent schrijven aan de universiteit van Michigan. Meteen valt in dit boek de aandacht op voor het proces dat de schrijver moet doorlopen om tot een eindprodukt te komen. En dan niet alleen het proces van idee tot uitgeschreven verhaal, maar ook het proces om schrijver te worden. In het eerste hoofdstuk gaat het over het ontwikkelen van schrijftalent met oefeningen om te leren zien, horen en voelen en om gebruik te kunnen maken van herinneringen en het onderbewuste. In zo'n opsomming klinkt het misschien wat vaag, maar dit hoofdstuk lijkt in elk geval te raken aan het tot nu toe ongrijpbaar gebleven aspect van fantasie en talent.
In het vervolg wordt de lezer door het schrijfproces geleid via hoofdstukken als Van idee tot verhaal, Een verhaal beginnen en Een verhaal in de hand houden. In deze hoofdstukken komt heel wat theorie over opbouw en uitschrijven aan de orde. Het gaat over thema, structuur, conflict en intrige. Over tijd, ruimte, gezichtspunt van de verteller, dialogen en nog veel meer. Maar al die informatie wordt steeds gekoppeld aan de vele beslissingen die een schrijver nu eenmaal moet nemen op weg naar het definitieve verhaal. Zo vinden we bijvoorbeeld - net als in Schrijven - de tip om van tevoren de personages van het verhaal uitgebreid te beschrijven. Hier is het echter vooral een methode voor de schrijver zelf om duidelijkheid te krijgen over zijn verhaal. Door personen en ook tijd, ruimte en achtergronden van tevoren te specificeren, brengt de schrijver beperkingen aan waardoor het verhaal meer richting krijgt.
Het boek lijkt ook heel bruikbaar omdat er tussendoor allerlei oefeningen zijn opgenomen in deelaspecten van het schrijven. Als men het tenslotte ergens over eens is, dan is het wel dat schrijven vooral geleerd wordt door het veel te doen. Daarnaast is er veel aandacht voor beginnersfouten en -problemen en hoe die zijn op te lossen of bij te stellen. De laatste hoofdstukken zijn gewijd aan praktische zaken als het afwerken van het manuscript, de problemen een verhaal gepubliceerd te krijgen, en andere lasten en lusten van het leven als schrijver.
Of een ieder die dat wil, met dit boek op de schrijftafel uiteindelijk komt tot het definitieve meesterwerk, is een andere vraag. Op sommige aanwijzingen valt best iets af te dingen. Zo heb ik wat moeite met wat als de vaste elementen van een intrigeverhaal wordt opgesomd. Zo'n verhaal zou volgens Knight moeten bestaan uit een hoofdpersoon in wie de lezer zich kan verplaatsen en een dringend probleem. Het verhaal bestaat verder uit de pogingen het probleem op te lossen die de situatie nog hopelozer maken; de crisis, dat is een laatste kans om het probleem uit de wereld te helpen; en ten slotte de oplossing, teweeggebracht door de moed of vindingrijkheid van de hoofdpersoon. Zo'n vast stramien maakt verhalen wel erg voorspelbaar.
Aan de andere kant werkt het wel; dat kan iedereen nagaan bij het zien van een willekeurige aflevering van een Amerikaanse tv-serie.
En - eerlijk is eerlijk - in de inleiding van het boek waarschuwt Knight zijn lezers ervoor alle al te vaste regels te wantrouwen, ook die in het boek zelf. Dat lijkt tot nu toe, samen met de vermaning om vooral veel te schrijven, een regel die aankomende schrijvers in elk geval ter harte kunnen nemen.