Zoete en zure limoenen
De zoete limoen is inheems in vele landen van het Midden- en het Verre Oosten. Het is een vrucht zo groot als een sinaasappel, met een vaalbleke kleur en een nietszeggende, laffe smaak. Bij Europeanen is deze vrucht nooit populair geweest (‘an insipid fruit’ - Yule & Burnell, 1886). Het had dus geen zin deze vrucht in Zuid-Afrika te introduceren.
In veel talen benadrukt men het zure karakter van de limoen. Net als de Engelsen (sour lime) spreken ook de Perzen van limu torsh. Ze willen natuurlijk niet per ongeluk zo'n akelige zoete limoen voorgeschoteld krijgen! Ook de botanici onderscheiden Citrus medica, variant acida, tegenover de laffe variant limetta.
In vroege Arabische teksten komt allaimūn voor (Ibn Batūta, ca. 1333). Meestal wordt aangenomen dat dit woord in de Moorse tijd het Spaanse limon en het Portugese limaõ opleverde. Ons limoen kregen wij via het Frans.