Onze Taal. Jaargang 55
(1986)– [tijdschrift] Onze Taal– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 88]
| |
PCUdB■ Voor mij ligt een briefkaart, gedateerd 29-12-1985. Rijkelijk laat om op te antwoorden, zult u wellicht zeggen. Dat wel, antwoord ik dan, maar u moet wel bedenken dat deze brief niet eerder dan in het mei-nummer beantwoord had kunnen worden (zie bij eventuele nieuwsgierigheid uwerzijds mijn excuses in het mei-nummer). ■ En daarbij moet u bedenken dat het voor mij nog steeds april is, wat de zaak alweer aanvaardbaarder maakt. ■ Welnu, de briefkaart in kwestie is van A.C. uit de provincie Antwerpen (naam en adres bij de redactie bekend), meldende dat een vriend van A.C. en hij de vooravond van de bovengenoemde datum een hevige discussie hadden gevoerd over het subtiele verschil tussen tonifiëren en tonificeren. (Vergelijk falsifiëren versus falsificeren.) ■ Nu blijkt dat de driedelige Van Dale geen van beide woorden kent, uitsluitend toniseren (toniseerde, heeft getoniseerd): tonisch (2) werken op; opwekken, stimuleren). De Hedendaagse kent zelfs dit woord niet. ■ Ik wil gaarne in deze zaak als arbiter optreden, en stel voor dat in de toekomst tonifiëren uitsluitend mag worden gebezigd in de betekenis van tonisch (2) werken op (en natuurlijk uitsluitend door mensen die het verschil kennen tussen tonisch (1) en tonisch (2), terwijl tonificeren exclusief gebruikt zal worden in de betekenis van: opwekken, stimuleren door middel van een tonisch (1) middel. ■ Natuurlijk komt dit in normale situaties niet voor; tonisch (1) blijkt namelijk iets te betekenen in de geest van in kramptoestand verkerend, en daar ligt dan tevens de verklaring voor het feit dat het woord zo weinig wordt gebruikt. ■ Het woord toniseren mag conform de opvatting van de driedelige in alle betekenissen worden gebruikt. Hiermee hebben we dan een oplossing die ‘exemplarisch’ is voor alle oplossingen in dit soort kwesties: sluit zo dicht mogelijk aan bij gangbare opvattingen en gangbaar taalgebruik, maar schep wel orde en duidelijkheid. ■ Ik hoop dan ook dat A.C. en diens vriend zich consciëntieus en consequent aan de bovengegeven voorschriften zullen houden. ■ Ik ga er verder zonder meer van uit dat in de toekomstige Van Dales de thans uitgevaardigde richtlijnen verwerkt zullen zijn. ■ A.C. wenste mij als slot van de briefkaart een toniserend 1986 (zoals u ziet, bleef hij zich aan de inmiddels verouderde Van Dale vastklampen in de niet geheel ongerechtvaardigde vrees dat buitensporig taalgebruik bijtende reacties van mijn kant zou effectueren); ik kan hem bij dezen niet anders wederbewensen dan met een tonifiërend 1986½. ■ Nu we het toch over orde en duidelijkheid hebben: ik vraag me al enige tijd af op grond van welke regel kleurnamen bij het woord Spa achter dit substantief verschijnen en niet ervoor. ■ Anders gezegd, zou een rode Spa iets anders zijn dan een Spa rood? ■ Ik denk het wel: een rode Spa suggereert dat iemand een druppel wijn in de Spa heeft gemorst, terwijl Spa rood verwijst naar de kleur van het etiket. ■ Maar daarmee is de vraag onbeantwoord, welke regel hier wordt toegepast. ■ Let wel, ik ben er niet op tegen, ik vind het zelfs wel iets chics hebben om af en toe een adjectief na een substantief te plaatsen (zoals u weet ben ik een snob afgrijselijk), maar dat neemt niet weg dat we ook hierin wat meer orde moeten scheppen. ■ Zo stel ik voor dat we in de toekomst onderscheid maken tussen een groene golf (in de zee) en een golf groen (in het verkeer) - tussen een rosse buurt (bij zonsondergang) en een buurt ros (u weet wel). ■ We kunnen natuurlijk ook voor andere woorden soortgelijke regels scheppen, maar u kunt niet van me verwachten dat ik vanuit de achterkant van dit gezaghebbende blad àlles voor u regel. ■ Maar om u in de gelegenheid te stellen, te proeven waar het hier om gaat: probeert u voor uzelf eens het verschil tussen de vrije rij en de rij vrij onder woorden te brengen. ■ En nogmaals, ik ga ervan uit, dat in de toekomst ook in dezen de taal in diverse handboeken beschreven zal worden in overeenstemming met de inzichten, bij dezen vastgelegd en gestipuleerd. Na aldus een bijdrage belangrijk weer aan ons taaleigen geliefd te hebben geleverd, groet ik u, lezers en lezeressen lief. |
|