Onze Taal. Jaargang 54
(1985)– [tijdschrift] Onze Taal– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 80]
| |
PCUdB■ Heel Nederland is thans bepraatpaald, hoorde ik onlangs op een sombere ochtend over de radio. ■ Bij alle geluiden in mineur is dat toch mooi meegenomen. En dan niet te vergeten het feit dat Nederland al sinds jaar en dag volledig bewegwijzerd is. ■ Maar alle gekheid op het proverbiale stokje: hoe komt het toch dat nieuwvormingen met het voorvoegsel be- (ettelijke maanden geleden heb ik het met u ook al over een bedrijf gehad dat zijn kamers besecretarieerde) - hoe komt het dat dergelijke vormingen onveranderlijk mijn, en ik neem aan ook uw lachlust opwekken? ■ En, om een voorbeeld uit gangbaar, althans niet ongangbaar verkopersjargon te nemen, waarom lijkt het beleveren van klanten eerder een eufemisme voor dubieuze praktijken dan een eenvoudig systeem van leveren aan klanten? ■ U kent mij goed genoeg, onzetaallezer, dat ik u niet zou bevragen, als ik u ook niet meteen wist te beantwoorden. ■ De oplossing zal u allerminst bevredigend voorkomen, en ik hoop dan ook bestormd te zullen worden met protesten. ■ Hoe dan ook, ik denk dat voor een groot deel uw en mijn bovenbeschreven lachlust wordt gestimuleerd, omdat de eerste bekende nieuwvormingen van dit type - besnord, bebrild- voorkwamen in teksten die de bedoeling hadden anderen belachelijk te maken. En elke nieuwvorming zal, alvorens algemeen geaccepteerd te worden, de associatie met fysieke opvallendheden gaandeweg moeten verliezen. ■ Enfin, er is door ons nu al weer genoeg beprietpaald. Stappen wij over naar een ander onderwerp. ■ Sommige zichzelf al dan niet respecterende self-service-pompstations noemen zich een zelftank. Ook al weer zoiets. ■ En dat terwijl enige doe-het-zelf-winkels juist het woord zelf willen vermijden en zich tooien met de naam Super-doe. Of iets in die geest. ■ Soms heb ik het gevoel dat gegeven het belang van correct taalgebruik, een superdoezelfdenktank moet worden opgericht met onbestemde doelstellingen, maar onder andere om serieuze antwoorden te geven op de vragen die ik slechts in scherts kan benaderen. ■ Vraag: wat is een binnenpretje op z'n Latijns? Antwoord: een interpretatie. ■ Het pleegt mij te zieren (ik zeg zieren en niet sieren, geachte corrector) wanneer blijkt dat te langen leste een simpel advies van mijn kant wordt overgenomen. ■ Zo ben ik laatst in de regionale pers het woord onderdreven tegengekomen. Toegegeven, niet in de door mij voorgestelde betekenis: het werd gebruikt als tegenstelling van gedreven, en niet als tegenstelling van overdreven, maar een begin is er in ieder geval. ■ Eerbied hebben voor binnenpretjes is interpreteren. ■ Items komen en items gaan. Een nieuw item is, of je het woord als ietum, als ietem (met de klank van e als in rem), als aitum of helemaal niet moet uitspreken. ■ Een van de eerste werkzaamheden van bovengenoemde taaldenktank zou moeten zijn, hiervoor nauwkeurige voorschriften te geven. ■ Wie al lachend interpreteert, schatert het uit van de binnenpret. ■ Den Uyl heeft als oppositieleider inzake het geval Stemerdink onze minister-president verweten dat de laatste bijna de grenzen van het toelaatbare heeft overschreden. ■ Dit schijnt een felle uithaal te zijn naar de bewindsvoerder, maar mijn vraag aan de oppositieleider zou zijn: kan hij ook aangeven, hoever men binnen de grenzen van het tolereerbare moet blijven, om genade in 's Uyls ogen te vinden? Ik bedoel maar, als ik zonder geldige documenten de landsgrenzen tot op één meter nader, dan heb ik ze bijna overschreden, maar ben toch niet strafbaar. ■ Hoewel, de zaak zou ingewikkelder kunnen zijn dan ik haar nu voorstel, maar uiteindelijk ben ik ook geen jurist. ■ Hoe dan ook, ik dacht dat het de kunst van en de sport in de politiek was, om altijd grenzen van het tolereerbare bijna te overschrijden. ■ Waarmee ik mij verder niet in de discussie als zodanig wil mengen, uiteraard. ■ En nu is het weer afwachten welke taalgebeurens ons in de komende tijd boven het hoofd hangen. Goede moed, taalvrienden en taalvriendinnen, u wederom toegewenst door (tegenwoordig) bovengetekende. |
|