Reacties
Autokoeterwaals
Van een nobel streven geeft de heer Kik uit Eindhoven blijk als hij het ‘surfkoeterwaals’ wil bestrijden door goede Nederlandse woorden te bedenken. Maar is het in de surf-cultuur erger dan in andere kringen? Denk maar eens aan de auto.
In de mijne zit een dash-board, letterlijk een spatbord, maar we blijven het in navolging van de Engelsen gebruiken om iets heel anders aan de duiden. En als ik begin te rijden - pardon, start - gebruik ik de choke, misschien zou ‘smoring’ daar een passend woord voor zijn. Voor het carter wisten de Engelsen ook geen beter woord te bedenken dan de achternaam van de uitvinder, dat hebben wij dan ook zonder meer overgenomen.
Aan de voorkant van mijn auto zit een grille; ik weet niet of dit woord uit Engeland of Frankrijk naar ons toegekomen is, maar Nederlands is het zeker niet. En nu we toch aan het Frans toe zijn, er zitten in die auto ook bougies, letterlijk kaarsen, maar ‘ontstekers’ zou ook best kunnen. En zouden de koplampen niet uit Duitsland komen? In het Nederlands zouden ze eerder ‘hoofdlampen’ of ‘voorlichten’ moeten heten. Stellig uit het oosten komt het kogellager: een Kugel is een bol en een Lager is in dit geval een magazijn dat je bier misschien ook wel ‘leger’ zou mogen noemen. Toch boor ik nooit iemand zo'n ding een ‘bollenmagazij n’ noemen, evenmin een ‘bollenleger’.
En als ik in de donkerte een tegenligger zie aankomen, zou ik eigenlijk mijn licht moeten dempen, maar dat doe ik niet: wat ik doe, beet dimmen. En al die tijd blijf ik gas geven. Ik weet best dat er helemaal geen gas in die auto zit, maar benzine, in het Engels gasoline, bij afkorting gas. Desondanks geeft niemand ooit benzine maar altijd gas, ook de heer Kik, denk ik.
Maar voor de plankzeiltaal is hij er wellicht op tijd bij.
M. van Amelsvoort
Veldhoven