Variëteit en variété
Een aardige bijdrage tot de (m/v)komedie leverde McDonald's. Op 3-1-1983 plaatste hij een advertentie voor een ‘Hostess (m/v)’. ‘Deze Hostess heeft’, aldus McDonald's, ‘vooral een representatieve taak. Zij is de gastvrouw (...). De Hostess verricht haar werk overdag. Voor deze prettige funktie wordt gedacht aan een innemende, representatieve vrouw.’ McDonald's denkt dus aan een innemende, representatieve vrouw, die ook een man kan zijn.
Hoe zit dit met ‘stip’ in de penaltystip en het tijdstip? Een vraag van de heer P. Polak in Diemen. Ja, hoe zit dat met de speerpunt en het eindpunt? Er zijn heel wat zelfstandige naamwoorden die het zowel als de als lidwoord kunnen hebben. Soms is er geen verschil in betekenis: de idee - het idee, de commentaar - het commentaar, de schilderij - het schilderij enz.; maar meestal zijn de betekenissen niet dezelfde. Het veer is niet synoniem met de veer, het deel niet met de deel, het kant niet met de kant, het gift niet met de gift, het bocht niet met de bocht, het jacht niet met de jacht, het klad niet met de klad, het bloed niet met de bloed, het weer niet met de weer, het slag niet met de slag. Hiermee is overigens niet gezegd dat sommige van deze tweetallen niet dezelfde oorsprong hebben.
Punt is een het- en een de-woord, en naar een deel van de de-woorden moet met hij/zijn worden verwezen, naar een ander deel met zij/haar, terwijl men voor een derde groep de keus heeft tussen zij/haar en hij/zijn. Van Dale vermeldt ongeveer dertig betekenissen, waarbij men vaak beter van nuances kan spreken. Maar voor alle behalve waarschijnlijk voor de volgens Van Dale gewestelijke betekenissen schouw (vaartuig) en pont - geldt, dat ze zijn te herleiden tot het Latijnse punctum. En dit betekent ook stip, in de zin van een punt op papier, in steen enz. zowel als van tijdstip (punctum temporis). Stip onderscheidt zich van punt doordat het alleen in samenstellingen als het-woord kan voorkomen, en van dergelijke samenstellingen ken ik er maar één: tijdstip. Het stip lijkt uitgesloten.
Als de heer Polak nu vraagt: ‘Waarom is penaltystip een de-woord en tijdstip een het-woord?’ dan kan ik hem geen antwoord geven. Mogelijk is het grotendeels een ontwikkeling in het spraakgebruik, zoals we die nog steeds kunnen gadeslaan. De massamedia spreken nu en dan zonder scrupules van het speerpunt, het soldij, het buurtschap enz. en steeds vaker zien we dat de acteur X de rol van het hoofdfiguur prachtig speelde.
De heer J. Kuipers in Amsterdam heeft bezwaar tegen het dubbele gebruik van noch: noch de vader noch de moeder bekommerde zich om het kind. ‘Het Parool’ echter schreef in een bericht over aan de Utrechtse Domtoren opgehangen protestspandoeken: ‘Maar omdat het zicht door de mist zo slecht was dat spandoeken noch Domtoren van beneden op straat zichtbaar waren, werd de actie alras opgegeven.’ ‘Zijn de media op mijn hand...?’ vraagt hij, en hij verzoekt de redactie de kwestie aan de lezers van ‘Onze Taal’ voor te leggen. Graag dus uw reactie!
Is de uitdrukking ‘Zeker weten’ misschien een verkeerde vertaling van de Engelse gebiedende wijs ‘be sure’? Dit vraagt mevrouw L.G. de Graaf in Oegstgeest. Fout in ieder geval, want ‘zeker weten’ is geen gebiedende wijs; het is een pertinente uiting van eigen overtuiging. Voor mij is het een staaltje van irriterende ‘on-taal’.
De heer J.H. Deurvorst in Wassenaar meent dat grote minderheid en kleine minderheid soms verkeerd gebruikt worden. Een grote minderheid is naar zijn oordeel bij voorbeeld 1 van 100, een kleine 49. Hij brengt het bijvoeglijke naamwoord dus in betrekking met de mate van ‘het minder zijn’. Maar tegenover een grote meerderheid staat toch een kleine minderheid; we kennen zelfs een te verwaarlozen minderheid (in het Duits een ‘verdwijnende’). Ik denk dat groot en klein ook hier een kwantitatieve betekenis hebben: die 1 is een kleine, die 49 een grote minderheid.
Tot slot wat malligheden. De bewoners van de Cornelis Evertsenstraat in Den Helder zijn ontevreden over de wijze waarop de gemeente het woonerf invult. Een foto-onderschrift, ons toegestuurd door de heer J.C.J. Hanssen. En bij een makelaardij in Ede kunt u een hypotheek sluiten die is gebaseerd op zekerheid en degelijkheid, een zeker-o-theek. Dergelijke woorden kunnen alleen worden bedacht door een brabbel-o-maan.
M.C. Godschalk