Prijsschieten op de dikste
In de jaren zeventig heeft vanuit Parijs een van de hoeders onzer taal, W.F. Hermans, de Grote Van Dale onder vuur genomen. Hij maakte zich boos omdat kennelijk niet was geluisterd naar zijn vriend Bijkaart die al boze brieven met fouten had opgestuurd. Van Dale maakt veel fouten in het aangeven van de herkomst van vreemde woorden, aldus Hermans. Bovendien is het onderscheid (Fr.) voor een zuiver Frans woord en (<Fr.) voor een gewijzigd overgenomen Frans woord willekeurig, en erger, nutteloos. Achter ‘acteur’ staat (Fr.), maar achter ‘actrice’ (<Fr.). Waarom, weet niemand. En waarom staat er geen (Fr.) achter ‘riant’ of ‘velo’?
Ook drs. G. van Buren en zijn vriend Battus leverden kritiek. Dikker is niet beter. Van Dale zou zo dik geworden zijn omdat allerlei woorden van 19de-eeuwse schooldichters nooit zijn geschrapt bij nieuwe drukken. Bovendien zijn de betekenisomschrijvingen en de citaten soms heel eigenaardig. Waarom bij voorbeeld bij boodschappenjongen een citaat van Prins Bernhard? Wist u dat een zigeuner volgens Van Dale ‘eigenaardige godsdienstige opvattingen’ heeft? Berucht is de omschrijving van ‘popmuziek’: amusementsmuziek die in de smaak valt bij jeugdige en onrijpe personen.
Van Dale zou volgens een andere recensent, H.C. Brandt Corstius, bij citaten een te eenzijdige voorkeur voor de bijbel aan de dag leggen. Bij ‘bewonderen’ komt bij voorbeeld als eerste citaat: ‘Gods grootheid en macht bewonderen’. Op vrouwen schijnt Van Dale het niet te hebben begrepen. Men leze hierover in het tijdschrift ‘Moer’ (1980 nr. 1). Onder ‘karakter’ wordt ‘een man met karakter’ omschreven als een ‘krachtig ontwikkelde, sterk uitkomende zedelijke persoonlijkheid’ terwijl ‘Henriëtte heeft veel karakter’ moet betekenen dat Henriëtte eigenzinnig en koppig is, enz. enz. In ‘Onze Taal’ is ook gediscussieerd over het al dan niet seksistisch karakter van Van Dale. Zie onder andere 1980, p. 63 en 1981, p. 43. De meningen bleven verdeeld.