Het Gezegde & Co
- Twee maanden geleden stond in deze rubriek een behartigenswaardig stukje over de Friese taal en de onredelijkheid van het provinciebestuur in Friesland. Een inwoner van Luxwoude was het geheel met mij eens, heeft een schriftelijk verzoek ingediend om een Friese vertaling van de Nederlandse grondwet, en wordt abonnee van Onze Taal. Ik wil dit graag vermeld zien opdat het provinciebestuur zich er niet geruisloos van af kan maken, en omdat sommigen menen dat mijn rubriek dit tijdschrift alleen maar abonnees kòst. Dat is dus niet zo. Verder weer veel Fries nieuws. Nieuwe telefooncellen aldaar hebben ook een gebruiksaanwijzing in de Friese taal. Dat is niet aan de PTT te danken; die gaat niet verder dan Nederlands, Duits, Engels en Frans. Een aktiegroep voor de bevordering van het Fries heeft ervoor gezorgd. En dat zonder de Nederlandstalige tekst te verwijderen of onleesbaar te maken. Kan de overheid nog een voorbeeld aan nemen. Er zijn nu ook Friezen die geen of minder luister- en kijkgelden betalen, uit protest tegen de afwezigheid van de Friese taal in Hilversumse programma's. En op Hervormingsdag werd op vele plaatsen aktie gevoerd voor Fries in de kerk.
- Twintig facetten van de taalwetenschap, verzameld door W. de Geest, R. Dirven en Y. Putseys, uitgegeven door Acco in Leuven, is de Belgische tegenhanger van Tervoorts drie delen Wetenschap en taal. Korte hoofdstukjes over onderdelen van de taalwetenschap zoals syntaxis, morfologie, semantiek, dialektologie, naamkunde, kindertaalontwikkeling, meertaligheid, enz., geschreven door bekende wetenschapslieden. Een studieboek voor aankomende taalkundigen. Waarschijnlijk beter, wat bevattelijker, dan de boeken van Tervoort. De verspreiding in Nederland is in handen van Acco Amersfoort, postbus 395, 3800 AJ Amersfoort; tel. 033-11523. De prijs is f 42,50.
- Een nogal kwalijk document vind ik Er wort steets meer fout gesgrefen. Verkennende nota over het moedertaalonderwijs. Minister Pais, uit het vorige kabinet, gaat in op kamervragen, eigenlijk klachten, over de slechte beheersing van het Nederlands. De redaktie van Onze Taal verzekert mij, dat de nota uitvoerig besproken zal worden in dit blad. Dat dus eerst maar even afwachten.
- H. van Galen Last, NRC 30 september 1981, heeft het ook al over de verschraling van het algemeen beschaafd (en ook hij niet met de optiek van een gier). Hij vertelt een anekdote over Confucius, aan wie iemand eens vroeg wat hij zou doen om de orde in het land te herstellen als hij aan de macht zou zijn. ‘Dat spreekt vanzelf, luidde het antwoord, het enige wat ik zou doen, was te zorgen voor een beter taalgebruik. Onenigheid wordt veroorzaakt doordat de mensen elkaars woorden niet meer begrijpen, en die onenigheid moedigt de zedeloosheid aan, de zelfzucht en de corruptie.’. Wij, dat is Van Galen Last, ‘zouden het anders zeggen: wij zouden zeggen dat een verval van een gemeenschappelijke taal ontbindend werkt in iedere samenleving en ondermijnend voor de democratie.’. De moeilijkheid is alleen, wàt is hier nu oorzaak, en wàt gevolg (gesteld al dat het een en het ander zich als oorzaak en gevolg verhouden)? Leefde Confucius nog maar; dan konden we aan hem vragen hoe of hij dat zou doen: zorgen voor een beter taalgebruik. Met Van G.L. ben ik het van harte eens dat Confucius ons hoogstwaarschijnlijk niet de middenschool zou aanraden.
- Eveneens bij Acco uitgegeven is: G. Scherps, Taaloefeningen Nederlands plus aparte Sleutel, 3e druk. De eerste druk was van 1975. Oefeningen voor school- en zelfstudie, mèt antwoorden. In de inleiding zegt Scherps: ‘Wie hier zogenaamd “Algemeen Beschaafd Zuidnederlands” wil zoeken, zal dat alleen vinden onder de afgekeurde vormen. We stellen ons namelijk op het standpunt van één enkele omgangstaal voor het toch al niet grote Nederlandse taalgebied, en de geschiedenis heeft nu eenmaal bepaald dat de basis van die eenheidstaal te vinden is bij de “spraakmakende gemeente” in de Randstad Holland. Het taalparticularisme behoort in Vlaanderen toch tot de negentiende eeuw? En het emotionele, onverantwoorde anti-Nederlandse chauvinisme tot de puberteit?’. Het is niet ongevaarlijk in Onze Taal een Belg tegen te spreken. Niet dat die Belg daar niet tegen kan, maar sommige Nederlanders gaan dan blaffen. Toch, Scherps' standpunt lijkt me, ofschoon in beginsel juist, nodeloos fel anti-Zuidnederlands. Is deze felheid niet evenzeer van een voorbije tijd? Zij is in ieder geval strijdig met de doelstellingen van de Taalunie: wederzijdse integratie, wat iets heel anders is dan de verspreiding van het randstedelijke Nederlands over het hele taalgebied. Ik heb het idee dat de positie van het Nederlands in Vlaanderen inmiddels dermate verstevigd is dat men niet meer behoeft te streven naar een onvoorwaardelijke aanpassing aan het Hollandse Nederlands. Er is heel veel Zuidnederlands dat alleszins de moeite waard is voor het ABN. Wordt niet door boeken als deze, vroeger van groot nut, in deze tijd bij velen het idee er ingeheid een broddeltaaltje te spreken? Scherps' taaloefeningen zijn strenger dan die op enige Nederlandse school. Nu, dàt zegt niet veel. Wèl roept het de vraag op wat dan nog wel die ene enkele omgangstaal is.
J.M. van der Horst