Het Rijmschap
Het juli/augustus-nummer van Onze Taal was opgesmukt met een vakantieprijsvraag die menige vakantie zwaar beladen heeft, en daarna ook nog het geweten van Het Rijmschap. Wij hadden dit niet moeten doen. Laat ons echter het bittere einde niet ontlopen en u een blik gunnen op de gevolgen van deze onbesuizing.
De opdracht luidde: completeer in twee regels een opzettelijk slecht en taalkundig verwerpelijk gedicht omtrent een supermarktbediende en een sterfgeval. Het fragment besloot met de regels:
Het was haar in het hart geschoten
En daarom stierf zij aan zijn borst
Tweeëntwintig oplossingen overkwamen ons. Eervolle vermeldingen willen ons niet uit de pen, maar wij kunnen omwille van de alliteratie een Vermelding wijden aan de pennevrucht van Machteld Slagt-Prins:
Tegen zijn grauwe gruttersjasje,
Dat flauwtjes rook naar leverworst.
Graag zullen wij ook de volgende gevallen oneervol vermelden:
Hij had haar altijd al gemogen,
nu kwam er om zijn hart een korst.
en
Zó dicht bij mond-op-mondbeademing
werd zij helaas toch nog de klos.
Er zijn nog meer inzendingen die in deze categorie vallen, maar laat ons niet te gul zijn.
Tussendoor even een opsomming van de gebezigde rijmwoorden: (lever)worst, korst, dorst, gemorst, geschorst, vorst, de klos en verlost.
Nu wordt het feestelijk! De eerste prijs rolt naar G.H. Stel, van wiens drie varianten wij citeren:
dus ging hij, zeelspromoosjunmaindid,
haar snel verwerken in zijn worst.
(waarbij de z een bedenkelijke fonetische misser is) en