50 jaar Onze Taal
Nieuwe woorden: autogordel en valhelm
In deze reeks herdrukken uit oude jaargangen nu aandacht voor nieuwe woorden.
Lezers van Onze Taal helpen sinds kort de woordenboekmakers bij het verzamelen ervan. Maar ook in oude jaargangen werden al nieuwe woorden gesignaleerd. Het volgende stukje werd 15 jaar geleden! gepubliceerd.
NEOLOGISMEN OP DE WEG
De Amsterdamse politie heeft een prijsvraag uitgeschreven: honderd gulden is beschikbaar gesteld voor degene die een goede (publiceerbare!) naam bedenkt voor iemand, die een wegkruising blokkeert. Als suggestie is door de gemeentepolitie gegeven ‘kruisingrover’, ‘voorrangvreter’, ‘kruismispunt’ of ‘filebuffel’... De uitslag is ons nog niet bekend, maar zeker is dat in ‘het’ verkeer steeds weer nieuwe woorden opduiken (...).
Een automobilist (bestuurder, chauffeur) zegt ook ‘crick’ en niet het Charivariusachtige ‘aslichter’. Maar wel mooi is ‘haaietanden’, voor de witte geschilderde driehoekjes op het wegdek, een onderdeel vormend van de wegbelijning. Daarvoor zorgen - hardwerkende - ‘lijntrekkers’, die ook invoegstroken markeren en de (nog niet in Van Dale voorkomende) ‘uitrijstroken’. Uitritten en inritten zijn in het verkeer meestal particuliere, op de openbare weg uitkomende wegen of paden. Stoppen op de ‘vluchtstrook’ van autosnelwegen is verboden en het woord is nauwelijks ouder dan het stopverbod (verg. vluchtheuvel en vluchthaven). ‘Katteogen’ komt u ook nog wel eens tegen op de as van de weg (reflectors) en ‘vangrails’ vrij veel, ook al is het begrip nog vrij nieuw (...).
Sinds kort zijn er op onze snelwegen ‘adviessnelheden’ verschenen, terwijl ‘afpellende snelheden’ al bestonden (aangegeven door borden die een maximumsnelheid voorschrijven van resp. 100 km, 90 km, 70 km en tenslotte 50 km per uur). Helemaal vaktaal is een ‘Staphorster’, de benaming voor een wegkruising (voor het eerst nabij Staphorst toegepast) met plaatselijke rijbaanverdubbeling. Andere vormen heten, naar de vorm van het middeneiland, ‘Krimpenerwaard’ en ‘Quatre Bras-kruising’ (beide met slechts één rijstrook voor het rechtdoorgaand verkeer).
Jammer, dat het oer-Hollandse woord ‘knipperbollen’ alleen nog maar gegeven kan worden aan een paar (vijf?) van dergelijke nog bestaande lichtinstallaties, maar we kennen nu ook een ‘rijstrooksignalering’ (met boven het wegdek geplaatste rode kruisen en groene pijlen). In dezelfde sfeer licht de bekende ‘groene golf’, met als boosaardige variant voor de plaatsen waar verkeerslichten nog niet op elkaar zijn afgestemd, de zgn. ‘rode golf’! Anciënniteit komt naar voren bij ‘parkeerschijf’ en ‘parkeermeter’, het eerste is wel in Van Dale opgenomen, het laatste (nog) niet (...).
N.B. Vorige maand (september 1966) hebben verkeersbonden en fabrikanten afgesproken de term ‘veiligheidsriemen’ stilzwijgend te vervangen door ‘autoriemen’ of ‘autogordels’. Veiligheid verkoopt niet goed, is het argument. Daarom ook vanwege de commercie liever ‘motorhelmen’ (ook voor bromfietsers) in plaats van ‘valhelmen’.