[Mededeling]
■■■■■
■ Weer homofonen. ■ Twee lezers wijzen mij op: Balisch/Balies. ■ Een van beide (academicus?) schrijft onder meer academisch/academies. ■ De eerste homofonie voldoet aan de kenmerken die ik aan hippisch/hippies toeschrijf. Dank hiervoor. ■ P.M. de Bruijn citeert uit Fens, Waarom ik niet tennis en ook niet hockey, p. 113: ‘(Weet Prinses Beatrix) Dat bijna geen enkele Nederlandse man de namen van haar kinderen kent, maar wel die van alle spelers uit de ere-divisie.’ P.M. de Bruijn legt uit dat deze zin fout is, dat de fout ligt in bijna geen. Bijna geen enkele lezer zal dit opmerken, zegt hij, maar wel P.M. de Bruijn. ■ En u, lezer van Onze Taal, heeft u de fout, niet zozeer tegen de taal, maar eerder tegen de logica, direct doorzien? ■ (S?) de Wit uit Amsterdam meldt nog logisch/logies als homofonie met accentverschil. Daarnaast statisch/staties met dien verstande dat de t in de twee woorden verschillend wordt uitgesproken. Maar, S. de Wit, in logisch/logies wordt de g toch ook verschillend uitgesproken? ■ S. de Wit vindt logisch/logies vergelijkbaar met bédelen/bedélen, légeren/legéren, appèl/áppel. ■ Ook dit echter zijn geen homofonen, omdat met de accentwisselingen ook de klankwaarde in de e wisselt. ■ Een homofone zin: ik zie geen Italië. Sylvia is hier verantwoordelijk voor. Excuses voor de dubbelzinnigheid aan Sylvia: zo heb ik het nooit bedoeld. ■ Over dubbelzinnigheid gesproken: een landelijk ochtendblad schreef enkele maanden geleden in een kop (naar aanleiding van de vermeende uitvinding door TNO van een door alcohol aangedreven automotor): onafhankelijkheid van de OPEC-landen is nu een feit. ■ Geen kwaad
bericht voor de OPEC-landen, dunkt me. ■ Over het probleem Hollands/Nederlands de volgende bijdrage van W. Lageveen uit St. Annaparochie: ‘Sommige niet-Hollandse Nederlanders betitelen hèt Nederlands inderdaad met Hollands. Vele niet-Hollandse Nederlanders noemen echter de van het Nederlands afwijkende dialecten die in het westen van het land gesproken worden, Hollands. Die dialecten waarin de r meestal als w of g wordt uitgesproken en hun in plaats van zij wordt gezegd, kan men veel over de radio en op de televisie beluisteren. De Hollanders noemen die dialecten meestal Nederlands, wanneer een niet-Hollander een andere Nederlandse taal of dialect tegen hen spreekt.’ ■ Een voorlopige balans leert mij het volgende: de meeste Hollanders (in de strikte zin des woords) vinden dat Hollands en Nederlands equivalent zijn. De meeste niet-Hollanders vinden dit een staaltje van westelijke arrogantie, en menen dat de Hollanders ofwel ten onrechte Hollands tegen Nederlands zeggen, of ten onrechte Nederlands tegen Hollands. Tot de laatste categorie behoort W. Lageveen. ■ Ik eet net zo lief een appel, ik eet liever een appel, ik eet het liefst een appel? - het kan allemaal. Wat is er dan mis met: ik eet lief een appel? Omgekeerd: waarom vatten we jij liever dan ik nooit op als het compliment dat er in te lezen valt? ■ Is er verschil tussen straffen en bestraffen? Volgens Van Dale is bestraffen iemand straf doen ondergaan, hem straffen. Hetzelfde dus. Er valt dan ook niets tegen in te brengen als journalisten schrijven dat misdadigers bestraft worden met gevangenisstraffen van twee jaar. En toch - ik krijg bij die uitdrukking altijd de indruk dat de rechter zo'n crimineel, alvorens tot de uitspraak over te gaan,
eerst vaderlijk vermanend heeft toegesproken. Zoiets van jij stouterd. ■ Op mijn schrijftafel staat een bordje met opschrift dat vergeeld zou zijn, als het niet van nature geel was, dus in dit geval eerder ontgeeld. Tegen de half ontgeelde achtergrond staat in vergeeldrode letters: No one can accuse me of acting mudded and confused. Believe me, it's no act! Voor de zoveelste maal heb ik een wanhopige en vergeefse poging gedaan hiervoor een goede vertaling te vinden. U moet niet denken dat ik verward handel. Geloof me, het is geen handel. U moet niet denken dat ik een troep van mijn leven maak. Geloof me, het is geen leven. Zoiets, maar dan veel, veel beter.
P.C.U.d.B.