Dan wel en als wel
1. In zinnen waarin twee eigenschappen van een persoon of zaak worden vergeleken: hij is minder lui dan wel speels, de straat is meer lang dan wel breed. Hier mag ‘wel’ ook wegblijven.
2. De combinatie is niet zozeer... als wel (en niet: dan wel). Dus: de oorzaak is niet zozeer vermoeidheid als wel onverschilligheid; hij heeft niet zozeer behoefte aan rust als wel aan afleiding.
3. Dan wel is een welkome variant van of, indien dit of een tegenstellende betekenis heeft en of voorafgaat als voegwoord van een afhankelijke vraag. Dus: het is onbekend of Frankrijk zal toestemmen dan wel weigeren; evenmin is na te gaan of het woord rechtstreeks is overgenomen dan wel is binnengedrongen door Duitse invloed.
Onzuiver is bijvoorbeeld de volgende zin: ‘De reden daarvan is dat zijn inkomen te klein was dan wel dat hij een eerzuchtig karakter had.’ De mededeling moet zijn: ‘De reden daarvan is dat zijn inkomen te klein was of dat hij enz.’, òf ‘de reden daarvan is niet zozeer dat zijn inkomen te klein was als wel dat hij enz.’ òf: ‘de reden daarvan is minder dat zijn inkomen te klein was dan wel dat hij enz.’ Het gebruik van dan wel in het voorbeeld doet vermoeden dat de schrijver een van de laatste twee bedoeld heeft.