‘Rente’ en ‘interest’
Een lezer in België schrijft: ‘Voor het Franse intérêt hebben wij in 't Nederlands “interest” en “rente”. In België wordt, waarschijnlijk onder invloed van het Frans, vooral interest gebruikt, terwijl in Nederland meer spraak is van rente. Moet er onderscheid gemaakt worden tussen beide woorden?’
‘Interest’ heeft, naast vele andere betekenissen, in den loop der tijden die gekregen van: percentsgewijze vergoeding voor het gebruik van geleende gelden of wegens een onafgedane schuld, en is dus als zodanig synoniem met rente. Zowel interest als rente hebben wij uit het Latijn; het eerste van ‘interesse’ (inf.), of interest (3de pers. sing. praes. ind.), - het tweede van lat. ‘rendita’.
Wij kunnen dus de woorden interest en rente doorelkaar gebruiken, zij het dat de officiële taal gaarne spreekt van interest. Kapitaal en interest. De som, het geld als ‘interest’ verkregen, noemt men doorgaans: de rente; men leeft, niet van zijn interest, maar van zijn rente.
Wij spreken van samengestelden interest, maar niet van interest op interest; dan zeggen wij rente op rente.
Het woord rente leent zich gemakkelijker tot het vormen van samengestelde woorden dan interest: renteloos voorschot, rentelast, renteschuld, rentevergoeding, rentevoet, enz.