Dilemma
Naar ik verneem wordt de aanwezigheid van zekere in ons land vertoevende vreemdelingen niet langer wenschelijk geacht. Het voornemen bestaat dezen vreemdelingen een verder verblijf in ons land te ontzeggen, hun zal worden aangezegd het land te verlaten. Voldoen zij niet aan deze aanzegging dan zullen zij met den sterken arm daartoe gedwongen worden. Ja, precies: over de grens gezet, het land uitgezet.
De Duitscher spreekt in zoo'n geval van ‘ausweisen’: die Leute werden ausgewiesen. Sommigen van ons zouden in de verleiding kunnen komen van dit ausweisen: ‘uitwijzen’ te maken. Het zou hun niet geraden zijn aan die verleiding toe te geven, want dan zouden zij de kans loopen zelf als ‘ongewenschte vreemdeling’ over de grens geleid te worden. Neen, uitwijzen zullen zij niet zeggen. Maar wat dan wel?
Hu.
Wij raden inz. aan maar even geduld te hebben. Er zullen denkelijk commissies benoemd worden wier taak het zal zijn te beoordeelen op welke personen de bedoelde maatregel toegepast dient te worden. Wij behoeven er waarlijk niet voor te vreezen dat zij zich zullen noemen: Commissie tot regeling van den uitwijs van ongewenschte vreemdelingen, of zoo iets; zij zullen denkelijk wel een goed-Nederlandsche aanduiding kiezen. En dan zullen wij hun voorbeeld maar te volgen hebben!