Koenen-Endepols bij ‘terrine’: de deksel der terrine. Pas in de 25ste druk wordt opgegeven: deksel, o. en m.
Hier nog andere dergelijke gevallen. In de 23ste en de 24ste druk van Koenen-Endepols staat agio, o., maar dan volgt: is b.v. 100 £ goud = 103 £ papier of zilver, dan is de agio 3%. (In de 25ste druk staat ‘het agio’). Volgens de 23ste druk van hetzelfde woordenboek is rayon (kunstzijde) een de-woord, in de 24ste druk is het o. en m. en in de 25ste druk is het alleen nog o. Bij ‘celwol’ staat echter in de laatstgenoemde uitgave: uit rayonvezels geweven stof die een wolliger aanzien heeft dan de gewone rayon. In de 23ste en de 24ste druk van Koenen-Endepols is hiaat o. en m. en wel in de betekenissen 1) gaping, leemte en 2) stoting van klinkers op elkaar. In de 25ste druk wordt dan een onderscheid gemaakt tussen 1 = o. en 2 = m. Bij 2) staat echter: de n in we komen al naast we kome dient in het Hollands om het hiaat te overbruggen.
Nu rijst de vraag of er al dan niet verkapte genusdoubletten bestaan in het Nederlands. In Franck - Van Wijk - Van Haeringen, Etymologisch Woordenboek der Nederlandsche Taal zijn de volgende substantieven de- en het-woorden: diemit, filiaal, houweel, juweel, kont, kroos (gergel), pas (schrede), paspoort, patroon (model), podagra, slop, spiraal, spuug, stellage, stof (stuivend zand e.dgl.), borax. De geraadpleegde Woordenlijsten (van 1881, 1914 en 1954) alsook de geraadpleegde woordenboeken (Van Dale 4de, 7de en 8ste druk, Koenen-Endepols 18de, 23ste, 24ste en 25ste druk, Verschueren, Modern Woordenboek, 5de druk z.j., ± 1953) vermelden bij deze woorden voor zover ze daar zijn opgenomen - alleen maar één genus (de of het): diemit, o., filiaal, o., houweel, o., juweel, o., kont, v./v. (m.), kroos, v./v. (m.), pas, m., paspoort, o., patroon, o. (alleen bij Verschueren: eert. m.), podagra, o., slop, o., spiraal, v./v. (m.), spuug, o., stellage, v., stof, o., borax, v./m.
Ook pikol (gewicht) is volgens het Etymologisch Woordenboek een de- en het-woord. De betreffende opgaven in de geraadpleegde Woordenlijsten en woordenboeken verschillen echter van elkaar. De laatste Woordenlijst en de woordenboeken die de genusopgave ervan navolgen hebben m. terwijl de vroegere woordenboeken en Woordenlijsten o. hebben. Het is echter geenszins duidelijk waarom een zo zelden gebruikt woord in de Woordenlijst van 1954 plots van o. tot m. werd gemaakt.
Bij ‘affuit’ schrijft het Etymologisch Woordenboek: soms o. gebruikt. Dit tweede genus blijkt voor de eerste maal in de laatste uitgave van Van Dale: v. (m.) en o. en ook de samenstellingen reserveaffuit, sledeaffuit, veldaffuit en wiegaffuit hebben een dubbel grammatisch geslacht. In de 7de uitgave daarentegen hebben alleen maar de genoemde composita een dubbel genus, het simplex is v. Nog anders is het in de 4de druk. Hier is het simplex v. terwijl reserveaffuit o. is.
In een afzonderlijke verhandeling over al de gevallen van genusdoubletten en genusveranderingen in een reeks woordenlijsten en woordenboeken sedert het einde der 19de eeuw zal later getracht worden enige opheldering in dit vraagstuk te brengen.
gerhard worgt
(Jyväskylä/Finland)