De Nieuwe Taalgids. Jaargang 58
(1965)– [tijdschrift] Nieuwe Taalgids, De– Auteursrechtelijk beschermdDe Nieuwe Taalgids. Jaargang 58. J.B. Wolters, Groningen 1965
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van jaargang 58 van De Nieuwe Taalgids uit 1965.
De Digitale Bibliotheek voor de Nederlandse Letteren beijvert zich voor het verkrijgen van toestemming van alle rechthebbenden; eenieder die meent enig recht te kunnen doen gelden op in dit tijdschrift opgenomen bijdragen, wordt verzocht dit onverwijld aan ons te melden (dbnl.auteursrecht@kb.nl).
redactionele ingrepen
p. 189: het nootteken bij noot 1 ontbrak in de lopende tekst. Wij hebben deze onderaan de pagina geplaatst, aangezien niet duidelijk is aan welke zin in de lopende tekst de noot gekoppeld is.
p. 332, 334: in het origineel hebben deze pagina's abusievelijk de respectievelijke paginanummers gekregen: 232, 384. In deze digitale versie is dat verbeterd.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (p. II, VIII) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina I]
DE NIEUWE TAALGIDS
onder redactie van
Prof. Dr. C.B. VAN HAERINGEN
Prof. Dr. W.A.P. SMIT
en
Prof. Dr. B. VAN DEN BERG
TE UTRECHT
ACHTENVIJFTIGSTE JAARGANG
J.B. WOLTERS / GRONINGEN / 1965
[pagina III]
INHOUD
VAN DE ACHTENVIJFTIGSTE JAARGANG
J.C. Arens: Naar Frans model (Revius, ed. Smit i, 253-4) | 166 |
J.C. Arens: Ellende/ J. de Harduyn en Revius naar Gregorius van Nazianze | 263 |
J.C. Arens: Van Acontius tot Alcontio: de rederijker ‘Elck kan falen’ en J.B. Houwaert | 395 |
B. van den Berg: Bijdragen tot de syntaxis van het Nederlands i, ii | 109, 244 |
W. van den Berg: Rousseau in Holland | 187 |
W.H. Beuken: Ons oudste toneel | 361 |
J. Bosch: Nieuwe aspecten in de Bilderdijk-studie | 289 |
P.J. Buijnsters: Wensen (piëtistisch taalgebruik) | 196 |
K. de Clerck: Boutens' litterair debuut | 116 |
M. Galle: Hélène Swarth over Couperus in brieven aan Pol de Mont | 31 |
W.P. Gerritsen: Het pronomen Jeij in het Liedboekje van Marigen Remen | 185 |
K. Heeroma: De samenstelling van Tgevecht van Minnen | 171 |
H.M. Hermkens: Naar het handschrift | 260 |
J. Hoogteijling: De syntactische valentie van het | 84 |
Inst. voor Verg. Lit. onderzoek: Diocles en Charinus | 305 |
Peter King: Vondel tussen imitatio en imitatio Christi | 388 |
L. Koelmans: Iets over de woordorde bij samengestelde predikaten in het Nederlands | 156 |
C. Kruyskamp: Zetel en raadpleging van het W.N.T | 122 |
J.J. Mak: Klikspil | 100 |
J.J. Mak: Twee plaatsen uit de Roovere's Lof van den Heijlighen Sacramente | 168 |
J.J. Mak: Iets over Tieman Susato's Ierste Musyckboexken | 327 |
K. Meeuwesse/N.J. Schuurmans †: De zgn. parenthetische bepaling | 374 |
K. Meeuwesse: Een Frans proefschrift over Slauerhoff | 397 |
L.C. Michels: Dichterling | 328 |
H.T.J. Miedema: Aa, Aag en Oog naast Ooi en Gooi | 302 |
M. Nijland-Verwey: Verwey en Kloos i (Het boek van mysterie), ii (Van het leven) | 73, 217 |
E. Nuijtens: Een waardevolle mislukking | 230 |
N.J. Schuurmans: zie K. Meeuwesse/N.J. Schuurmans | |
Jacob Smit: De correspondentie Potgieter-Huet | 323 |
W.A.P. Smit: Nieuwe Vondel-literatuur vi, vii | 19, 91 |
G. Stuiveling: Voetstappen van de vaderlandse romantiek iii | 11 |
D. van Velden: De oorspronkelijkheid van Aart van der Leeuw's Ik en mijn Speelman | 102 |
P.E.L. Verkuyl: Sterren-konst-licht bij Huygens-lectuur | 234 |
R. Vos: De Elckerlijc en Willem van Hildegaersberch i, ii | 314, 376 |
C.W. van de Watering: Een onbekend schrijver onbekend | 301 |
N. Wijngaards: Aan de bronnen van de nieuwe esthetiek | 145 |
G. Worgt: Het genus van deksel | 329 |
W. Zaal: De Binnengedachten van Kloos | 1 |
C.A. Zaalberg: Het Cort Begryp van Jan van der Noot als episch werk | 252 |
BOEKBEOORDELINGEN
B. van den Berg: Taalhistoriese Opstelle, Voorstudies tot 'n Geskiedenis van Afrikaans, door J. du P. Scholtz | 39 |
B. van den Berg: Bijdrage tot een hernieuwde studie van Constantijn Huygens' gedichten, door H.M. Hermkens | 267 |
W. van den Berg: H.A. Meijer, De Boekanier, uitgeg. door W. Drop | 45 |
W. van den Berg: Adriaan van der Hoop Jr., De Renegaat, uitgeg. door W. Drop | 410 |
[pagina IV]
J.C. Brandt Corstius: Rhijnvis Feith, Het Graf, uitgeg. door P. Buijnsters | 55 |
C.C. de Bruin: Wessel Gansfort. De oratione Dominica in een Dietse bewerking, door A.J. Persijn | 126 |
P.J. Buijnsters: Pieter Nieuwland en Het Evenwicht, door G.A. Steffens | 35 |
W.J.C. Buitendijk: Jan de Leenheer O.E.S.A., moralisator en humanist, door N.C.H.M. Vermeulen | 331 |
W.J.C. Buitendijk: Jan Harmens Krul, door N. Wijngaards | 405 |
A. Cohen: Taalverwerving bij een groep dove kinderen; een experimenteel onderzoek naar de betekenis van een geluidsmethode voor het spraakafzien, door J.P.M. Eggermont | 48 |
L.M. van Dis: Het Antwerpse Landjuweel van 1561, uitgeg. door C. Kruyskamp | 37 |
W. Drop: H. Tollens, De overwintering der Hollanders op Nova Zembla in de jaren 1596 en 1597, gevolgd door Avondmijmering, uitgeg. door G.W. Huygens | 271 |
A. van Elslander: Anna Bijns. Een rederijkster uit de Hervormingstijd, door L. Roose | 52 |
C.B. van Haeringen: Filologische Opstellen IV, door L.C. Michels | 198 |
C.B. van Haeringen: English in the Netherlands/A study in Linguistic Infiltration, door R.W. Zandvoort | 127 |
C.B. van Haeringen: Nederlandse zegswijzen, door A. Huizinga | 344 |
F.W. van Heerikhuizen: De kringen naar binnen/De dichterlijke wereld van Paul van Ostaijen, door Paul Hadermann | 413 |
P.E. Hendrikx: De mariale persoonlijkheid van Jacob van Maerlant. Enz., door J. Janssens | 201 |
F. Jansonius: Mededelingsvormen bij Arthur van Schendel, door H.P.A. van Eijk | 414 |
J. Kamerbeek jr.: De briefwisseling tussen Frederik van Eeden en Lodewijk van Deyssel, uitgeg. door H.W. van Tricht en H.G.M. Prick | 123 |
L. Koelmans: Die Dagboek van Louis Trigardt, door T.H. le Roux | 41 |
Frank C. Maatje: Wereld in woorden/Beschouwingen over romankunst | 416 |
J.J. Mak: Twee uit het Latijn vertaalde Middelnederlandse novellen, uitgeg. door R. Pennink | 269 |
P.J. Meertens: Woordenboek der Zeeuwse dialecten. | 404 |
K. Meeuwesse: De wording van Perks ‘Iris’, door G. Stuiveling | 265 |
M. Rutten: Wij noemen het literatuur, door N.A. Donkersloot | 273 |
M. Rutten: Der Doppelroman, door F.C. Maatje | 333 |
H. Schultink: Grondbeginselen van de Nederlandse Grammatica, door F.G. Droste | 129 |
W.A.P. Smit: That invincible Samson. The Theme of ‘Samson Agonistes’ etc., door W. Kirkconnell | 337 |
A.L. Sötemann: Marcellus Emants, een schrijversleven, door P.H. Dubois | 340 |
L. Strengholt: Balthazar Huydecoper, Achilles, uitgeg. door C.J.J.van Schaik | 199 |
J.L. Swellengrebel: Toward a Science of Translating, door E.A. Nida | 55 |
H.P.H. Teesing: Conflicten en grenzen, door C.F.P. Stutterheim | 50 |
J.D.P. Warners: Minnezangen van Hubert Korneliszoon Poot, uitgeg. door C.M. Geerars | 202 |
BLADVULLINGEN
Noëma = Wellust (Vondel, Samson, vs. 853) (J.C. Arens) | 18 |
Levende ‘zeispreuken’ in Nederland? (A. Jacob-Bekaert) | 34 |
16de-eeuwse ei uit î in Rotterdam (B.v.d. Berg) | 58 |
16de-eeuwse ei uit î in Weesp (B.v.d. Berg) | 83 |
Van heinde en nog verder (G.van Putten) | 101 |
Brikvors (-fors?) (J.J. Mak) | 121 |
Frans Netscher (W.J. Simons) | 122 |
Houwen ‘gemeenzaam’, houden (hyper)correct (C.B. van Haeringen) | 131 |
De Noordnederlandse w en de Engelse v (J. Smit) | 139 |
Geontmythologiseerd (C.B. van Haeringen) | 165 |
[pagina V]
Vijfjambische versregels in Joseph in Dothan (A.P. Braakhuis) | 170 |
Eerst het begrip, dan het passende woord (B.M. Noach) | 184 |
Op z'n plaats (G. Geerts) | 195 |
Nog eens: (van) heinde (en ver) (A.P. de Bont) | 243 |
Poetry is imaginative passion (G. Geerts) | 259 |
P.N. van Eyck en Tolstoj (G.H.'s-Gravesande) | 283 |
Onbehouden (C.B. van Haeringen) | 304 |
Stervende Nachtegaal n.a.v. NTg. 57, 335 (L.C. Michels) | 312 |
‘Polyglottische’ volksetymologie (F.K.M. Mars) | 313 |
Owen schittert, Revius vermaant (J.C. Arens) | 322 |
Twintig lekkere flensjes (W.J.H. Caron, B.v.d. Berg) | 326 |
Bange Pisander: Six van Chandelier en Erasmus' Adagia (J.C. Arens) | 348 |
Smaaldichtje van C. Kinschotius op Vondels Vergiliusvertaling van 1646 (J.C. Arens) | 387 |
‘Si beghint mi den worm int hoot te roerene’ (J.J. Mak) | 422 |
Het ‘Hulthemse’ Handschrift (L.C. Michels) | 427 |
AANKONDIGINGEN EN MEDEDELINGEN
Jaarboek van de Koninklijke Nederlandse Akademie van Wetenschappen 1963-1964. - Drie literatuurprijzen. - Onoma. - Mededelingen van de Centrale Commissie voor Onderzoek van het Nederlandse Volkseigen. C.B.v.H. - Jaarboek van ‘De Fonteine’ 1962-1963. - ‘Rederijkersstudiën’. - Serie ‘Kort en goed’. - Dante bij Potgieter en Claudel. - De mythe in de literatuur. - Taaltheologie. - Gorters gedichten-in-hand-schrift. - Verzamelde studies van Prof. Minderaa. - Bloemlezing uit Kloos. - Brieven van Gorter aan Wijnkoop. - Bilderdijk en de bouwkunst. - Bibliografie van de Leuvense Bijdragen. W.A.P.S. - De A-leraar in onze tijd. - Een Engelse spraakkunst in een notedop. - Nederlands leren aan franstaligen. - Een nieuw initiatief tot bevordering van het A.B.N. in België. B.v.d.B. - De Nederlanden en de Oostzee. B.C. Damsteegt. - Gebundelde opstellen van Knuvelder. A.L. Sötemann | 59 |
Sterrenkundig woordenboek. - Jaarboek van de Maatschappij der Nederlandse Letterkunde. - ‘Oostnederlands’. - Niederdeutsches Jahrbuch. - Karel ende Elegast. - Handelingen Commissie voor Toponymie en Dialectologie. - ‘Die taak van die taalkundige in Suid-Afrika’. - Handelingen Nederlands Filologencongres. C.B.v.H. - Hooft als pleitbezorger voor Menelaüs. - Rafaël uit Vondel's Gysbreght op het toneel. - Het grote leed van Tollens. - Nieuwe delen in de ‘Bibliotheca Neerlandica’. - Knuvelder's ‘Moderne Nederlandse Letterkunde’ herdrukt. - ‘Voor de spiegel van het toneel’. W.A.P.S. - Doceren is doseren. B.v.d.B. | 132 |
Onderwijsverslag 1961. - Gentse Bijdragen 1964. - Onoma. - Van Loey, Middelnederlandse Spraakkunst II, Klankleer, 4e druk. - Oudnederlands. - Van den Berg, Foniek, derde druk. - Het Idioticon Frisicum van Wassenbergh. C.B.v.H. - Le lieu théatral à la Renaissance. - Hoe werd ‘Gijsbreght van Aemstel’ in 1638 opgevoerd? W.A.P.S. | 205 |
Het Luikse Leven van Jezus. - Bibliografie van Naarding. - Reichlings Verzamelde studies. - Zeispreuken. - ‘Het Nederlands tussen dialect en wereldtaal’. - Waardering voor Vondel in Frankrijk. C.B.v.H. - Richardson in Nederland. - Het ontbindingsmotief in dǝ romans van Couperus. - Tspel vanden Heylighen Sacramente vander Nyeuwervaert. - V in vers. W.A.P.S. - Verrassend nieuw licht op de diftongering in Amsterdam. - Zuidhollands. - Taalonderwijs per televisie. - Een nieuw internationaal tijdschrift voor taalwetenschap. B.v.d.B. - Nederlandse incantatieliteratuur. P.J. Meertens | 276 |
Van der Lubbe, Woordvolgorde, tweede druk. - Handelingen van de Zuidnederlandse Maatschappij. - Afrikaanse Taalatlas. - De Nieuwe Taalgids, zorgenkind. C.B.v.H. - |
[pagina VI]
Open en gesloten vormen in het Middeleeuws drama. - Wellekens' Verhandeling van het herderdicht. W.A.P.S. - Structuurgeografisch onderzoek. - Naamkunde. - Regionaal onderzoek van waternamen. B.v.d.B. - Een nieuwe Reinaert-vertaling. W.P. Gerritsen | 349 |
Jaarboek van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde 1965. -‘Dietse Studies’.. Uitleg. C.B.v.H. - ‘Ben ick van duytschen bloet’. - AlbertVerwey en het Grieks. W.A.P.S. - De Spelling. - Taal en talen. - Een gezonde benadering van het talenpracticum. - ‘Frankisch? Dat bestáát niet. B.v.d.B. | 423 |
UIT DE TIJDSCHRIFTEN
Beiträge zur Geschichte der deutschen Sprache und Literatur (Halle) | 432 |
Leuvense Bijdragen | 71, 141, 214, 358 vlg., 430 |
Driemaandelijkse Bladen | 140 vlg., 285, 356, 429 |
Het Nieuwe Boek | 69 |
Bulletin de la Soc. de Ling. de Paris | 144 |
Ons Geestelijk Erf | 215, 286 vlg., 359 |
Ons Erfdeel | 142, 215, 360, 430 vlg. |
Etudes Germaniques | 144, 216, 288 |
Forum der Letteren | 144, 285 |
Gezellekroniek | 432 |
De Gids | 69, 140, 209, 284 |
De Vlaamse Gids | 212, 286, 357, 429 |
Kentering | 210, 284, 356, 428 |
Language | 216 |
Maatstaf | 140, 209, 284 |
Meded. v.d. Ver. v. Naamk. te Leuven en de Comm. v. Naamk. te A'dam | 214 vlg., 357 vlg. |
Merlyn | 69, 209 vlg., 284, 428 |
Neophilologus | 141, 357 |
Neuphilogloische Mitteilungen | 144, 432 |
Nova et Vetera | 215, 287, 359 |
Nu Nog | 142, 358, 430 |
Ontmoeting | 69 |
Persoon en Gemeenschap | 360 |
Raam | 140, 209, 428 |
The Modern Language Review | 144, 432 |
Spiegel der Letteren | 212 vlg., 357 |
Spieghel Historiael | 141 vlg., 287 |
Standpunte | 72, 143, 215 vlg., 360, 431 |
De Nieuwe Stem | 69, 284, 428 |
Streven | 210, 284, 356, 428 |
Studia Neophilogica | 432 |
English Studies | 144 |
Onze Taal | 70, 141, 212, 286, 356, 429 |
Taal en Tongval | 70, 211 vlg. |
Levende Talen | 69 vlg., 140, 210 vlg., 285, 428 vlg. |
Wetenschappelijke Tijdingen | 72, 142, 287, 359, 430 |
Tijdschrift voor Taal en Letteren | 286 |
Tijdschrift voor Levende Talen | 71, 213, 430 |
Tijdschrift voor Ned. Taal- en Letterk | 211, 285 |
Tijdschrift van de Vrije Universiteit van Brussel | 431 |
[pagina VII]
Nieuw Vlaams Tijdschrift | 71, 212, 357, 430 |
Tirade | 69, 210, 284, 356 |
Tydskrif vir Geesteswetenskappe | 142 vlg., 287, 360 |
Tydskrif vir Letterkunde | 143, 360, 431 |
Tydskrif vir Volkskunde en Volkstaal | 143 |
Versl. en Med. van de Kon. Vla. Ac. | 71 vlg., 213 vlg., 358 |
Volkskunde | 144, 216, 288 |
Neerlands Volksleven | 143 vlg., 216, 288, 431 |
Dietsche Warande en Belfort | 71, 212, 286, 357, 429 |
Zeitschrift für Mundartforschung | 216 |