Beoefening van taal- en letterkunde in Zuid-Nederland. Mijn artikel in de Jan.-aflevering zal door onvolledigheid uiteraard menige leemte vertonen. Een kleine aanvulling op tweeërlei gebied acht ik niet overbodig. De toneelgeschiedenis en de toneelkritiek vond een ijverig en verdienstelijk beoefenaar in Lode Monteyne, die behalve een aantal bundels met toneel-studies en kritieken een historisch-kritisch overzicht gaf van Het modern Tooneel in Vlaanderen en een grote Geschiedenis van de Vlaamsche tooneelletterkunde van 1800 tot 1925, gebundeld met een studie van Sabbe en een van Coopmans onder de titel Het Vlaamsch Tooneel (1927).
Op het gebied van de bibliografie onderscheidde zich Dr. Rob. Roemans, die een zeer uitvoerige en nauwkeurige Bibliographie van de Moderne Vlaamsche Literatuur (1893-1930) samenstelde, en in de Verslagen en Mededeelingen van de Kon. V. Acad. dergelijke bibliografieën van afzonderlijke auteurs publiceerde.