Junie. De volgende brieven van Potgieter en Kneppelhout dateren van 1863-1869.
De Stem. Junie. Oude Nederlandsche Poëzie is een fragment van een onuitgegeven werk dat over Nederlandse renaissance-dichters der 16de en 17de eeuw handelt.
Stemmen des tijds. Mei. In de Literaire Kroniek toont C. Tazelaar, vóór de bespreking van enige romans, zijn instemming met de uitspraak van Maurits Uyldert: ‘Het schrijven van romans is bijna handwerk geworden. Wat ook al weer zoo erg niet zou zijn, als het maar niet met zooveel pretentie werd beoefend’.
Opwaartsche Wegen. Mei. Van Ham bespreekt o.a. De Roman in de 18de eeuw in West-Europa door J. Prinsen J. Lzn.
Junie. L.E. Smallegange geeft een opstel over Helene Swarth, waarin geprotesteerd wordt tegen de smaad en de verguizing waaraan deze dichteres in haar latere jaren blootgestaan heeft. - De Bibliografie betreft Herman Robbers' geschriften ende daaraan gewijde besprekingen.
Roeping. Mei. Gerard Knuvelder schrijft een bewonderend artikel over de dichtkunst van Marnix Gijsen, waarin hij ‘de edelste zielseigenschappen van Gezelle’ terugvindt.
Den Gulden Winckel. Mei. G.H. Pannekoek hield een vraaggesprek met Jan Prins. - In de Kroniek van het Proza schrijft Gerard van Eckeren over Theo Thijssen (School-Land).
Junie. Gerard van Eckeren oordeelt ongunstig over Jobje's Avontuurlijke Jeugd van G. Schrijver, dat bij Van Looy's Jaapje ver achterstaat.
Studiën op het gebied van godsdienst, wetenschap en letteren. Mei. Verschillende schrijvers eren de nagedachtenis van Pater Jonckbloet.
Junie. J. van Mierlo oordeelt vrij ongunstig over een onlangs verschenen werk van G. Dolezich: Die Mystik Jan van Ruysbroecks des Wunderbaren. Hij betreurt leemten in de litteratuur-kennis en betwijfelt of de schrijver de opgegeven geschriften voldoende bestudeerde.
Vlaamsche Arbeid. Mei. In de Kroniek over Nederlandse Poëzie schrijft Paul van Ostayen geringschattend over de verzen van Alice Nahon met hun klein burgerlike allure. - Roel Houwink begint een overzicht van de Noord-Nederlandse poëzie sedert 1918.