Taal en Tongval. Jaargang 35
(1983)– [tijdschrift] Taal en Tongval– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 5]
| |||||||||||
Cooperculum en deksel
| |||||||||||
[pagina 6]
| |||||||||||
het vlak langs de grens met Frans-Vlaanderen een aaneengesloten gebied vormt en meer naar het noorden concurreert met afleidingen van spatium. De Fransvlaamse mini-enquête leverde de volgende gegevens op: deksel en het ww. overdekselen in N 58; deksel en overdekken in N 61; deksel in N 108 en deksel naast protège-cahier in N 110. Overdek in b 12; het ww. overdekken (een boek), naast couverture in b 20; overdek naast couverture in N 100 en overdeksel naast envelope in N 107. In de beide andere, tot het gebied van onderzoek behorende plaatsen, Ebblingen (N 148) en Zerkel (N 151) was geen Vlaamse benaming bekend, maar gebruikte men resp. couvre-cahier en couverture. Protège-cahier en couvre-cahier zijn de namen in H 82, maar dek, dekboek en deksel worden als mogelijke Vlaamse namen opgegeven. Met deze gegevens kan het deksel-gebied aanmerkelijk worden uitgebreid en wordt de opvatting van Grootaers dat de deksel-opgaven beschouwd mogen worden ‘als een voorhoede (...) die de door vreemdelingen bezette gebieden binnensluipt’ (blz. 4) gelogenstraftGa naar eind1. Het is waarschijnlijk zijn preoccupatie met de ‘lotgevallen’ van de Latijnse leenwoorden die Grootaers op het idee bracht deksel als verdringer van de afleidingen van spatium te beschouwen en als jong woord. Bij de bespreking van het type cooperculum is hij zich wel degelijk bewust van de semantische problemen die dit woord geeft. Het is immers zo, dat binnen de Romania cooperculum niet voorkomt met een betekenis ‘kaft, omslag van een boek’. Het FEW wijst er s.v. coperoculum met nadruk op, dat in het ene geval waar wel die betekenis wordt gegeven krœvēty, ‘couverture du livre’, een opgave die geldt voor de Vogezen, sprake is van een verwisseling van couvercle en couverture. Een van de meest in het oog springende eigenschappen van het Westvlaams is zijn archaisch karakter; Ryckeboer (1977, 62-65) geeft tal van voorbeelden die deze opvatting bevestigen. We kunnen er, gezien het kaartbeeld gerust van uitgaan, dat deksel een oud woord is, juist met de betekenis ‘omslag van een boek’. Het bewijs levert cooperculum. Grootaers zelf zegt er dit van: ‘Een moeilijkheid blijft de beteekenisovergang: inderdaad het Fr. couvercle heeft nooit iets anders beteekend dan het deksel van een pot of ketel; het heeft nooit ‘couverture’ beteekend, zoals het Nederl. deksel (...). Hoe kon een associatie met couvercle tot stand komen? Ten eerste kon dit slechts gebeuren bij sprekers die het Fransche woord kenden en dit is zeker bij de groote meerderheid der inwoners van de genoemde plaatsen niet het geval’ (9-10). In wat dan volgt beweert hij, dat rechtstreekse afstammelingen van cooperculum de oudste laag vormen en dat niet fr. couvercle, maar | |||||||||||
[pagina 7]
| |||||||||||
couvert van invloed is geweest. Met andere woorden, Grootaers neemt impliciet voor lat. cooperculum wel een betekenis ‘omslag, kaft’ aan. Ligt het niet meer voor de hand cooperculum als een ‘Bedeutungslehnwort’ te beschouwen, als een voorbeeld van een ‘calque linguistique’, in de zin van Niermeyer? En dan wel speciaal een woord uit de groep d.: ‘un mot latin consideré comme équivalent au mot propre vulgaire, mais ne possédant en réalité qu'une signification differente de ce qu'il faut exprimer’ (Niermeyer 1941, 162). De middeleeuwse klerk trof het volkswoord deksel = ‘omslag, kaft van een boek’ aan en kende als Latijns equivalent voor deksel (op een pot, een ketel) slechts het woord cooperculum. In dit verband is het Engelse lid, ‘deksel’ interressant. Het woord is vanouds bekend, maar in de Engelse vertaling van Junius' Nomenclator van 1585 krijgt het de betekenis ‘each of the two sides or covers (of a book)’; het is de derde betekenis in het OED. Van deze betekenis wordt opgemerkt, dat ze voornamelijk in dialecten | |||||||||||
[pagina 8]
| |||||||||||
voorkomt en in het Engels van de V.S. Het EDD geeft s.v. lid als vierde betekenis ‘the boarded cover of a book’, voor Nottinghamshire, Leicestershire en Northhamptonshire. In Junius' Nomenclator, eerste editie 1567, heet het: ‘een omslach, coperkel, coffertoire’, met als Duitse synoniemen: ‘Überzug’ en ‘Deckel’. De Latijnse trefwoorden zijn: Inuolucrum, operculum libriGa naar eind2. De hier afgedrukte kaart, die gezien moet worden als een aanvulling op Taalatlas, kaart 116, maakt duidelijk, dat deksel en de verwante vormen, overdek, overdekken, overdeksel en overdekselen, in het Fransvlaamse gebied helemaal aansluiten bij het Westvlaamse deksel-gebiedGa naar eind3.
J.B. Berns. P.J. Meertens-Instituut Afdeling Dialectologie | |||||||||||
Bibliografie
|
|