Valkenswaard, een stadje met een bekker?
In Taal en Tongval XXIII (1971) p. 94-97 komt J. Goossens tot de stelling dat er vroeger ten oosten van de lijn Brussel-den Bosch een aaneengesloten bekker-gebied zou hebben bestaan dat thans in twee delen wordt gesplitst door een lint met bakker-uitspraak. Dit bakker-lint zou zijn ontstaan in een gebied ‘zonder stedelijke centra van enige betekenis’, waar ‘de beroepsbakker een hoge uitzondering’ moet zijn geweest: ‘er werd aan huis gebakken’. Door de geringe frequentie van het woord raakte de umlautsvorm op de achtergrond en kon vervangen worden door de vorm met a ‘die vaster werd naarmate van de vorige eeuw af in ieder dorp bakkerijen tot stand kwamen’. Als argument voor deze stelling wordt o.a. aangevoerd: ‘Het enige bekker-eilandje in het bakker-lint is een van de zeldzame stadjes uit dat gebied: Valkenswaard L 260’,
Hoewel ik me gevleid voelde toen mijn geboorteplaats een ‘stadje’ werd genoemd, moet ik tegen dit argument twee bezwaren inbrengen: 1) Door zijn geweldige groei kan Valkenswaard (thans 24.000 inw.) inmiddels misschien wel aanspraak maken op het predikaat stadje; volgens een opgave van de afdeling Bevolking van het plaatselijk gemeentehuis waren er in 1900 en 1850 respectievelijk 2336 en 1157 inwoners. 2) Mijn andere bezwaar betreft de opgave voor Valkenswaard die Goossens tot zijn beschikking had. Met diminutiva als: menneke, tekske, kerke ‘karretje’, maar ook b.v. ekker ben ik sinds mijn vroegste jeugd vertrouwd; de man die voor het dagelijks brood zorgt heb ik echter altijd den bakker horen noemen. Ook het onderzoekje dat ik ter controle onder een aantal Valkenswaardse bejaarden instelde, leverde me uitsluitend bakkers op. De vorm bekker, die ik in tweede instantie zelf ter sprake bracht, werd steeds met klem van de hand gewezen met: ‘Des gin Valkeswirds’.
Overigens bleek me in een gesprekje met bakker H. de Wit (75 jr) dat Goossens’ opvatting over de sociaal-economische achtergronden die een rol hebben gespeeld bij het ontstaan van het bakker-lint in Valkenswaard bevestigd worden. De Wit herinnerde zich uit verhalen van zijn vader zaliger dat ene Panken zich omstreeks 1875 als eerste