Taal en Letteren. Jaargang 14
(1904)– [tijdschrift] Taal en Letteren– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 510]
| |
Uit een Spaanse geschiedenis der Nederlandse letterkunde.In een ‘Literatura de los Países Bajos’, een boekje in 16o, verschenen in een serie ‘Todas las literaturas’Ga naar voetnoot1), vindt men o.m. het volgende. Nadat in de inleiding meegedeeld is, dat ook de latijn en frans schrijvende noord- en zuidnederlanders genoemd zullen worden, zien we in het paragraafje over de middeleeuwen vet gedrukt, behalve de namen van Maerlant, die bij Bielle woonde, en Adenet le Roi, die der rijmkroniekschrijvers Klaas Kolijn (sic) en Melis Stoke. Terwijl van Spieghel verteld wordt dat hij schreef ‘El espejo del corazón’Ga naar voetnoot2), staat er van Vlaming, dat hij ‘ediciones de Hertspiegel’ in 't licht gaf, zodat er alle kans is dat de argeloze spaanse lezer Hertspiegel voor een auteur zal houden, gelijk hij Hedendang (sic) voor een landstreek zal aanzien, vernemende dat van Loon's werk getieteld is ‘Introducción á la numismática de Hedendang’. Dat de (onbekende) schrijver het met de spelling der eigennamen vaak te kwaad heeft, bewijzen bijv. de Rederijkler of Redevijlker; Marnix, de schrijver der Bijeakorf (van wie verteld wordt, dat hij ‘el célebre pacto de los nobles’ opstelde); de Brabbelighen van Raemer Visscher; Hoof, | |
[pagina 511]
| |
de ‘burgomaestre’ van Mindem; Samuel de Kogstraaten; Agatha Denken en Bilderdigk, En kritiese beschouwingen? Hoogvliet's ‘Abraham de aartsvader’ onderscheidt zich door ‘la belleza del estilo y la versificación, por la riqueza de las imagénes y de las descripciones’. In Bilderdijk kan niet hoog genoeg geprezen worden de grote kunst, waarmee hij hanteerde ‘un idioma tan rebelde á una versificación armoniosa como el neerlandés’! Moet men hieruit opmaken dat onze auteur zelf eens een (mislukte) poging heeft gedaan om verzen in het nederlands te schrijven? Van het bestaan van een moderne noordnederlandse letterkunde schijnt hij geen flauw vermoeden te hebben. De laatst vermelde noordnederlander is Van Lennep, en het op hem volgende hoofdstukje ‘Escritores contemporáneos’ bevat slechts namen van zuidnederlanders.
Den Haag, Sept. '04. C.H. Ebbinge Wubben. |
|