Een eigenaardige woordschikking.
Dat in onze taal het praedicaat, wanneer het optatieve beteekenis heeft, soms voor zijn subject staat is uit ‘Leve de Koning’ algemeen bekend. Het zou de moeite waard zijn in oudere en jongere litteraire en omgangstaal naar meer voorbeelden te zoeken. Ik vond er een in van Lennep's Klaasje Zevenster: ‘Ja, zei Karoline, ik heb haar tegen dien Franschen gouwverneur hooren zeggen - weten de Heeren, ze zei het op z'n Fransch, maar ik verstond het toch genoeg,’ enz.
N.A. Cramer.