Niet allen 't zelfde.
‘Ontwijding’ heeft de dichteres in een in onze Juni-aflevering opgenomen gedicht de daad van hen genoemd, die woest in de snaren van haar ‘heilige, teedere harp’ grijpend, ruw uitvaren tegen wat zij noemen haar ‘getreur om dwazen droom van Eden lang verloren’. En er zijn er zeker nog altijd die, hoe ook het talent van Hélène Lapidoth-Swarth bewonderend, er geen vrede mee kunnen hebben dat de grondtoon harer verzen steeds die is van diepen weemoed. Alsof men het maar voor 't kiezen had! Alsof de dichter een orgeldraaier was, die maar een knop te verzetten heeft om na het weenend adagio het straatpubliek een vroolijke polka voor te orgelen.
Er zijn nog altijd velen, die in stille aandacht plegen te luisteren naar wat deze ‘godeboden tusschen hemel en aard’ hun te zeggen hebben.
Van Hall, De Gids, Juli 1900.