Abstractie.
Dit voortdurend leven in de enge, slecht geventileerde ruimte hunner eigene denkbeelden, maakt het bestaan van vele menschen zoo dof en onbeteekenend. Zelfs hunne emoties zien er alle even verkleurd en krachteloos en verlept uit. Nooit echter schijnt het idee bij hen op te komen, dat hunne wijze van het leven te zien wel eens niet-normaal, ongezond, anti-artistiek, kleingeestig zou kunnen zijn; dat zij niet dingen in zich opnemen, maar schimmen van dingen, niet emoties kennen, maar schimmen van emoties. Ondanks alle conventioneele bewondering van het schoone, blijft in hun oogen een andere, gedesinteresseerde, naieve beschouwing van de dingen, zooals die b.v. in de poëzie geëischt wordt, iets onnatuurlijks. - En toch, als er iets onnatuurlijk is, dan is dit de blik, dien de koele verstandige mensch op de wereld heeft.
Dr. B.J.H. Ovink, Over het Genieten van Muziek, Gids 1894, II.