Moederziel alleen.
Antwoord op vraag 1: ‘Wat beteekent de uitdrukking
moederziel alleen in den zin: Hij bleef moederziel alleen te
huis.’
De uitdrukking moederziel alleen, anders ook moederlijk
alleen, heeft dit eigenaardigs, dat
Bilderdijk, die anders niet ligt terugdeinsde
om eene verklaring te geven, ditmaal er voor stond. Hij noemt haar, in de
Aanmerkk. op Huyd. bl. 47: ‘een wonderlijk zeggen’, en
gist, dat zij te kennen geeft: gelijk de moeder alleen moeder is. Die
gedachte uit hij op eene stellige wijze in de Aanteekk. op Huyg. VI.
143, waar men leest: ‘'t Ziet op het andwoord van de vrouw, die, gevraagd
wiens kind het was dat zij droeg, tot bescheid gaf: A en B en C en D zijn de
vaêr, maar ik ben de moêr alleen.’
Tobler, in zijn Appenzell. Sprachschatz, p.
325, verstaat er door: wie ein Kind im Mutterleibe, en ook prof.
De Vries oppert dit als gissing, ofschoon men,
naar zijn oordeel, het geheele zeggen voor een misbruik zou kunnen houden, uit
louter schertsende, doch onverstandige nabootsing van het bekende en
begrijpelijke moedernaakt ontsproten; zie 's Hoogl. Warenar van
Hooft, bl. 200. Dr.
Verwijs houdt moederziel voor ontstaan
uit moederzalig en dit van zale, schoot; zie het Gloss. op den
Wap. Martijn, bl. 168.
Adelung heeft nog eene andere opvatting;
namelijk die van zoo alleen als een kind van zijne moeder verlaten.
Schmidt, in zijn Westerwäldisches
Idiotikon, noemt de uitdrukking ‘donker’, en