Verbondenheid met de aarde
De inzet van de jongeren steekt de ouderen een hart onder de riem. Als de jongeren hoop wekken, is het omdat ze een ethische gevoeligheid voor solidariteit ontwikkeld hebben. Deze solidariteit stelt de mensen in staat zin en betekenis te geven aan de rampspoed die hen treft. Hoe belangrijk nationale en internationale hulpverlening ook is - geldinzamelingen, schenkingen, het zenden van voedsel en kleren - het herstel van het sociale weefsel in de gemeenschap gebeurt in de eerste plaats door lijfelijke aanwezigheid en reële zorg en bekommernis. Die warmte kan door niets anders worden vervangen. Ze is de krachtbron die mensen in catastrofen doet overleven en, als de tijd er rijp voor is, doet opstaan en hen ertoe brengt om maatregelen af te dwingen die dergelijke tragedies moeten voorkomen.
Wanneer ik het heb over de krachtbron van de solidariteit, denk ik in de eerste plaats aan de inheemse bevolking van de Filippijnen. Zij hebben hun eigen cultuur, hun eigen taal, hun eigen verhaalstof en genealogieën en hun eigen waardenbeleving. Die cultuur en die waardenbeleving kenmerken zich door een sterke verbondenheid met de aarde. De inheemse bevolking woont trouwens meestal in de beboste bergstreken, waar hun voorouders van de jacht en de visvangst leefden. In dat bestaan worden ze nu bedreigd door multinationals die neerstrijken om mineralen en andere natuurlijke rijkdommen te exploiteren.
Tegenover de westerse cultuur van het exploiteren en onderwerpen vormt de inheemse bevolking als het ware een tegencultuur, waarin zorg, solidariteit en verbondenheid met de zwakken centraal staan. Die waarden betekenen heel veel. Ze verlenen aan die mensen de spankracht om gevoelsmatig met natuurrampen in het reine te komen. De bewoners van de technisch hoog ontwikkelde landen kunnen hen alleen maar benijden. Want waar zullen zij, gevoelsarm als ze zijn geworden, de spankracht vinden om zich te weer te stellen, mocht hen een soortgelijke catastrofe treffen? De opwarming van het klimaat sluit zo'n rampenscenario niet uit.
Uit het Engels vertaald door Georges De Schrijver en Roger Lenaers.
□ Pedro Walpole