Streven. Jaargang 60
(1993)– [tijdschrift] Streven [1991-]– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 105]
| |||||
Rock en kunst in de huidige cultuur
| |||||
[pagina 106]
| |||||
Primal screamDe groep Primal Scream stamt uit de rocktraditie maar trad op de voorgrond toen zij met succes het rockidioom met de hedendaagse danscultuur gingen verbinden. Veelzeggend is het feit dat zowel Jimmy Miller, producer van The Rolling Stones ten tijde van Beggars Banquet, als Andrew Weatherall, The Orb en Hypnotone, gekend om hun dansremixes, aan de LP Screamadelica meewerkten. Op die plaat vindt men ondermeer de singles ‘Loaded’, ‘Come Together’ en het merkwaardige ‘Higher Than The Sun’ dat door sommigen al wordt beschouwd als dé single van de jaren negentig. Eind december stond Screamadelica in meerdere jaaroverzichten als beste plaat van 1991 genoteerd. De zopas overleden Bobbie Gillespie, voormalige drummer bij The Jesus & Mary Chain en tot aan zijn dood de gevierde voorman van Primal Scream, werd onlangs door het weekblad Melody Maker aan een multiple choice interview onderworpen. Voor elke letter van het alfabet mocht hij tussen vijf woorden kiezen. Voor de letter f koos hij uit de reeks fans, friendship, faith, funk, fashion het derde woord. Hij gaf daarbij volgende verklaring: ‘Ik denk dat wij religieuze mensen zijn. Ik denk dat muziek echt helende eigenschappen bezit. Om zich werkelijk zo goed te voelen als wij ons voelen bij het beluisteren van muziek, moet je er veel geloof in geïnvesteerd hebben. Ik meen dat de manier waarop wij met muziek omgaan dezelfde is als de wijze waarop christenen of moslims met godsdienst omgaan’ (Melody Maker, 18/1/92). Opvallend in dit citaat zijn de keuze van het woord ‘geloof’ om over de eigen verhouding tot muziek te spreken en de voorstelling van zichzelf als ‘religieuze mensen’. Muziek beleven zij blijkbaar als iets sacraals, waar helende krachten van uitgaan. Zij hebben de indruk dat muziek in hun eigen leven evenveel betekent als godsdienst in het leven van christenen en van moslims. In hetzelfde interview vertelt Martin Duffy, die in Primal Scream keyboard speelt, hoe hij in zijn jeugd naar priesters toeging en hen probeerde duidelijk te maken dat de liefdesliedjes van The Beatles iets religieus hebben. Het volstaat het woord ‘liefde’ met ‘God’ in verbinding te brengen om dat aan te voelen. ‘Maar de priesters hadden er geen benul van waar ik het over had. Ze waren OK binnen hun eigen georganiseerde religieuze structuren, maar ik besefte dat er meer bij kwam kijken dan dat. Zelfs op de leeftijd van 15 jaar, wist ik dat liefdesliedjes gebeden zijn’. | |||||
[pagina 107]
| |||||
SpiritualizedNa het uiteenvallen van Spaceman 3, een opmerkelijke groep uit de tweede helft van de jaren tachtig, ging Jason Pierce zijn eigen weg en stichtte Spiritualized. Lazer Guided Melodies, de eerste langspeelplaat van deze nieuwe groep, beweegt zich aan de rand van het popgebeuren. De traditionele drums worden door lichte percussie vervangen en instrumenten als fluit, viool, cello, saxofoon worden ingevoerd. Het geheel wekt de indruk van een soort hedendaagse symfonische muziek, al heeft de plaat gelukkig geen last van de barokke of bombastische trekjes van de zogenaamde symfonische rock van de jaren zeventig. Spiritualized houdt het sober. Lazer Guided Melodies werd beschreven als ‘muziek over muziek en over de kracht van muziek’ (Steve Sutherland, Melody Maker, 28/3/92). De gedegen uitdrukkingskracht van deze plaat verdraagt overigens een dosis humor. Het slotnummer heet ‘200 Bars’. Een met opzet dubbelzinnige titel: je mag daarbij zowel denken aan 200 Amerikaanse bars waar je lekker gaat drinken als aan 200 maten muziek waar je je zachtjes in laat verdrinken. Het nummer bestaat inderdaad uit 200 maten. Een stem op de achtergrond telt ze een voor een mee, van één tot tweehonderd. Met Pale Saints en My Bloody Valentine behoort Spiritualized tot die groepen die gefascineerd zijn door de veelvuldige mogelijkheden van muziek en die graag met klanken experimenteren, maar daarover echter geen theorieën te verkopen hebben. Zij weigeren grote verklaringen af te leggen. Men moet maar leren luisteren naar de muziek en zich laten boeien door de klanken. Uitleg is overbodig, zelfs onmogelijk. Op de vraag of hij het eens zou zijn met de hippies van de jaren zestig die de kracht van muziek in verband brachten met een spirituele dimensie, reageert de zanger/componist terughoudend: ‘Ik ga er niet bij zitten om te bestuderen waarom (deze muziek) werkt of wat dan ook. Het werkt en ik ben daar gelukkig mee. Ik denk dat wij overweldigd worden door de klanken die uit Spiritualized stromen omdat...’ (Melody Maker 28/3/92). Jason Pierce heeft de gewoonte zijn zinnen niet af te maken. Hij voegt er nog iets aan toe over het feit dat alle muzikanten van de groep precies weten wat zij aan het doen zijn en over harmonieën en symfonieën die in de muziek meeklinken al werden die niet als dusdanig opgenomen. Een antwoord op de vraag hoe men de kracht van muziek zou kunnen verklaren, wordt hiermee echter niet gegeven. In een eerder interview was de zanger iets explicieter. | |||||
[pagina 108]
| |||||
‘Er is iets van de religieuze ervaring, de langdurige euforie, de transcendente ervaring, dat mij overkomt als ik muziek speel, vooral als ik optreed. Je voelt dat de hele sound groter is dan de som van zijn deeltjes, dat het voor een stuk van elders komt. Ik wil niet insinueren dat God zelf playback gitaar speelt achter een scherm, maar als we optreden, halen we pieken van intensiteit waarbij je je afvraagt waar de klank nu echt vandaan komt - zelfs bij de rustige nummers voelen we dat’ (Melody Maker, 8/6/91). Dat deze muziek iets sacraals oproept blijkt uit de reacties. Zo schreef Simon Reynolds, een bekende Britse muziekcriticus, een plaatrecensie vol mythologische en religieuze taal. Verwijzend naar de god Apollo spreekt hij van ‘glans’, ‘verhevenheid’ en ‘hemelvaart’ om de muziek te beschrijven. Ook Icarus wordt vernoemd, die opstijgt naar het hart van de zon. Op zoek naar redding en verlossing zou Spiritualized gospel maken voor de 21e eeuw (‘21st Century gospel’). Liefde is een van de helende krachten, maar muziek lijkt wel de doorslaggevende te zijn: Pierce hunkert naar een soort ultiem geneesmiddel voor twijfel en pijn waarvan de werking nooit meer verdwijnt. Het gelaat van de geliefde is één antwoord (‘Als je lacht / word ik door jou geblinddoekt tegen alle gruwelijkheden die ik zie’), maar het slotnummer ‘200 Bars' doet vermoeden dat van alle ontsnappingswegen en helende krachten, muziek de ware is’ (Melody Maker, 21/3/92). | |||||
RideDeze groep behoort tot de jonge generatie die terug mag blikken op ruim dertig jaar pop en rockmuziek en zodoende uit een rijke traditie inspiratie kan putten. Voor Ride bestond de uitdaging er oorspronkelijk in, hedendaags extreem gitaargeweld (in het spoor van The Jesus & Mary Chain, My Bloody Valentine, Sonic Youth...) te vermengen met popmelodieën uit de jaren zestig (The Beatles, The Byrds...). Met hun tweede LP zetten ze een stap verder in de ontwikkeling van een eigen geluid. De plaat heet Going Blank Again, een enigszins ironisch bedoelde titelGa naar eind2. Groepen als Pale Saints, Teenage Fanclub, Slowdive en Ride hebben vooral oog voor de kwaliteit van de muziek en hebben er geen behoefte aan zich te profileren als rocksterren. Zij nemen afstand van een aantal voorbeelden uit het verleden en doorprikken de mythen die in bepaalde kringen worden hooggehouden. Zij maken zich minder illusies. Zij weten dat je met een lied de wereld nog niet verandert. Zij beseffen dat rock voor allerlei doeleinden wordt gebruikt en misbruikt. | |||||
[pagina 109]
| |||||
Zij proberen het wezenlijke van het bijkomstige te onderscheiden. Niet een opvallende levensstijl maar de muziek trekt hen aan. Dáárom hebben zij immers een groep gevormd. Makkelijk is dat niet. Platenfirma's azen immers op commerciële produkten en muziekbladen willen sensatie verkopen. Ride maakt intense, weelderige, lichtende muziek. Wie ze live ziet optreden wordt getroffen door hun volledige toewijding aan de muziek. Zij waren trouwens reeds bekend door hun optredens nog voor zij platen hadden uitgebracht. Waarom is muziek zo belangrijk? Zanger en gitarist Andy Bell ziet het zo: ‘Omdat ze magisch is. Muziek raakt een zenuw die door niets anders wordt aangeraakt en dringt dieper door dan wat dan ook. Wat je hebt met muziek is dat ze niet naar je toe komt, maar dat jij naar haar toe gaat. En de meeste mensen hebben dit nodig. (...) De gitarist voegt er een persoonlijke bekentenis aan toe, waaruit blijkt hoezeer muziek in zijn leven iets als een religieuze kracht bezit: ‘Mijn hele leven is gebaseerd geweest op muziek, of het nu gaat om spelen of luisteren. Het is de belangrijkste kracht die me vooruitgeholpen heeft en het is de belangrijkste bron van troost voor mij, het enige dat er altijd geweest is. De manier waarop velen over godsdienst of over geestelijke ervaringen spreken stemt overeen met de wijze waarop ikzelf muziek aanvoel. Ik weet dat dit als een zware uitspraak klinkt maar het is waar’. Elders bevestigt Andy Bell de boven aangehaalde opvattingen van Primal Scream over het religieuze karakter van muziek: ‘Muziek is de sterkste kracht in mijn leven. En zelf ben ik geenszins zo sterk als de muziek waar ik van houd. Ik denk dat dit de reden is waarom ik van bepaalde soorten muziek houd omdat ze veel sterker is dan ikzelf ben’ (Anomalie, nr. 6, juni 1992). Deze uitspraken klinken geloofwaardig voor wie met de manier van doen van de groep vertrouwd is. Hun houding spreekt van overgave en geloof in de muziek. Natuurlijk beseffen ze wel dat men geen platen verkoopt als men niet bereid is mee te werken aan promotie via de media. Wie als rockgroep van muziek wil leven moet wel eens toegevingen doen aan de draaimolen van de industrie. Maar Ride koos voor | |||||
[pagina 110]
| |||||
het onafhankelijke label Creation waar hun artistieke keuzen gewaardeerd worden. Zij beseffen dat rock gebonden is aan een systeem van handel en massamedia, maar blijven ervan overtuigd dat het mogelijk is binnen de gegeven structuren goede muziek te maken. Dat hebben hun grote voorgangers bewezen, wier werk een kracht uitstraalt waarvan je weet: dit komt recht uit het hart. Voor Ride is muziek een positieve kracht die helpt spanningen te overwinnen. Het is een ruimte waarin je helderheid kan scheppen in jezelf en waarin persoonlijke beslissingen kunnen rijpen. ‘Je hoort de muziek en al die bevindingen komen in je binnenste op en je neemt al die beslissingen. Je hebt de muziek en dan heb je wat je er zelf van maakt - dat is veel bevredigender dan dat iemand anders alles voor je klaart. Het is een creatief gebeuren’ (Melody Maker, 15/2/92). Met deze woorden beschrijft drummer Laurence Colbert de omgang met muziek als een moment van verinnerlijking en bevrijding. Rock kan vele functies vervullen. Soms is ze een middel om zich uit te leven en dan weer wekken de klanken een inwendige stilte die voert tot verdieping. | |||||
The Jesus and Mary Chain1985 blijft in de herinnering van velen het jaar van Live Aid, het door Bob Geldof opgezette concert ten bate van de slachtoffers van de hongersnood in Ethiopië. Voor de rockliefhebber is 1985 echter vooral het jaar van Psychocandy, de eersteling van The Jesus & Mary Chain, die van de gebroeders William en Jim Reid op slag legendarische figuren maakte. De plaat klonk als een manifest. Eenvoudige en bevallige popsongs werden gedompeld in een chaos van schril gitaargeluid. Het gold als een protest tegen de toen heersende trends (de volgens sommigen zielloze disco en wortelloze new wave). De religieuze thematiek duikt ook hier weer op. Maar wel anders dan bij de voorheen besproken groepen. Bij The Jesus & Mary Chain wordt ‘Jezus’ herhaaldelijk in liedjes of in interviews ter sprake gebracht, soms humoristisch maar meestal provocerend. Beide aspecten gaan hand in hand. Het zit reeds in hun naam. Hun jongste LP, Honey's Dead, begint met de woorden ‘I want to die like Jesus Christ’, de eerste regel van de song ‘Reverence’. Toen dit lied in maart 1992 als single uitkwam en meteen een plaats veroverde in de top tien van de Britse charts, had de groep volgens de regels van het spel een uitnodiging moeten krijgen om op te treden voor het programma Top Of The Pops. Maar de BBC oordeelde dat dit niet kon. | |||||
[pagina 111]
| |||||
Nam men aanstoot aan de provocerende uitspraak ‘I want to die like Jesus Christ’? Alleen al de naam ‘Jezus’ stoot velen tegen de borst: zowel degenen die die naam niet meer willen horen als degenen die zich deze naam toeëigenen. The Jesus & Mary Chain stellen inderdaad de hypocrisie aan de kaak waarmee met de naam ‘Jezus’ wordt omgesprongen. Maar er is meer. Intuïtief verwoorden zij het gevoel van vele rockzangers die wel eens meer als een soort messias worden bejegend: opgehemeld als goden maar tegelijk verbruikt als ‘wegwerphelden’ (disposable heroes)Ga naar eind3. Op de vraag wat hij van God dacht, antwoordde Jim Reid dat hij met het beeld van God als een oude grijze man die uit verveling op een blauwe maandag de wereld schept, niets kan aanvangen. ‘Als je sterft, denk ik, gebeurt er iets met jou. Ik geloof niet dat je zomaar doodgaat, het is ingewikkelder dan dat. Er is geen enkele mogelijkheid om te begrijpen waar het allemaal om gaat zolang we op deze aarde leven. (...) Bij de dood onderga je een verandering en alles zal waarschijnlijk veel duidelijker worden, en wellicht is het antwoord op alles ongelooflijk eenvoudig en evident. En ik denk dat je, als je sterft, dat alles te weten komt’ (Select, april 1992). Wat helpt in de tussentijd? Muziek, die onze ziel roert. Wetenschappers kunnen dit niet uitleggen maar juist die ervaring van het zo diep geraakt worden door klanken is een reden om te geloven in de ziel, in de soul, in die diepere, geheimzinnige kern van ons menselijk bestaanGa naar eind4. | |||||
Kunst uit noodzaakOp het strikt muzikale vlak zijn de vier aangehaalde voorbeelden nogal verschillend. De agressieve gitaaruitbarstingen van The Jesus & Mary Chain staan lijnrecht tegenover de tedere klanken van Spiritualized. Terwijl bij Primal Scream de danscultuur overheerst, zoekt Ride inspiratie bij de talentvolle gitaargroepen uit de traditie. Wat deze vier formaties verbindt en waardoor ze ook wederzijds hun werk weten te waarderen is een gemeenschappelijke spirit. Muziek is hun leven. Zij geloven erin: ‘Keep the faith’. Waarin bestaat dit geloof? Zij geloven blijkbaar niet in utopieën en zij hebben geen boodschap aan slogans. Zij zijn niet cynisch maar ook niet naïef optimistisch. Kunstmatige opgewektheid is nutteloos (‘uselessly positive’ zegt Laurence Colbert van Ride). Waarin geloven zij dan wel? Zij geloven dat muziek de zelfvoldaanheid van de heersende systemen en de bekrompenheid van de gangbare opvattingen doorbreekt. Muziek overstijgt, trekt ons mee in een andere werkelijkheid. | |||||
[pagina 112]
| |||||
Toch vervreemdt ze ons niet van onszelf, wel integendeel. Muziek (zowel het maken als het echt beluisteren ervan) is een creatief proces waarin de krachten van leven en dood, liefde en haat, vreugde en pijn, uitgezegd en uitgezuiverd worden. Klanken ontwerpen een ruimte van stilte, van verinnerlijking en vergeestelijking. In die ruimte is groei en bevrijding, herademing en leven mogelijk. De gekozen citaten laten zien dat rockmuzikanten hier voorzichtig maar met overtuiging over spreken. Sommigen zijn niet bang om religieuze termen te gebruiken. In hun beleving heeft muziek iets absoluuts, heeft ze met het absolute te maken: met de kern van de werkelijkheid, met de ware werkelijkheid. Muziek helpt hen om schijn van werkelijkheid te onderscheiden. Wanneer ze de beleving van muziek met een religieuze ervaring vergelijken, betekent dat niet dat ze muziek met godsdienst gelijkstellen noch dat zij muziek met een of andere godsdienstige inhoud, traditie of instelling verbinden. Het religieuze karakter van de beleving van muziek lijkt eerder te slaan op het intense gevoel in het diepste van jezelf geraakt te worden door een overstijgende en vervullende werkelijkheid. En dan kan muziek maken of beluisteren worden beleefd als een geestelijk avontuur dat bevrijdt. De manier waarop echte rockliefhebbers omgaan met muziek kan m.i. terecht worden beschreven als een spirituele zoektocht die met de toestand van de huidige cultuur verband houdt en die met een religieuze overgave vergeleken kan worden. Waarom? Muziek is bij uitstek een vorm van abstractie, in de letterlijke betekenis van het woord: ontrukking aan beelden en woorden. Wij leven in een maatschappij die ons met beelden en woorden overspoelt. De Amerikaanse kunstschilder Mark Rothko heeft eens gezegd dat beelden er tegenwoordig niet meer in slagen een ervaring van transcendentie op te roepen omdat zij in ons bewustzijn te zeer geassocieerd worden met nut en genot. Dit is een van de redenen waarom hij van figuratieve naar non-figuratieve schilderkunst is overgegaan. Wanneer we nog slechts als werkelijkheid aanvaarden wat als beeld op het televisiescherm verschijnt, vervreemden wij ons van de echte werkelijkheid. De vermenigvuldiging van beelden verwatert en verschraalt de werkelijkheid. Ook woorden worden stilaan een obstakel in plaats van een toegang tot werkelijkheid. Niet alleen moeten wij heden de mislukking verwerken van alle moderne ideologieën (marxisme, communisme, liberalisme, nationalisme), wij moeten ons ook weren tegen de leugens van de reclame en de sofismen van machthebbers. Om de wereld waarin we leven te begrijpen hebben we de keuze tussen tientallen verklaringsmodellen (sociologisch, psychologisch, economisch, politiek, biogenetisch, cultuurhistorisch, semiologisch... met allerlei varianten binnen elke | |||||
[pagina 113]
| |||||
discipline). Daarbij onttrekt zich de werkelijkheid zelf meer en meer. Wij hebben geen gebrek aan namen maar de roos is verdwenen. Een overwoekerende stroom van woorden, een waanzinnige aaneenschakeling van beelden. Wie op zoek gaat naar een meer directe omgang met werkelijkheid moet wel op de een of andere manier een uitweg vinden uit het labyrint van teksten en beelden dat ons binnen onze eigen referentiekaders als in een spiegelpaleis gevangen houdt. Werken met klanken kan zo'n manier zijn, want klanken onttrekken zich aan woorden en beelden. Hierin zit een stuk negativiteit, een afbraak van voorstellingen en een afkeer van alles verklarende theorieen. Dit negatief aspect is echter slechts een moment binnen een positieve volheid. Muziek is een uitwisseling van levenskrachten, stroomt over van energie die ons intenser doet leven. Zo spreekt de werkelijkheid tot ons in een taal die ons ten diepste aangrijpt en die verder reikt dan wat ons verstand kan begrijpen. In die zin biedt muziek mogelijkheden tot een spirituele openheid en bewogenheid waarbij het accent niet ligt op zekerheid maar op avontuur, niet op het begrijpen maar op het gegrepen worden. Geldt dit ook niet enigszins voor klassieke muziek of voor muziek in het algemeen? Muziek heeft mensen te allen tijden geraakt. In die zin sluit rock aan bij een oeroud gegeven. Chris Robinson, zanger van The Black Crowes, is er zich van bewust: ‘Muziek is er altijd geweest. Ik zie geen wezenlijk verschil tussen onze aanpak en de liederen die mensen tweeduizend jaar geleden zongen, gebaseerd op fabels en volksvertellingen over ellende en geluk. De essentie blijft hetzelfde, alleen de stijl verandert met de jaren’ (OOR, 2 mei 1992). Deze algemene kern is echter niet het enige. Muziek is de taal van een gemeenschap en in die zin niet los te zien van haar maatschappelijke en culturele context. Zowel op het vlak van de muzikale eigenschappen als in de wijze van functioneren is rock een specifieke uitdrukking van de huidige cultuur, zoals klassieke muziek met de humanistische en moderne cultuur verwant is. In de klassieke cultuur staat het woord op de voorgrond, dat kennis en verklaring van de dingen mogelijk maakt. Zin en betekenis worden in teksten vastgelegd. In het boek wordt de gehele werkelijkheid voor het oog overzichtelijk en voor het verstand inzichtelijkGa naar eind5. Aan de overheersing van het woord is echter een eind gekomen. Het oor krijgt nu voorrang op het oog. George Steiner spreekt in dit verband van een ‘muzikalisatie’ van de cultuur. De mens zit niet meer op een troon. Hij voelt zich de speelbal van onbewuste driften, van zelfregulerende structuren en anonieme evoluties. Ook het godsbeeld vervaagt. Gekneld tussen het onmenselijke van naamloze | |||||
[pagina 114]
| |||||
krachten en het bovenmenselijke van een onnoemelijke horizon worstelt de hedendaagse mens met verwarring en twijfel, met hunker en vergankelijkheid. Van dit culturele klimaat is rock de muzikale taal. Binnen de nieuwe context krijgen kunst en spiritualiteit andere accenten. Voor de kunstenaar en voor de geestelijke zoeker wordt ervaring belangrijker dan interpretatie, het onvoorspelbare en het onbekende uitdagender dan het gekende en het voorstelbare. Een blik op Hegel kan ons helpen om de geschetste verschuiving te verduidelijken. Dit tenminste had Hegel heel juist gezien: de uil van Minerva (symbool van de filosofie) begint pas zijn vlucht als de avond valt, kennis komt er eerst als de dag zowat voorbij is. Voor Hegel is filosofie de uiteindelijke vorm van wetenschappelijke kennis, het geheel en al doorzichtig worden van de werkelijkheid voor zichzelf. Hij was ervan overtuigd aan het einde van de geschiedenis te staan en daarom kon volgens hem de filosofie pas nu tot haar volle ontplooiing komen. Aan de avond der tijden kon over de loop aller dingen een definitieve uitspraak worden gedaan, een laatste oordeel geveld, een alomvattende interpretatie geboden. De werkelijkheid in haar geheel en met al haar details werd opgeborgen in de heldere ruimte van alles overheersende begrippen. Later zal Nietzsche ontdekken dat begrippen als bewaarplaats in feite een begraafplaats zijn. Ondertussen waren echter filosofen en theologen voor Hegels ideaal van een doorzichtige kennis gezwicht. Waarheid werd nu eerder als onfeilbaar dogma begrepen dan als moedige zoektocht. Een droom die het westerse denken sinds lang bewoog, kwam tot voltooiing. Deze opvattingen hadden een weerslag op de interpretatie van kunst. Binnen dit denken stond het vast dat wetenschap hoger moest worden geacht dan kunst en het geleerde en belerende woord betrouwbaarder dan ongrijpbare muziek. Voor Hegel was immers de tijd dat kunst als voorstelling van het absolute nog onontbeerlijk was, definitief voorbij. De kennis van het absolute heeft geen beelden meer nodig nu het absolute weten in klare woorden spreekt. Maar sprak Hegel het laatste woord? De filosoof is gestorven en de geschiedenis bleef niet stilstaan. De uil van de zelfbewuste denker ging zich weer te slapen leggen en er kwam een nieuwe dag. Wij leven vandaag in het gewoel van de volle dag. Hoe zouden wij een vastomschreven kennis kunnen hebben van een toestand die nog volop in wording is? Hoe zouden wij kunnen begrijpen wat nog moet gebeuren? Spiritualiteit in een post-hegeliaanse tijd zou kunnen betekenen: het verzaken aan definities die vastleggen en bevriezen; een geestelijk avontuur wagen met de blik op een toekomst die nog komen moet en die voorlopig door geen enkele volzin kan worden gevat. Bram van Velde, een schilder die net als Rothko | |||||
[pagina 115]
| |||||
naar een non-figuratieve stijl is overgegaan, drukte het zo uit: iets moet nog geboren worden, alleen weten we nog niet goed watGa naar eind6. En juist daarom is kunst, in tegenstelling tot wat Hegel meende, opnieuw noodzakelijk geworden: als ‘de hoogste vorm van hoop’, als ‘geloof’ (aldus de Duitse schilder Gerhard Richter), als een doorleefde ervaring die ons helpt zowel de dwangbuis van het (moderne) rationaliseren en systematiseren als de duizeling van het (postmoderne) deconstrueren en contextualiseren te verwerken en te overstijgenGa naar eind7. Rockgroepen die ernaar streven waarachtige muziek te maken, scheppen uit noodzaak. Zij staan in een proces waaruit iets aan het groeien is, maar wát is nog onzichtbaar. Zij hebben weinig woorden om erover te spreken, niet uit onmacht maar uit verwachting: het is veel te vroeg om te spreken, het eigenlijke moet nog geschieden. Dit wil niet zeggen dat er niets anders overblijft dan roerloos af te wachten. Wij kunnen en mogen meedoen, scheppend omgaan met de levensstromen, klanken bewerken en krachten verwerken. Wij worden door onze creatieve inzet en overgave meer en meer betrokken bij een gebeuren dat ons oproept en ons overstijgt. Wij raken onderling verbonden in een geschiedenis die zwanger wordt van een nog ongenoemde toekomst. En met een weelde van klanken mag nu reeds worden gevierd. Het zou een misverstand zijn de afkeer voor veralgemenende, mededeelbare theorieën te interpreteren als een drang naar individualisme en een vlucht in eigenzinnigheid. Wie vanuit de diepte, vanuit het hart, naar klanken luistert en erin opgaat vergeet zichzelf. Hij zoekt geen narcistische of hedonistische zelfvervulling maar pretentieloze zelfoverstijging. Muziek is voor hem wat een doek was voor Bram van Velde: een oefening in het loslaten, een tocht in het onbekende; en juist daardoor een ruimte van schepping en bevrijding, van verwondering en jubel. Dat muziek bovendien tussen muziekliefhebbers, tussen zangers en fans, tot eigen vormen van medevoelen en van saamhorigheid leidt, wijst erop dat muziek als geestelijk avontuur het geheim van de medemenselijkheid in zich draagt. | |||||
Discografie
|
|