| |
| |
| |
Bibliografisch overzicht 1958
Tenzij het anders staat aangeduid is het verschijningsjaar van de aangehaalde boeken en tijdschriftartikelen 1958; het Overzicht bevat immers ook enkele aanvullingen over 1957: achterstallige tijdschriftartikelen of boeken waarop slechts na afsluiten van het Overzicht 1957 (Spiegel der Letteren 1958, 3, 202-32) de hand kon worden gelegd. Besprekingen welke nog in de loop van 1958 verschenen, werden telkens tussen ronde haken opgenomen. In het raam van een periode gebeurde de alfabetische rangschikking per onderwerp (naar behandelde schrijversfiguren), niet per auteur.
| |
Naslagwerk
b. deutsch, Poetry handbook; a dictionary of terms; with an introduction by Patric Dickinson. London, J. Cape. 178 pp. |
d. de jong, Het vrije boek in onvrije tijd; bibliografie van illegale en clandestiene belletrie; ingeleid door Prof. Mr. H. de la Fontaine Verwey en Gerrit Kamphuis. Leiden, A.W. Siithoff. 848 pp. |
Kleines literarisches Lexikon; 2. völlig erneuerte Auflage; hrsg. von Wolfgang Kayser. Bern, A. Francke. 608 pp. - Sammlung Dalp, 15-17. |
Verdensliteraturen; hvem skrev hvad før 1914; red. av H. Fonsmark; 2. udg. København, Politiken, 1957. 511 pp. - Politikens literaturhåndbøger. |
| |
Personalia
a.s., St. Axters O.P. lid van de Koninklijke Vlaamse Academie. WV, 7e j., I, jan., 43-44. |
Album Edgard Blancquaert; de gehuldigde aangeboden ter gelegenheid van zijn emeritaat, door kollega's, vakgenoten en oud-leerlingen. Tongeren, Drukkerij George Michiels N.V. 488 pp. |
p. geyl, Studies en strijdschriften; bundel aangeboden aan de schrijver bij zijn aftreden als, hoogleraar aan de Rijksuniversiteit te Utrecht. Groningen, J.B. Wolters. X + 544 pp. |
Opstellen door vrienden en collega's aangeboden aan Dr. F.K.H. Kossmann ter gelegenheid van zijn vijf en zestigste verjaardag en van zijn afscheid als Bibliothecaris der Gemeente Rotterdam. 's-Graventage, Martinus Nijhoff. |
Uit de school van Michels; opstellen aangeboden aan Prof. Dr. L.C. Michels bij zijn afscheid als hoogleraar te Nijmegen op 30 mei 1958; voorwoord van H. Hofstede en M.C.A. Van der Heijden. Nijmegen, Dekker & Van de Vegt. XI + 255 pp. |
| |
| |
In memoriam Prof. Dr. J. Van Mierlo. WT, 18e j., 7, sept. 287-90. |
l. debaene, In memoriam Pater J. Van Mierlo (28.11.1878 - 30.5.1959). Boekeng., 36e j., 5, juni, 193-94. |
l. indestege, Lijkrede namens de Academie uitgesproken bij de lijkbaar van Z.E. Pater Dr. Jozef Van Mierlo. VMA, N.R., afl. 5-7, 357-63. |
|
Ger Schmook LX! 1898 - 17 augustus - 1958; bijdragen door vrienden en vakgenoten de jarige aangeboden. Bgids, 34e j., 3, mei-juni, 53-111. (ook in overdruk). |
| |
Lektuurvraagstuk
Overgangslectuur; een netelig probleem; referaten door V. Martijn-Verbert, D. Bielen-Claessens, E. Vos en F. Mees. Bgids, 34e J., juli-aug., 113-24. |
g. schmook, Vlaamse schrijvers, wat is er van de... dag, vandaag? Bgids, 34e j., 2, maart-apr., 17-31. |
j.a.s. van spaendonck, Het beeldverhaal en de kringloop der techniek. Roeping, 38e j., 10, feb., 588-93. |
m. valeri, Il ragazzo e la lettura; ed. Volpicelli e M. Valeri. Bologna, Malpiero, 1957. 241 pp. |
c. ypes, Een enquête over pocketboeken. LT, 197, dec., 720-23. |
| |
Auteursrechten
d.a.m. binnendijk, Openbaarmaking van brieven. Gids, 121e j., 7, juli, 2-8. |
g.h.c. bodenhausen, Auteursrecht op brieven. Maatstaf, 6e j., 7, okt., 510-13. |
g. borgers, Openbaarmaking van brieven. Gids, 121e j., 8, aug., 108. |
a. donker [N.A. Donkersloot], Vertrek- en eindstation van de brief. NSt, 13e j., 11, nov., 622-28. |
v.e. van vriesland, De houdbaarheid der geheimhouding. NSt, 13e j., 11, nov., 613-19. |
| |
Archief- en museumwezen
g. borgers, Samenwerking der Letterkundige museums van Noord en Zuid. Gedeeld domein, 4, dec., 6. |
| |
Vertalen
b.m. baxter, Nederlandse poëzie voor export; over enkele recente vertalingen in het Engels. Gids, 121e j., 10, okt., 241-50. |
a. cohen, Vertalen, linguïstisch gezien. LT, 197, dec., 632-40. |
| |
| |
g.g. ellerbroek, De zeventiende-eeuwse vertaler J.H. Glazemaker. LT, 197e j., dec., 657-63. |
n. erne, Aus der Werkstatt des Übersetzers. Antares, nov., 579-82. |
Jahrbuch 1956. Deutsche Akademie für Sprache und Dichtung, Darmstadt. [referaten over vertaalproblemen]. Heidelberg/Darmstadt, L. Schneider, 1957. 169 pp. |
k. jonckheere, Een vertaling is geen asse. NVT, 12e j., 5, 551-57. |
g. mounin, La traduction devient-elle un probléme de premier plan? Critique, dec. 1957. |
t. savory, The art of translation. London, 1957. 159 pp. |
j. wirl, Grundsätzliches zur Problematik des Dolmetschens und Übersetzens. Wien, W. Braumüller. 49 pp. |
| |
Literatuurwetenschap
c. guillen, Literatura come sistema (sobre fuentes, influencias y valores literarios). Filologia romanza, jan.-maart 1957. (Torino). |
j. klein, Fragen und Fragwürdigkeit der deutschen Literaturwissenschaft. Welt und Wort, 15e j., 2, feb., 33-36. |
l.c. michels, Over de plaats van de filologie. DWB 2, feb., 85-98. |
s. møller kristensen, Digtningens teori. Kobenhavn. Gyldendal, 198 pp. |
l. plotkin, Die Herausbilding der sowjetischen Literaturwissenschaft. Sowjetwissenschaft; Kunst und Kultur, 6e j., juni, 659-670. |
j.p. sartre, Was ist Literatur? Ein Essay. Übertr. von H.G. Brenner. Hamburg, Rowohlt. 189 pp. - Rowohlts deutsche Encyclopädie, 65. |
c.f.p. stutterheim, Problemen der literatuurwetenschap. Antwerpen, Standaard-Boekhandel 257 pp. - Philosophische Bibliotheek. |
k. zelinski, Littérature et formes nationales. La litt. soviétique, 5.
| |
Sociologie, Doxologie
m. chraptschenko, Noch einmal: Weltanschauung und künstlerisches Schaffen. Sowjetwiss., Kunst und Kultur, 6e j., 6, juni. 587-607. |
a. van duinkerken [W. Asselbergs], Dichters uit het verleden [over een forum in Pluchri Studio te 's-Gravenhage op 30 okt. 1957]. NVT, 12e j., 6, 669-72. |
t.s. eliot, Die gesellschaftliche Funktion der Dichtung. Frankfurter Hefte, 13e j., 9, Sept., 645-53. |
r. escarpit, Sociologie de la littérature. Paris, Presses Universitaires de France. 128 pp. - Que sais-je? |
a. romein-verschoor, Over sociologische literatuurbeschouwing. SpL, 2e j., 1, 49-57. |
| |
| |
| |
Genres
L'épopée vivante [nummer gewijd aan het epos]. La table ronde, 132, dec. |
h. arens, Volkssagenstudie, vroeger en nu. Spieghel historiael, 4, 2-4. |
j. de vries, De problematiek van het sprookje. Band, 17e j., 6, 227-32. (reeds verschenen in WT, 17e j., 3, maart-april 1957, 119-26). |
a.c. bouman, Literatuur en mythe. Jaarb. Maatsch. Ned. Lett. 1957-58. Leiden, E.J. Brill. 3-16. |
m.j.e. sanders, Van Hieronymus van Alphen tot Catharina van Rennes; een bijdrage tot de kennis van het Nederlandse kunstkinderlied van 1770-1940. Amsterdam, H.J. Paris. VII + 189 pp. |
g. stuiveling, Klein essay over het essay. BVN, 12e j., 1, Sept., 1-2. |
| |
Drama
h. gouchier, L'oeuvre théatrale. Paris, Flammarion, 222 pp. - Bibliothèque d'esthétique. |
h. kindermann, Theatergeschichte Europas. I. Antike und Mittelalter. Salzburg, O. Müller. 544 pp. |
-, Tragische Weltsicht im modernen Drama. Maske und Kothurn, 4e j., 4, 289-307. |
o. mann, Poetik der Tragödie. Bern, A. Francke. 334 pp. |
| |
Roman
e. alker, Il romanzo sociologico. RLMC, 11e j., 1, maart, 12-24. |
Gaat de roman ten onder? [enquête]. NVT, 12e j., 6, 624-61. |
j. noe, De roman in de 19e en 20e eeuw. Nova et vetera, 35e j., 4, 408-22. |
j. pons, Hier spielen Erwachsene Mord; ‘Sie’ und ‘Er’ über die Sonderliteratur Detektivgeschichten. Frankfurter Hefte, 13e j., 5, mei, 351-60. |
j. romain, De zelfexpressie van de westerse mens in de twintigste eeuwse roman. NSt, 13e j., 1, jan., 16-29; id., 2, 85-99. |
| |
Overtuigingen, strekkingen, stromingen
j. daisne [H. Thiery], Letterkunde en magie. NVT, 12e j., 4, 353-82. (Ook afzonderlijk verschenen bij S.M. Ontwikkeling, Antwerpen. 45 pp.). |
th. goovaart, Gedachten over de katholieke roman. Streven, 12e j., dl. 1, okt., 26-33. |
| |
Thema's en motieven
a. donker [N.A. Donkersloot], Eva en de dichters. Amsterdam, E. Querido. 167 pp. (Bespr. W.A.P. Smit, NTg, 51e j., 6, 329-30). |
| |
| |
s. dresden, De literaire getuige [Over concentratiekampen en nazistische vervolging]. Maatstaf, 6e j., apr., 48-62. |
Les Flandres dans les mouvements romantique et symbolique. Actes du Second Congrès National de la Société française de Littérature Comparée. Paris, M. Didier. 302 pp. |
j. van haaren, Het geweten in de moderne roman. Streven, 11e j., dl. 2, maart, 573-78. |
f. knight, The sea story; a companion and guide to the reading of books about the sea, both fact and fiction. 256 pp. |
w. krogmann, Ulenspegel und die Welt. ZSP, 26, 280-96. |
h.f.m. peeters, De onrust als functie in de roman. Streven, 11e j., dl. 2, 8, mei, 748-51. |
e.m. smit, Een collectie betreffende Robinson Crusoe in de Bibliotheek der Rijksuniversiteit te Groningen. Bibliotheekleven, 43] j., 12, dec., 359-70. |
th. c. van stockum, Das Jedermann-Motiv und das Motiv des verlorenen Sohnes im niederländischen und im niederdeutschen Drama. Amsterdam, Noord-Holandse U.M., 24 pp. - MKNAWL, NR, dl. 21, 7. |
| |
Poetiek
a. den besten, Poëzie als daad. Ontmoeting, 11e j., 6, maart, 174-79. |
j. boets, De klankwaarde van het woordkunstwerk. RBPhH, t. 36, 3, 743-60. |
th.-m. bornauw, Is het ritme nog langer constitutief in de poëzie? Nova et vetera, 35e j., 4, 423-42. |
e. de brauw, Spreken en schrijven; ingeleid door Annie Salomons. Maatstaf, 6e j., 8, nov., 590-99. |
h. bruning, Inspiratie-theorie en verlossingstheorie. Roeping, 33e j., 10, feb., 594-604. |
- Onbevoegd afscheidscollege over de mededelingstaal. Kultuurleven, 25e j. 7, aug.-sept.; id., ibid., 8, okt., 575-81. |
l. formigari, Poesia simbolista e poesia realista. G. Crit. Filos. ital., 1957, 343-59. |
p. fraisse, Les structures rythmiques; préf. de A. Michotte. Louvain, Publ. Univ., Paris-Brux., Erasme, Anvers-Amsterdam, Standaard-Boekh., 1956. 125 pp. - Studia psychologica. |
g. van der graft, Dichterschap en spreektaal. Maatsch. Ned. Lett., Jaarboek 1957-58. Leiden, E.J. Brill. 17-26. |
k. jonckheere, De poëziemuur doorbreken. Brussel, A. Manteau., 136 pp. - Ad multos reeks. |
-, Id. VIG, 42e j., 12, dec. 705-17. |
| |
| |
m.g. de jong, Verzen en vragen; een inleiding tot het lezen van gedichten. Terneuzen, Littooy. 92 pp. |
h. kuhn, Vom dichterischen Gehalt. Philos. Jahrb. 1956[-57], 24-33. |
j. maritain, L'intuizione creative nell'arte e nella poesia; a cura di C. Bussola e G. Tansini. Brescia, Morcellania Ed., 1957. 483 pp. |
p. minderaa, De rol der inspiratie bij het scheppen van poëzie. VMMA, 8-9-10, aug.-eept.-okt., 549-53. |
h.j. neuiger, Metapher und Allegorie. München, C.H. Beck, 1957. 185 pp. - Zetemata, 16. (Bespr. Reg., 3e j., 3, 87). |
m. rutten, De poëzie, de literatuur en Paul Rodenko. DWB, 5, juni, 258-72. |
b. schierbeek, Verbergende en onthullende kracht van de taal. Kron. van kunst en kultuur, 18e j., 1, jan., 1-3. |
k. selinski, Die Bestimmung der Poesie. Sowjetwiss., Kunst und Lit., 6e j., 8, aug., 820-34. |
th. spoerri, Kleines Präludium zur Poesie; vom Geheimnis des Schönen und von den Grenzen der Poesie. Hamburg, Furche V., 1957. 46 pp. - Furche-Bücherei, 152. |
i. vilarino, Grupos simétricos en poesia. Montevideo, Univ. de la Republica. 47 pp. |
| |
Stilistiek
w. kramer, Taalstudie en stijloefeningen; een leergang tot stijlvorming voor normaalscholen en middelbaar onderwijs (hogere cyclus); voor het Vlaamse land bewerkt door A. Mussche. 6e dr. Groningen, J.B. Wolters. 156 pp. |
h.j.m.f. lodewick, Literaire kunst. 7e dr. 's-Hertogenbos, L.C.G. Malmberg, 180 pp. id., Ibid., 8e dr. 180 pp. |
Stil- und Formprobleme in der Literatur; Vorträge des VII. Kongr. des Intern. Ver. für moderne Sprachen und Literaturen in Heidelberg; hrsg. von P. Böckmann. Heidelberg, Winter 500 pp. |
| |
Didaktiek
a. demedts, Inwijding in de literatuur. De maand, 1e j. 2, feb., 97-100. |
a. sivirsky, Het doel van literatuuronderwijs. Maatstaf, 6e j., 7, okt. 492-506. |
n. frye, Anatomy of criticism. Princeton, Princeton U.P., 1957, 383 pp. |
m. fubini, Critica e poesia. Bari, d. Laterza, 1956. 524 pp. - Biblioteca di cultura moderna, 513. |
j. gresshof, De dagbladkritiek, nuttig voor de boekverspreiding? Neerlandia, mei-juni, 38-39. |
c.g. seerveld, Benedetto Croce's earlier aesthetic theories and literary-cri- |
| |
| |
ticism; a critical philosophical look at the development during his rationalistic years. Kampen, J.H. Kok. 120 pp. |
a. therive, Le dernier des genres. La table ronde, 124, apr., 183-87. |
r. wellek, Concepts of form and structure in twentieth century criticism. Neophil., 42e j., 1, jan., 2-11. |
h. wutz, Zur Theorie der literarischen Wertung; Kritik vorliegender Theorien und Versuch einder Grundlegung. Tübingen, Hopfer V., 1957. 191 pp. - Neue geiteswissenschaftliche Studien, 1. |
| |
Wereldliteratuur
n. anissimow, Die Weltliteratur und die soziale Revolution. Sowjetwiss. Kunst und Literatur. 6e j., 9, 901-09. |
w. gobbers, Gerard Walschap en Eduard Engels ‘Die Weltliteratur’. VIG, 42e j. 10, okt,. 589-99. |
| |
Vergelijkende literatuurgeschiedenis, invloeden, betrekkingen
p. brachin, Een Fransman over het wezen van de Vlaamse letterkunde. De maand, 1e j. 9, nov., 545-52. |
j.c. brandt corstius, Het Tweede Internationale Congres voor Vergelijkend Literatuuronderzoek. LT, 197, dec., 626-32. |
m.f. guyard, La littérature comparée, 2e éd. Paris, Presses Universitaires de France 128 pp. - Que sais-je? |
w. schrickx, Betrekkingen van het Vlaamse geestesleven met de Engelse en Amerikaanse letteren. LT, 197, dec., 641-56. |
| |
Nederlandse letterkunde
Overzichten
p.j.c. de boer, Nederlande helikon; beknopte geschiedenis der Nederlandse en Vlaamse letterkunde. 3e dr. Zutphen, W.J. Thieme 116 pp. |
j.j. gielen, Belangrijke letterkundige werken; leidraad bij de studie der Nederlandse literatuur met bloemlezing; met medewerking van P.A. Eggermont. II. Renaissance en romantiek. 7e dr. Purmerend, J. Muusses. 188 pp. |
g. knuvelder, Handboek tot de geschiedenis der Nederlandse letterkunde. 2. geschiedenis 1567-1766. 2e, herz. dr. 's-Hertogenbos. L.C.G. Malmberg. 454 pp. |
-, Inleiding tot de Nederlandse letterkunde; schets van de geschiedenis. 19e dr. Ibid. 252 pp. 20e dr., Ibid. |
-, Bloemlezing. I, 15e dr., 336 pp. II, 13e dr., 352 pp. Ibid. |
-, Compendium bij de schets van de geschiedenis. 5e dr., 100 pp. Ibid. |
| |
| |
w.l.m.e. van leeuwen, Beknopt overzicht van de Nederlandse letterkunde. 14e dr. Groningen, J.B. Wolters. 172 pp. |
-, en f.g.a. stemvers, Meesterwerken der Nederlandse letterkunde. 2e Dr. Groningen, J.B. Wolters./384 pp. |
h.j.m.f. lodewick, Literatuur; geschiedenis en bloemlezing. 1. Aanvang tot omstreeks 1880. 's-Hertogenbos, L.C.G. Malmberg 348 pp. |
a. mor en j. weisgerber, Storia delle letterature del Belgio. Milano, Nuova Accademia. 466 pp. (Bespr. J. Weisgerber, Ver. V; VI. Letterk. Meded., 32, At., 8-15). |
p. oomes, Compendium van de geschiedenis van de Nederlandse letterkunde. 7e dr. Purmerend, J. Muusses 79 pp. |
r. roemans en m.a. nauwelaerts, Onze letteren; handleiding bij de geschiedenis der Nederlandse letterkunde. 2e herz. uitgave. Antwerpen, Uitgeverij De Vlijt, 1957, 404 pp. |
g. stuiveling, Een eeuw Nederlandse letteren. [3e dr.]. Amsterdam, E. Querido. 224 pp. |
c.g.n. de vooys en g. stuiveling, Schets van de Nederlandse letterkunde. 25e dr. Groningen, J.B. Wolters XIV + 324 pp. |
| |
Plaatselijke letterkunde
Kiek in de pot; hedendaagse Overijsselse poëzie. Zwolle, Kon. Uitg. van de Erven J.J. Tijl, z.j. 58 pp. |
Literatuurprijzen der gemeente Hilvarenbeek 1958; rapport van de jury. Brab., 7e j., 9, sept., 254-59. |
m. rijsen, Letterkunde te Sint Niklaas. Kruis en leeuw in Waasland, 6e j., 1, 15-16. |
a. smeets, Problemen van de roman in West-Vlaanderen. WV, 7e j., 6, nov.-dec., 418-20. |
| |
Nederlandse letterkunde naar perioden
middeleeuwen
Algemeen
W.E. hegman, De studie van de Middelnederlandse letteren sedert 1949. SpL, 2e j., 4, 285-313. |
f. ohly, Vom geistigen Sinn des Wortes im Mittelalter. ZfdAL, 89 Bd, 1, dec., 1-23. |
| |
Overzichten en bloemlezingen
j. knuttel, Onze letteren in de middeleeuwen. Amsterdam, Wereldbibliotheek 232 pp. - Wereldboog, 111-12. (Bespr. P. De Keyser, SpL, 2e j., 3, 233-34). |
| |
| |
e. verwijs, Bloemlezing uit de Middelnederlandse dichtkunst; herzien door C.C. DE Bruin. III. Tijd na ± 1300, Didactische poëzie, wereldlijke epiek, geestelijke epiek, sproken en boerden; liederen, dramatische poëzie Zutphen, W.J. Thieme. IV + 324 pp. |
| |
Oudnederlands
j.m. aler, k.ph. bernet-kempers, a.m.e. drank en b.h. wind, Huwelijkstrouwen echtbreuk in de roman van Tristan en Isolde. Amsterdam, J.M. Meulenhoff. 56 pp. |
f. van coetsem, Enkele tekstkritische aantekeningen bij de Wachtendonckse psalmen. LB, 47e j., 3-4, 127-33. |
m. schoenfeld, Hebban olla vogala. TNTL, dl. 76, 1, 1-9. |
| |
12e en 13e eeuw
Epiek
p. coenen, Commentaar op twee verzen van de Middelnederlandse Beatrijs. In: Uit de school van Michels, 14-44. |
Karel ende Elegast; met inl. en aant. van Esther Hagers. 2edr. 's-Hertogenbos, L.C.G. Malmberg. 56 pp. - Malmbergs Nederlandse schoolbibliotheek. |
r. lievens, Een Middelnederlandse roman van Florimont. SpL, 2e j., 1, 1-33. |
-, Vanden levene ons Hezen; de herkomst van hs. Utrecht NB 1329 (Eccl. 507). NTg, 5le j., 4, 215-16. |
j. van mierlo, Aantekeningen bij een nieuwe uitgave van de Jeeste van Walewein [G.A. Van Es, De Jeeste van Walewein en het schaakbord; Leiden, 1957]. VMA, 3/4, 281-323. |
p. minderaa, De compositie van de Walewein. In: Opstellen... aan Dr. F.K.H. Kossmann, 155-66. |
p. tilvis, Prosa-Lancelot-Studien. I-II. Helsinki, Akateeminen Kirjakkaup-pa, 1957. 252 pp. (Bespr. C. Minis, Anzeiger LXX, 4, aug., 155-56. Bijvoegsel ZfdA, 88, 4). |
p.j.h. vermeeren, Netherlands Lancelot criticism; marginalia to: Maartje Draak, De Middelnederlandse vertalingen van de proza-Lancelot. Amsterdam, 1954. Scriptorium, vol. 12, 1, 114-17. |
| |
Dierenverhaal
w.gs. hellinga, Het laatste woord is aan Firapeel. Maatstaf, 6e j., 5, aug., 353-73. |
Reinaert de Vose; naar de oudste berijming uit de 12e eeuw en opnieuw in 1834 berijmd door Jan Frans Willems; ingel. door Prof. Dr. W. Gs. Hellinga. Den Haag, Daamen. (Bespr. G. Stuiveling, BVN, 11e j., 10-11, juni-juli, 195). |
| |
Lyriek
g.j. helmer, Over het verband tussen melodische en syntactische geleding
|
| |
| |
in het nude Nederlandse lied. In: Uit de school van Michels, 150-67. |
Proza
st. axters, Christoforaat naar Maria's voorbeeld bij Jan van Leeuwen. OGE, dl. 32, afl. 4, dec., 412-20. |
g. quispel, Het Luiker ‘Leven van Jezus’ en het Jodenchristelijke ‘Evangelie der Hebreeën’. NTg, 51e j., 5, 241-59. |
| |
Afzonderlijke figuren
Veldeke
30 jaar Veldeke-actie. De Tijdspiegel, 13] j., 7-8, sept. 170 seq. |
c. de bruin, Habent sua fata manuscripta; opmerkingen bij de uitgave van Sente Servas door Frings-Schieb. NTg, 51e j., 2, 95-104. |
j. notermans, Wat zong onze Maaslandse dichter-musicus van Veldeke rondom 1200? De Bronk, 5e j., 9-10, mei-juni, 277-78. |
-, Het lijn- en kleurgevoelig oog van Veldeke. LT, 196, okt., 595-64. |
-, Hendrik van Veldekes letterkundige nalatenschap. LT, 193, feb., 31-63. |
j. van mierlo, De taal van Veldeke. VMA, 3-4, 243-71. |
c. minis, De lyriek van Henric van Veldeke binnen het kader van de Duitse Minnesang. SpL, 2e j., 2, 82-97. |
| |
Hadewych
j.h.j. bohnen, Minne en moederschap bij Hadewych. In: Uit de school van Michels, 3-13.
r. lievens, Een nieuw Mengeldicht uit de school van Hadewijch. LB, 47e j., 3-4,65-85,
| |
14e en 15e eeuw
Verhalende poëzie
k. heeroma, De fragmenten van de tweede Rose; avec un résumé en françis. Zwolle, W.E.J. Tjeenk Willink. 192 pp. Zwolse drukken en herdrukken, 33. |
w.e. hegman, Nog eens datering en attributie van de ‘roman van Limborch’. NTg, 51e j., 3, 159-67. |
j.l.j. huydts, Sinte Kerstinen heilege leven van Broeder Geraert. In: Uit de school van Michels, 45-67. |
r. lievens, Een Middelnederlandse roman van Florimont. SpL, 2e j., 1, 1-33. |
Dramatiek
Lanseloet Van Denemarken; een abel spel; uitgegeven door Dr. R. Roemans en Drs. R. Gaspar. Antwerpen, De Nederlandsche Boekhandel. XXVIII + 68 pp. - Klassieke galerij, 123. |
| |
| |
| |
Lied
k. deleu, Tekstkritische aantekeningen bij de ‘Gruuthuuse-liederen’ In: album Edgard Blancquaert, 459-60.
r. gaspar, Het Halewijnlied. WT, 18e j., 8, okt., 330-43. Id., LT, 196, okt., 446-59.
h. stalpaert, De ballade van Pyramus en Thisbe; twee nieuwe lezingen van een oud volkslied. B, 59e j., 10 B (extra-vervolgnummer), zaaimaand, 341-52.
| |
Proza
a. ampe, Een oud Florilegium Eucharisticum in een veertiende-eeuws handschrift (vervolg). OGE, dl. 32, 1, maart, 56-90.
st. axters, Over Christus ‘Binnenste’. VMA, 3-4, 225-41.
f.f. blok, Het Latijnse epitaphium in het Nederlandse volksboek van Tijl Uilenspiegel. Neoph., 42e j., 4, okt., 322-27.
a. van elslander, Een Ruusbroec-handschrift uit het Roklooster. In: Album Edgard Blancquaert, 467-72.
| |
Rederijkers
h. adolf, From ‘Everyman’ and ‘Elckerlyc’ to Hofmannsthal and Kafka. CL, IX, 3. |
e. de bock, Bezoldiging van rederijkers. SpL, 2e j., 4, 314-17. |
Mariken van Nieumegen; ingel. en van aant. voorzien door Dr. L. Debaene. Zwolle, W.E.J. Tjeenk Willink, 100 p. - Klassieken uit de Ned. lett., 10. (Bespr. L. Roose, SpL, 2e j., 4, 320). |
Die waerachtige ende seer wonderlijcke historie van Mariken van Nieumeghen; uitgeg. door Dr. W.H. Beuken; 2e dr. Zutphen, W.J. Thieme & Cie XXI + 95 pp. - KLP, 170. |
o.p. de baets, Het eerste Lam-Godsspel. WT, 18e j., 1, jan., 15-24. Id., Ibid., 3, maart, 93-108. |
e. de bock, Opstellen over Colijn van Ryssele en andere rederijkers. Antwerpen, De Sikkel. 1958 pp. |
a. van elslander, De instelbrief van de rederijkerskamer ‘De Fonteine’ te Gent (9 december 1448). In: Jaarboek 1948-49 De Fonteine, |
h.j.e. endepols, Welk der beide Luikse handschriften vertegenwoordigt de betrouwbaartse tekst van tspel van St. Trudo? In: Album Edgard Blancquaert, 135-45. |
-, Fastraets' Leven van St. Trudo ‘in rhetorijkxsche dichte’. VMA. 8-10, aug., sept., okt., 559-79. |
w.m.h. hummelen, De Sinnekens in het rederijkersdrama. Groningen, J.B. Wolters. (Bespr. J.J. Mak, NTg., 4, 227-29). - C. Kruyskamp, TNTL. dl. 76, 1, 60, VII + 423 pp.). |
| |
| |
| |
Afzonderlijke Figuren
w.h. vroom, Suster Bertkens doopceel. NTg., 51e j., 3, 168-71. |
j.j. mak, Boendale en de Legenda Aurea. Amsterdam, Noord-Hollandse U.M. 32 pp. - Med. KNAWL, N.R., dl. 20, 13. |
| |
Maerlant
k. heeroma, De beginstrofe van Maerlants Der Kerken Claghe. NTg, 51e j., 3, 157-58. |
w. hegman, De zg. ‘Vierde Martijn’ voor het forum der geschiedenis. SpL, 2e j., 1, 34-48. |
j. noterdaeme, Jacob van Maerlant en het ‘Leven van de H. Clara’ HGGSEB, dl. 95, 3, 4, 97-114. |
| |
a Kempis
w. bennink, Lexicografie en de Nederlandse vertalingen van de Imitatio Christi. In: Uit de school van Michels, 125-35. |
g..i lieftinck, Enige beschouwingen naar aanleiding van de nieuwe editie van Thomas a Kempis. [L.M.J. Delaissé, Le manuscrit autographe de Thomas a Kempis et ‘L'Imitation de Jésus Christ’; examin archéologique et édition diplomatique du Bruxellensis 5855-61; I-II. Antwerpen, 1956]. TNTL, dl. 76, 1, 10-17. |
b. spaapen, Kanttekeningen bij de diplomatische uitgave van hs Brussel 5855-61. OGE, dl. XXXII, 1, maart, 5-55. |
|
l. roose, Het ‘Refereijn’ van Jacomijne Costers. In: Fonteine Jaarboek 1948-49, 36-40. |
w. van eeghem, Brusselse dichters; eerste reeks [Jan I, Jan II, Jan van Heelu, Lodewijk van Vaelbeke van Aken, Een naamloos hekeldichter]. Brussel, Uitg. en Boekh. Simon Stevin. 117 pp. Id., Derde reeks [Jan III, Een dramaturg uit 1347, Jan Knibbe, Jan Dingelsche, Colpaert, Jan Dille]Ibid.; 193 pp. |
-, Brusselse dichters. XXIII, 3, Jan van den Dale (ca. 1465-1522). BP, 8e j., 2, 15 feb., 2. |
Id., XXIII, 4, Ibid., 3, 15 maart, 2. |
Id., XXIII, 5, Ibid., 4, 15 apr., 2. |
Id., XXIII, 6, Ibid., 5, 15 mei, 2. |
Id., XXIV, Jan Pertcheval (ca 1450-1523), Ibid., 6, 15 juni, 2. |
Id., XXIV, 2, Ibid., 7, 15 juli, 2. |
Id., XXIV, 3, Ibid., 8, 15 aug., 2. |
Id., XXIV, 4, Ibid., 9, 15 sept., 2. |
| |
| |
Id., XXV, 1, Dieric van Munster (ca 1435-1515), Ibid., 10, 15 okt., 2. |
Id., XXV, 2, Ibid., 11, 15 nov., 2. |
Id., XXV, 3, Ibid., 12, 15 dec., 2. |
| |
Zestiende eeuw
l.c. michels, Filologische opstellen. II. Stoffen uit de 16e en 17e eeuw. Zwolle, W.E.J. Tjeenk Willink. 388 pp. - Zwolse reeks, 8. (Bespr. C.B. Van Haeringen, NTg, 5le j., 5, 275-76). |
l. strengholt, Een retorikaal curiosum. NTg, 51e j., 1, 46-49. |
m. nijland-verwey, Overwegingen bij ‘Een retorikaal curiosum’. NTg., 51e j., 4, 217-18. |
j.f. vanderheyden, Humanisme en neophilologie. VMA, N.R., 5-7, 375-415. |
c.g.n. de vooys, Een liedje voorgedragen op het Rotterdamse Landjuweel van 1561. Fonteine Jaarboek 1948-49. |
Afzonderlijke figuren en problemen
d. geeraerts, De blijspelen van D.V. Coornhert en het XVIe eeuwse bijbelse volksdrama. RLV, 24e j., 5, 363-73. |
-, De dialogen van D.V. Coornhert; een vergelijkend onderzoek. SpL, 2e j., 4, 241-55. |
| |
Erasmus
l. elaut, Erasme et la traduction de Galien. BHR, jan. |
h.a. enno van gelder, Erasmus, schilder en rederijker. TG, 71e j., 3, 289-331. |
c. reedijk. Eenn schimpdicht van Erasmus op Julius. II. In: Opstellen... aan Dr. F.K.H. Kossmann, 186-207. |
j. huizinga, Erasmus. 5e dr. Haarlem, H.D. Tjeenk Willink, VII + 252 pp. |
erasmus, Opvs epistolarum Des. Erasmi Roterodami; denuo recognitvnl et avctvm per P.S. Allen. XII. Indices; compilavit B. Flower, perficit et edidit E. Rosenbaum. Leiden, E.J. Brill. 194 pp. |
|
a. viaene, Een satire op de Spanjaarden door de Ieperse rederijker Augustijn van Hernighem. B, 59e j., 4, grasm., 97-101. |
j.h. cartens, Nicolaes Janssens en zijn Geestelijk Liedboek. Brab., 7e j., 11, nov., 298-305. |
j. van der noot, Lofzang van Braband; in facs. uitgeg. met inl. en aant. van Dr. C.A. Zaalberg. Zwolle, W.E.J. Tjeenk Willink XXXII + 54 pp. - Zwolse drukken en herdrukken, 24. |
| |
| |
j.c. arens, Ovide puritanisé. De Conste der Minnen bewerkt door Andries Nuts. NTg, 51e j. 5, 256-63. |
pelgrum pullen, Die navolginghe Christi; ingel. en toegel. door Prof. Dr. A. Van Elslander. Gent, Secretarie der Academie. XVII + 113 pp. - KVA, Reeks III, 36. |
j.j. mak, Tcaetspel der Franchoysen van Jeronimus van der Voort. Fonteine Jaarboek 1948-49, 45-53. |
| |
Zeventiende eeuw
a. van duinkerken [W.J.M.A. Asselbergs], Spelen met Ovidius. Roeping, 34e j., 3-4, juli-aug., 182-99. |
b. hunningher, De Amsterdamse schouwburg in 1637; type en karakter. Ned. Kunsthist. Jaarboek, 9. Bussum, Van Dishoeck. 109-71. |
j. koopmans, Vijf letterkundige studiën over de 17e en 18e eeuw; verz. en ingel. door Dr. C.M. Geerars. Zwolle, W.E.J. Tjeenk Willink. 197 pp. - Zwolse reeks taal- en letterk. studiën, 9. (Bespr. J.C. Brandt Corstius, NTg, 51e j., 6, 334-35). |
p. maximilianus, De Nederlandse Stabat mater-vertalingen in de 17e en 18e eeuw. OGE, dl. XXXII, 3, sept., 226-88. Met Aanvulling, ibid., 4, dec., 424-27. |
l. roose, De Nederlandse literatuurgeschiedenis sedert 1952 (De zeventiende eeuw in Zuid-Nederland); Kroniek. SpL, 2e j., 2, 126-34. |
l. strengholt, De geschiedenis van een emblema [met Naschrift]. NTg, 51e j., 6, 289-304. |
a. viaene, Rederijkersleven te Brugge; de Heilig-Geestkamer in feest 1661-1698. B, 59e j., 2, schrikkelm., 33-38. |
j.b. wilterdink, John Owen en zijn invloed op Jeremias De Decker. TNTL, dl. 76, 1, 18-40. |
| |
Afzonderlijke figuren
r. anslo, Parijsche bruiloft; treurspel; van inl. en aant. voorzien door H.H. Knippenberg. Zwolle, W.E.J. Tjeenk Willink. 160 pp. - Zwolse drukken en herdrukken, 30. |
g.j. rehm, Jacob Campo Weyerman en zijn familie. De Ned. Leeuw, juli, kol. 353-65. |
j. de decker, Goede vrijdag. Zwolle, W.E.J. Tjeenk Willink. - Zwolse drukken en herdrukken, 32. |
e. grolle, Willem Godschalk Focquenbroch: Fumus gloria mundi. Ontmeeting, 11e j., 7-8, apr.-mei, 247-51. |
j.r. byers jr., Another source for ‘Gulliver's Travels’ Hendrick Hamel, journal van de ongelukkige voyagie van 't jacht de Sperwer... in 't jaar 1653,... Rotterdam, 1668]. JEGP, vol. LVII, 1, jan., 14-20. |
| |
| |
o. dambre, Harduiniana. Gedenkschr. van de Oudheidkundige Kring van het Land van Dendermonde, 2. |
-, Nabeschouwingen over Pia Desideria (1624) en Goddelijcke wenschen (1629). SpL, 2e j., 1, 59-65. |
| |
Hooft
p. geyl, Hooft's Historiën. In: Studies en strijdschriften. Groningen, J.B. Wolters. 119-27. |
p.c. hooft, Granida; in hedendaagse spelling uitgegeven door Dr. C.A. Zaalberg. Zutphen, W.J. Thieme & Cie 132 pp. |
| |
Huygens
h.m. hermens, De -n in het Antwerps van ‘Trijntje Cornelis’. In: Uit de school van Michels, 117-24. |
c.l. thyssen-schoute, Van dromen en denken en van dichten en drinken (over Constantijn Huygens en A. Roland Holst). LT, 196, okt., 479-84. |
c.j. de vooys, Huygens' opschrift in de Oranjezaal. OH, 73e j., 1, 43-44. |
f. dambre, Theoderick van Liefvelt. Spieghel historiael, 1e j., N.R., dec., 9-13. |
f.j. warnke, Jan Luyken, a Dutch metaphysical poet. X, 1, 45-54. |
j.h. cartens, Lodewijk Makeblijde, een dichter der Contra-Reformatie. Roeping, 33e j., 9, jan., 527-33. |
j. lindeboom, Arnold Moonen 1644-1711. MKNAWL. |
|
l. brummel, Joachim Oudaan's ‘Haagsche broeder-moord’. In: Opstellen... aan Dr. F.K.H. Kossmann, 7-19. |
j. melles, Joachim Oudaan, heraut der verdraagzaamheid 1628-1692. 211 pp. |
w. sluiter, Buiten-leven; met Johan Wessings Levensbeschrijving van den dichter; met een inl. en aant. door F.C. Kok. Zwolle, W.E.J. Tjeenk Willink. 178 pp. - Zwolse drukken en herdrukken, 27. |
|
f.c. kok, Enige bijzinnen uit Willem Sluiters Buiten-Leven. In: Uit de school van Michels, 168-85. |
|
l.c. michels, Spiegels Revieren. NTg, 51e j., 1, 29-30. |
| |
Revius
l. strengholt, Kanttekeningen bij Revius. LT, 195, juni, 334-39. |
-, Over een paar sonnetten van Revius. NTg, 51e j., 3, 144-46. |
| |
| |
j. verhage, Een achttiende-eeuwsche uitgave van Revius. NTg, 51e j., 5, 264-68. |
|
b.a. mensink, Jan Baptist Stalpart van der Wiele; advocaat, priester en zielzorger 1579-1630. Bussum, Paul Brand. 248 pp. (Bespr. W.A.P. Smit, NTg, 51e j., 6, 330-31). |
-, Archaïsmen bij de priester-dichter Jan Baptist Stalpart van der Wiele (1579-1630). In: Uit de school van Michels, 68-75. |
|
w.a.p. smit, De Deventer dichter Jan van der Veen, 1587-1659. In: Overijsselse portretten. Zwolle. |
| |
Vondel
a. van duinkerken [W.J.M.A. Asselbergs], Een ‘ander’ Vondel-beeld. Gids, 12le j., 12, dec., 274-95. |
p. geyl, De datering van Vondel's Roskam. In: Studies en strijdschriften. Groningen, J.B. Wolters. 77-87. |
-, Nogmaals de datering van Vondel's Roskam. Ibid., 88-97. |
p. maximilianus, Herinneringen aan Horatius bij Vondel. VMA, 8-10, aug., sept., okt., 581-601. |
-, Vondel en Thomas van Kempen. Leiden, E.J. Brill, 1957. |
l. peeters, De eerste rei van Vondels Lucifer. LT, 195, juni, 319-34. |
j. van den vondel, Gijsbregt van Aemstel, d'Ondergang van zijn stad en zijn ballingschap. Tekst en aant. verz. door A.L. Söteman; met dramaturgische inl. en toneelaanwijzingen van W.Ph. Pos; 4e dr. Amsterdam, J.M. Meulenhoff. XXXXV + 84 pp. |
g. kazemier, Het beeld van de hekeldichter. NTg, 51e j., 6, 323-28. |
| |
Achttiende eeuw
c. de baere, De bedrijvigheid der Brusselse Compagnies (slot). Fonteine-Jaarboek 1948-49, 54-93. |
l. reypens, Een berijmd West-Vlaams mystiek dialoog uit de achttiend-eeuwse emblemata-literatuur. OGE, dl. 32, 4, dec. 353-411. |
| |
Figuren
w.a.p. smit, De literaire gestalte van Bellamy. NTg, 51e j., 1, 1-10. |
| |
Bilderdijk
h.w. bosscha, Brieven van Bilderdijk aan Mr. P. van Musschenbroek. Folium, V, 4-6, 150-62. |
m.j.g. de jong, Biderdijks treurspel over Willem van Oranje. SpL, 2e j., 2, 98-109. |
| |
| |
-, Een dramatische Robinsonade van Willem Bilderdijk [Inkle en Zelis]. VMA, 1-2, 131-210. |
p. geyl, Een eeuw strijd om Bilderdijk. In: Studies en strijdschriften, 304-76. |
j.j.e. van dijck, Balthazar Huydecoper en Vondel; een hoofdstuk uit de geschiedenis der achttiende-eeuwse vondelwaardering. In: Uit de school van Michels, 76-116. |
| |
Negentiende eeuw
j. greshoff, Herijk. NVT, 12e j., 4, 433-42. |
j. kuypers, Vlaamse negentiendeeuwse liederen met sociale inslag. VMA, 8-10, aug., sept., okt., 525-39. |
| |
Romantiek
Conscience
g. schmook, Hoe die oude Conscience op zijn 75e sterfdag te beoordelen? Lektuurgids, 5e j., 7, 194-97. |
r.f. lissens, Hendrik Conscience herdacht († 1883). Jaarboek 1958 Katholieke Normaalschool Antwerpen, 6-14. |
| |
Ledeganck
h. uyttersprot, We left him alone with his glory. In: Album Edgard Blancquaert, 455-57. |
w. ledeganck, De afstammelingen van Karel Lodewijk Ledeganck met een Naschrift door Jozef Weyns. Ons Heem, 6e j., hooim., 173-75. |
|
f. kossmann, Willem Messchert en Antwerpen. Bgids, 43e j., 6, nov.-dec., 145-47. |
| |
Potgieter
p.m. boer-den hoed, E.J. Potgieters verblijf in Zweden (1831-1832). SpL, 2e j., 4, 256-69. |
e.j. potieter, Onder weg in den regen; met aant. en een toel. door Dr. Jacob Smit M.A. Zwolle, W.E.J. Tjeenk Willink. 79 pp. - Zwolse drukken en herdrukken, 23. (Bespr. F. Jansonius, LT, 194, apr., 280-81). |
d.a. de graaf, Potgieter en ‘Vathek’. RLV, 24e j., 6, 469-75. |
|
j.b.g.a. reeser, De wordingsgeschiedenis van Eene kroon voor Karel den Stouten [A.L.G. Bosboom-Toussaint]. LT, 196, okt., 465-79. |
| |
| |
| |
Multatuli
e. ackerknecht, Multatulis Kleiner Walther und die deutschen Volksbüchereien. Bgids, 34e j., 3, mei-juni, 54-56. |
g. brom, Multatuli. Utrecht, Het Spectrum. 248 pp. |
p. king, Multatuli's psyche. MLR, LIII, 1, jan., 59-74. |
Testament van Multatuli te Wiesbaden gevonden [Art. van H.A.Ett, overgenomen uit Het Parool]. WT, 18e j., 10, dec., 468. |
| |
Gezelle - Rodenbach
w.j.m.a. asselbergs, Guido Gezelle's Kerkhofblommen 1858-1958. Amsterdam, Noord-Hollandse U.M., 64 pp. - KNAWL! afd. 2, N.R., dl. 21, 6. |
f. baur, Gezelle's ‘Loquela’ en de studie van de volkstaal. In: Album Edgard Blancquaert, 225-35. |
e. bornauw, De betekenis van Gezelle. DWB, 7, sept., 446-48. |
m. brouns, Guido Gezelle en Th. Sevens. Tijdsp., 13e j., 6, juni, 118-23. |
k. de busschere, Gezelle's ‘Kerkhofblommen’ na honderd jaar onverslenst. WV, 7e j., 4, juli-aug., 243-45. |
-, ‘Kerkhofblommen’ een eeuw later. WV, 7e j., 6, nov.-dec., 421-23. |
j. de cuyper, Uit Guido Gezelle's studententijd; zijn overgang van Brugge naar Roeselare in 1846. B, 59e j. 8, koornm., 236-40. |
h.m.j. van galen, Gezelle en het dichterschap. VIG, 42e j., 9, sept., 534-46. |
a. horsten, De vogels in Gezelle's gedichten. De Kath. schoolgids, 13e j., 1, jan., 36-40. |
r. de metsenaere, Een onbekend zielgedichtje van Gezelle. B, 54e j., 11, slachtm., 376. |
e. rombauts, Henri Bremond et Guido Gezelle. EG, 13e j., 1, jan.-mars, 40-41. |
r. seys, Jèrôme Vervaecke en ‘Loquela’. B, 59e j., 9, herfstm., 271-75. |
|
t. dereeper, Jhr. Dr. Karel De Gheldere (1839-1913). WV, 7e j., 4, juli-aug., 252-54. |
|
r.f. lissens, Critische beschouwingen over Rodenbachs Verzamelde Werken. SpL, 2e j., 2, 139-53. |
-, Vliegt de Blauvoet. LB, 47e j., 3-4, 134-36. |
m.c. van den toorn, De oudgermaanse achtergrond in Rodenbachs ‘Gudrun’ en Hegenscheidts ‘Starkadd’. VIG, 42e j., 2, feb., 96-104. |
a. westerlinck [J. Aerts], Albrecht Rodenbach 1852-1880. Brussel, A. Manteau. 40 pp. - Monografieën over Vlaamse letterkunde, 6. |
| |
| |
| |
Couperus
m. galle, Louis Couperus, zijn waarderingscurve. RLV, 24e j., 6, 458-68. |
k. mansfield, Fate, fear and the van Lowes; Louis Couperus' Books of the small souls. Delta, 1e j., 1, 96-99. |
p.h. ritter Jr., De Couperus-figuur herleeft. BVN, 11e j., 6, feb., 112-13. |
-, Het geheim van Couperus. BVN, 11e j., 7, maart, 125-36. |
m.c. van den toorn, Enige stijlverschijnselen bij Louis Couperus. NTg, 51e j., 6, 312-22. |
| |
Beweging van tachtig
h. gorter, Correspondentie met Lodewijk van Deyssel [Toegelicht door Harry G.M. Prick.] Roeping, 33e j., 10, feb., 551-61. |
m. nijland-verwey, De Nieuwe Gids te Katwijk in de zomer van 1888. I. (juli). NTg, 51e j., 1, 17-28. Id., II. (augustus). Ibid., 2, 65-77. |
Nog eens: ‘De Nieuwe Gids te Katwijk’ [Nota's van M. Uyldert en M. Nijland-Verwey.]. NTg, 51e j., 4, 214. |
Zwaar weer op til [Het K.J.L. Thijm-nummer van De Nieuwe Gids en Adr. Roland Hoists bijdrage daarin]. Maatstaf, 6e j., 1, apr., 2-12. |
| |
Figuren
w. krogmann, Jacques Perks Sonnettenkranz ‘Eene helle- en hemelvaart’. ZfdPh, 77, 2. |
a. mussche, De authentieke Jacques Perk. NVT, 12e j., 5, 535-41. |
j. perk, Proeven in dicht en ondicht; naar de handschriften uitgegeven door Garmt Stuiveling. Amsterdam, Arbeiderspers. 256 pp. - Jacques Perks leven en werken, 4. |
g. stuiveling, Jacques Perks gedichten volgens de eerste druk (1882); met de voorrede van Willem Kloos en andere door Kloos geschreven Perkbeschouwingen. Zwolle, W.E.J. Tjeenk Willink. 336 pp. - Zwolse drukken en herdrukken, 28. |
|
l. simoens, R.M. Rilke en Frederik van Eeden. LT, 194, apr., 197-201. |
w.j. simons, Een ‘onzedelijk’ boek; de geschiedenis van de Pijpelijntjesaffaire [J.I. de Haan]; Maatstaf, 6e j., 8, nov., 560-87. |
|
a. donker [N.A. Donkersloot], Willem Kloos: spontane, gekweekte en antilegende. Gids, 121e j., 9, Sept., 164-76. |
m. uyldert, Willem Kloos en de chronologie van de gedichten uit zijn jeugd. NTg, 51e j., 2, 107-16. Id., Ibid., 3, 151-57. |
h.g.m. prick, Kloos uit logeren. Roeping, 33e j., 12, apr., 706-22, |
| |
| |
a. kossmann, Het herhaalde sterven van Willem Kloos. Gids, 120e j., 3, maart, 152-64. |
h.g.m. prick, Varianten in de eerste zang van Kloos' Okeanos. NTg, 51e j., 5, 249. |
|
j. kamerbeek jr, Van Deyssels ‘verbeelding’ Een Bezoek als document humain. NTg, 51e j., 3, 129-39. Id., (slot). Ibid., 4, 193-99. |
h.g.m. prick, Bij de studie van J. Kamerbeek jr over Van Deyssels Een Bezoek. NTg, 51e j., 4, 199-206. |
|
f. erens, Vervlogen jaren; vervolledigd uitgegeven en van aant. voorz. door Harry G.M. Prick; met een inl. van Anton van Duinkerken. Zwolle, W.E.J. Tjeenk Willink./- Zwolse drukken en herdrukken, 29, (Bespr. J.C. Brandt Corstius, NTg, 51e j., 6, 338-9. |
| |
Van nu en straks
g. schmook, ‘Van Nu en Straks’-curiosa. SpL, 2e j., 2, 136-39. |
| |
Figuren
m. gilliams, Emmanuel de Bom 1868-1953. Brussel, A. Manteau, 50 pp. - Monografieën over Vlaamse letterkunde, 10. |
e. de bock, Bij het eeuwfeest van Cyriel Buysse. Lektuurgids, 5e j., 9, 258-61. |
r. van de linde [Raf. Van Hecke], Het oeuvre van Streuvels, sociaal document. Leuven, Davidsfonds. 276 pp. - Keurreeks, 69. |
|
h. teirlinck, Verzameld werk. VII. Het gevecht met de engel; samengest. en van aant. voorzien door Prof. Dr. W. Pee en Prof. Dr. A. van Elslander, met bijstand van Prof. Dr. W.J.M.A. Asselbergs, R. Brulez, Prof. Dr. F. Closset e.a. Brussel, A. Manteau. 748 pp. |
p. brachin, L'expressionisme dans le théâtre de Herman Teirlinck. In: Le théâtre moderne; hommes et tendances. Paris, 131-47. |
| |
Van de velde
h. gellynck, Henry Van de Velde. WV, 7e j., 1, jan., 37-38. |
c. huysmans, Henry Van de Velde. Socialisme, 5e j., 25, jan., 48-52. |
f. ahlers-hestermann, Henry Van de Velde, 1863-1957. Philobiblon, 2e j., maart, 3-7. |
| |
Vermeylen
j. aerts, De onderlinge verhouding van kunst en wetenschap bij Vermeylen. SpL, 2e j., 4, 270-84. |
| |
| |
h. teirlinck, August Vermeylen 1872-1945. Brussel, A. Manteau, 48 pp. - Monografieën over Vlaamse letterkunde. |
| |
Van de Woestijne
a. sassen, Het woord ‘reven’ bij Karel Van de Woestijne. In Album Edgard Blancquaert, 365-72. |
k. van de woestijne, Verzamelde gedichten; met een voorwoord van A. Roland Holst; keuze samengesteld en ingeleid door Prof. Dr. P. Minderaa. 2e dr. Brussel, A. Manteau. XXXVI + 388 pp. |
Andere figuren
k.f. proost, Frans Coenen; een beeld van zijn leven en werk. Arnhem, Van Loghum Slaterus, 234 pp. (Bespr. P.H. Ritter jr, BVN, 11e j., 12, aug., 219-20). |
l.j. rogier, Robert Fruins verhouding tot Opzoomer. Annalen v.h. Thijmgenootschap, 46e j., 2, sept., 141-52. |
Adolf Herckenrath. Pan, 5e j., 3, nov. [Bijdragen van M. Deruelle, R. Minne, M. Van Vlaenderen, P.G. Buckinx, J. Schepens, M. Rutten, L. Van de Putte]. |
k. jonckheere, Klauwaerd en Geus [Johan Hendrik van Offel]. NVT, 12e j., 2, 189-203. |
m. brouns, Theodoor Sevens; onderwijzer, schrijver, archivaris, Vlaams strijder (1848-1927); voorwoord van J. Droogmans. Diest, Lichtland. 35 pp. |
r. seys, Ary Sleeks, zoon van Oostende. WV, 7e j., 6, nov: dec., 428-31. |
| |
Twintigste eeuw
Algemeen
p. declerck, De rederijkers van Ramskapelle. B, 59e j., 1, nieuwjaarsm., 24-25. |
a. demedts, Hedendaagse Vlaamse letteren. TVL, 8e j., 4, dec., 63-70. |
c.j.e. dinaux, Gegist bestek; benaderingen en ontmoetingen. I. 's-Gravenhage, A.A.M. Stols. 268 pp. |
a. donker [N.A. Donkersloot], Zuid-Nederlandse dichters [G. Burssens, R.C. Van de Kerckhove]. NSt, 13e j., 11, nov., 657-64. |
k. jonckheere, De Vlaamse letteren vandaag. Antwerpen, Ontwikkeling. 116 pp. Cfr. NVT, 12e j., 6, 663-69. |
-, en roger bodart, De literatuur in België. Antwerpen, Ontwikkeling. 103 pp. |
h. lampo, Vijfentwintig jaar Vlaamse letteren. Keesings historisch archief, 1383, 16 dec. 1957, 13730-33. |
w.f. mainland, Flemish fiction today and yesterday. GLL, XI, 4. |
| |
| |
a. marja [A.T. Mooy], Tussen de gemaskerden; ver- en onbescheidenheden meest op letterkundig gebied. Den Haag, Daamen n.v. 105 pp. |
-, Buiten het boekje; geschreven portretten van vrienden en vakgenoten. Amsterdam, Arbeiderspers, 125 pp. - De Boekvink. |
p. van morckhoven [J. Pauwels], De Vlaamse dramatiek; een gunstige evolutie spijt een ongunstige voedingsbodem. DWB, 8, okt., 494-97. |
c. rijnsdorp, Poëzie in beweging. Ontmoeting, 11e j., 7-8, april-mei, 227-31. |
m. roelants, Schrijvers, wat is er van de mens? Tweede deel van een verzameling schrifturen over critische normen. Brussel, A. Manteau. 255 pp. |
Figuren vóór 1914
g. schmook, Dr. H.E. Greve groet Lode Baekelmans. Bgids, 34e j., 6, nov.-dec. 150-54. |
e. de bock, Lode Baekelmans. Bgids, 34e j., 6, nov.-dec., 1148-49. |
|
a. van der veen, Ferdinand Bordewijk; terror controlled. Delta, 1e j., 1, 35-38. |
k. de clerck, P.C. Boutens aan de Utrechtse universiteit. VIG, 42e j., 4, april, 193-201. |
j. de muelenaere, Rond een jeugdgedicht van René de Clercq. B, 59e j., 6, zomerm., 166-70. |
k. de clerck, Abraham van Collem. VIG, 42e j., 9, Sept., 547-55. |
| |
Coster
h.l.t. de beaufort, Dirk Coster (Delft 7 juli 1887-8 oktober 1956). Jaarboek Maatsch. Ned. Letterk., Leiden, E.J. Brill, 33-39. |
p. de wispelaere, Dirk Costers levensbeschouwing. VIG, 42e j., 10, okt., 577-88. |
-, Dirk Coster als criticus. NVT, 12e j., 1, 103-13. |
|
b.f. van vlierden, Willem Elsschot. Brugge, Desclée de Brouwer. 63 pp. - Ontmoetingen, 2. |
| |
Gossaert
In memoriam Prof. Dr. F.C. Gerretson. Utrecht, De Vroede. 32 pp. |
a. alberts, Professor Gerretson en Geerten Gossaert. Gids. 121e j., 11, nov. 269-73. |
p.h. ritter jr. Herinneringen aan Geerten Gossaert (C. Gerretson). BVN, 12e j., 3, nov., 42-43. |
j. roeland vermeer, In memoriam Geerten Gossaert. Kultuurl., 25e j., 10, dec., 752-55. |
| |
| |
j. van geloven, Pater H. Geurtjens M.S.C. in memoriam. Roeping, 33e j., 12, apr., 723-25. |
p. geyl, Herinnering aan P.N. Van Eyck. In: Studies en strijdschriften, 479-83. Herdenking van P.N. Van Eyck. Ibid., 484-91. |
j.m. jalink, Nieuwe varianten van enkele Leopoldgedichten. Amsterdam, De Beuk. |
j. de haes, Richard Minne; de dichter. Brussel, A. Manteau. 45 pp. Monografieën over Vlaamse letterkunde, 4. |
| |
Nijhoff
k. meeuwesse, De straat als symbool: over Het Uur U (slot). Gids, 121e j., 9, Sept., 154-61. |
k..h miskotte, Martinus Nijhoff f ('s-Gravenhage 20 april 1894-26 januari 1953). Jaarboek Maatsch. Ned. Lett., 70-81. |
|
m. rutten, Jan Van Nijlen tussen oud en nieuw. VIG, 42e j., 7, juli, 393-407. |
j. persijn, Mijn vader, Jules Persijn. Streven, 11e j., dl. 2, 7, april, 617-26. |
h. knippenberg, Letterkundigen uit Limburg: Pauline Plantenberg-Marres. De Bronk, 5e j., 9-10, mei-juni, 274-76. |
j. de muelenaere, In memoriam Kamiel Poignie. B, 59e j., 1-2, schrikkelm., 51-56. |
| |
Roland Hoist
Adriaan Roland Hoist. Amsterdam, De Bezige Bij 39 pp. - Schrijver's Prentenboek, 1. |
A. Roland Hoist-nummer De Gids, 121e j., 5-6, mei, juni; Identiek met: Maatstaf, 6e j., 2-3, mei-juni. |
l. fessard, Les légendes irlandaises de A. Roland Holst. EG, 13e j., 2, avr: juin, 114-22. |
th. j. de jong, Over A. Roland Holst; bij zijn zeventigste verjaardag. Roeping, 34e j., 1, mei, 32-40. |
p. penning de vries, Analogie van een ondergang; het levensontwerp van A. Roland Holst. Roeping, 34e j., 2, juni, 112-25. |
|
l. swerts, Pater Hilarion Thans wordt 75 jaar; een levende triomf van oneindigheidsdrang. Tijdspiegel, 13e j., 12, dec., 250-57. |
h. deylgat, Jozef Vandenberghe tachtig jaar. WV, 7e j., 4, juli-aug., 254-55. |
a. van duinkerken W.J.M.A. Asselbergs], In memoriam J.W.F. Werumeus Buning. Gids, 121e j., 12, dec., 336-37. |
| |
| |
| |
Tijd tussen 1914 en 1940
f. van passel, Het tijdschrift ‘Ruimte’ (1920-21) als brandpunt van het humanitair expressionisme. Antwerpen, De Sikkel. X + 162 pp. |
p. de vree, Notities over de Vlaamse ‘lost generation’; het geval Michel Seuphor. Tafelr., 5e j. 2, dec., 23-27. |
Figuren
l. ureel, Kamiel Van Baelen. Brugge, Desclée de Brouwer, 52 pp. - Ontmoetingen, 4. |
a. donker [N.A. Donkersloot], De dichter Herman van den Bergh. NSt, 13e j. 3, maart, 156-59. |
e. krispijn, Herman Van den Bergh, Marsman en het Noord Nederlandse expressionisme. Gids, 121e j., 4, april, 231-49. |
|
h. croonen, Binnewiertz in de ‘fameuze jaren’. Roeping, 34e j. 5, Sept., 269-79. |
|
k.c. peeters, Herinneringen aan Aloïs Blommaert. Boekeng., 36e j., 7, aug.-sept., 289-91. |
a.k. rotteers, A fscheid van een vriend [Aloïs Blommaert]. Band, 17e j., 11, 493-94. |
|
r. henrard, Menno ter Braak, Nietzsche en het cultuurprobleem (vervolg). RLV, 24e j., 1, 30-59. |
m. schniitz, Til Brugman en haar werk; een in memoriam. NSt, 13e j., 10, okt., 569-72. |
Nummer gewijd aan Vital Celen. Notre Flandre, 6e j., 3. |
a.s., felix dalle, Reinaertprijs voor de roman. WV, 7e j., 1, jan., 39. |
l. sourie, Gaston Duribreux. WV, 7e j., 3, mei, 170-75. |
-, Fred Germonprez. WV, 7e j., 4, juli-aug., 249-51. |
|
De P.C. Hooft-prijs voor 1957 toegekend aan Prof. Dr. P.C.A. Geyl. O.K.W. Mededelingen, 22e j., 23, 7 juni, 222-25. |
a. van duinkerken [W.J.M.A. Asselbergs], De gijzelaar Piet Geyl. Gids, 121e j., 7, juli, 35-37. |
| |
Greshoff
j. greshoff, Menagerie; herinneringen en beschouwingen. Den Haag, A.A.M. Stols. 216 pp. |
m. gijsen [J.A. Goris], Indien ik over Jan Greshoff zou schrijven. Gids, 121e j., 12, dec., 369-71. |
| |
| |
w.a. kramers, Greshoff in Den Gulden Winckel. BVN, 12e j., 4, dec., 62-65. |
g. stuiveling, Voor Jan Greshoff. BVN, 12e j., 4, dec., 61-62. |
| |
Gijsen
m. roelants, Marnix Gijsen. Brussel, A. Manteau. 40 pp. - Monografieën over Vlaamse letterkunde, 7. |
-, Marnix Gijsen: stoic and humanist. Delta, 1e j., 2, summer, 59-62. |
r. goris, De Vlaamse gebroeders. NVT, 12e j., 7, 769-73. |
|
j.a. nuyens, Ernest Van der Hallen. LVR, 7e j., 2, 49-59. Id., Ibid., 3, 137-43. |
Huldealbum Emiel van Hemeldonck. Vereniging van Kempische Schrijvers. 95 pp. |
j. droogmans, Dr. Luc Indestege; bestuurder van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde voor 1958. Tijdsp., 13e j., 1, jan., 6-10. |
d. janssen, Paul Lebeau vijftig; kortstondig panoramisch overzicht. Boekeng., 36e j., 5, juni, 195-98. |
| |
Moens
m.d.l., Wies Moens zestig jaar. Kultuurleven, 25e j., 8, okt., 617-18. |
a. van wilderode [C. Coupé], Groet aan een zestigjarige! Wies Moens 28.1.1898 - 28.1.1958). Boekeng., 36e j., jan., 2-5. |
| |
Nahon
f. van bogaert, Blocnotes. NStn, 15e j., 1-2, okt: nov., 24-25. |
j. droogmans, Alice Nahon en Limburg. Tijdsp., 13e j., 10, nov., 245-46. |
|
m. gijsen [J.A. Goris], Karel Van den Oever 1879-1926. Brussel, A. Manteau, 40 pp. - Monografieën over Vlaamse Letterkunde, 8. |
| |
van Ostaijen
g. borgers, Epistolaire verkenningen; een briefwisseling tussen Paul van Ostaijen en E. du Perron uit 1925. Maatstaf, 5e j., 10, jan., 641-55. |
-, Je oordeel is voor mij van waarde; een briefwisseling tussen Paul van Ostaijen en E. du Perron uit de jaren 1926-27. Maatstaf, 5e j., 11, feb., 755-72. |
-, Klare wijn bij een ziekbed; brieven van E. du Perron aan Paul van Ostaijen uit het winterhalfjaar 1927-28. Maatstaf, 5e j., 12, maart, 787-801. |
-, Paul van Ostaijen: poet of ‘pure lyric’. Delta, 1e j., 1, 58-68. |
| |
| |
f. haans, Apollinaire en van Ostaijen. Roeping, 34e j., 1, mei, 58-60. |
h. lampo, Paul van Ostaijen en Alain-Fournier. NVT, 12e j., 7, 778-83. |
a. de roover, Paul van Ostaijen. Brugge, Desclée de Brouwev. 60 pp. - Ontmoetingen, 1. |
|
f. de pillecijn, Over mijn werk. DWB, 6, juli-aug. 353-62. |
d. janssen, Hendrik Prijs het zesde kruisje voorbij. Boekeng., 36e j., maartapr., 99-104. |
l. roelants, Leonard Roggeveen zestig! Lektuurg., 5e j., 2, 36-38. |
|
r. bosselaers, Jozef Simons. Komaan, 17e j., 4, 139-46. |
-, Jozef Simons (1888-1948); tien jaar na zijn overlijden. DWB., 8, okt., 488-93. |
p. heyns, Jozef Simons, na 10 jaar. DWB, 4, apr.-mei, 248-49. |
| |
Slauerhoff
j. slauerhoff, Proza. Verzamelde werken, 5. Critisch proza. Amsterdam, K. Lekkerkerker 292 pp. |
-, Dagboek; met een inleiding en aantekeningen van K. Lekkerkerker. Amsterdam, K. Lekkerkerker, 56 pp. |
h. van den bergh, Schip achter het boegbeeld; over het werk van Jan Slauerhoff (1898-1936). 's-Gravenhage, L.J.C. Boucher. 112 pp. - Het nieuwe Voorhout. |
|
w. boswinkel, Jan Staal en de ontwortelde mens. Het toneel, 79e j., 5, 99-101. |
g. swiveling, Bij de dood van Madelon Szekely-Lulofs. BVN, 11e j., 10-11, j., juni-juli, 193. |
m. geuens, Hoe Pietje Vogel aan zijn bijnaam kwam [F. Timmermans]. LVR, 8e j., 4, 182-87. |
j. haest, De volksverbonden poëzie van Karel Vertommen. Kultuurl., 25e j., 2, feb., 96-107. |
| |
Vestdijk
c.j.e. dinaux, De dichter S. Vestdijk. BVN, 12e j., 2, okt., 26-28. |
p.h. dubois, S. Vestdijk als novellist. BVN, 12e j., 2, okt., 24-25. |
h.a. gomperts, An enligtenend witch-doctor: a note on Simon Vestdijk. Delta, 1e j., 2, autumn, 31-37. |
n. gregoor, Simon Vestdijk en Lahringen; de biografische achtergronden
|
| |
| |
van de Anton Wachter-romans. Amsterdam, De Bezige Bij; 's-Gravenhage, Nijgh & van Ditmar. 184 pp. |
-, Het biografische in de Anton Wachterromans. BVN, 12e j., 2, okt., 21-23. |
m. grijzen, De bibliografie van S. Vestdijk tot 17 oktober 1958. Amsterdam, De Bezige Bij; s-Gravenhage, Nijgh & Van Ditmar. 44 pp. |
w.a. kramers, Vestdijk als musicoloog. BVN, 12e j., 2, okt., 28-29. |
j.w.l. meyer, Vestdijk en de religie. Tirade, 21, 15 sept., 273-77. |
g. smit, Het fenomeen Simon Vestdijk. Roeping, 34e j., 7, nov., 400-06. |
Simon Vestdijk. Amsterdam, De Bezige Bij. 40 pp. - Schrijver's prentenboek, 2. |
|
Aan huffs bij Gerard Walschap. [Interview, teksten van J. Florquin en H Van Herrewegen]. DWB/ 1, jan., 58-59. |
th.j. de jong, Zuster Virgilia. Roeping, 33e j., 10, feb., 564-87. |
|
l. sourie, Staf Weyts. WV, 7e j.; 6, nov.-dec., 424-28. |
h. lampo, Lode Zielens. Brussel, A. Manteau, 48 pp. - Monografieën over Vlaamse Letterkunde, 3. |
| |
Sinds 1940
j. van dijck, Ernst en luim in het werk van Godfried Bomans. Antwerpen, Standaard-Boekhandel. 64 pp. - KVHU, 52e j., 4, verhandeling 459. |
h. raes, Chronique des lettres flamandes: Louis Paul Boon. Synthèses, 13e j. 151, dec., 285-88. |
h. lampo, Eugene Bosschaerts als romancier. NVT, 12e j., 9, 965-68. |
a. marja [A. Th. Mooy], De andere Carmiggelt. Gids, 121e j., 1, jan., 67-70. |
|
j.h. cartens, De Vlaamse dichteres Christine D'Haen. Roeping, 33e j., 11, maart, 648-52. |
p. de wispelaere, De poëzie van Christine D'Haen. NVT, 12e j., 9, 969-74. |
|
De Arkleureaat 1958: Ivo Michiels. NVT, 12e j., 6, 661-63. |
th. de jong, Michel van der Plas. DWB, 3, maart, 168-83. |
th. govaert, Poging tot begrip; over de poëzie van Gabriel Smit. Streven, 11e j., dl. 2, maart, 591-94. |
Experimentele poëzie
a. den besten, Zin en uitkomst van het poetisch experiment. Ontmoeting, 11e j., 7-8, apr:-mei, 209-26. |
| |
| |
-, Mythe als werkelijkheid van de moderne poëzie. Ontmoeting, 12e j., 3, dec., 173-85. |
a.p. corvet, Experimentele dichters in de klas. LT, 197, dec., 703-6. |
f.c. dominicus, De kolenboer spreekt [polemiek tegen M.G.J. De Jong]. LT,/ 193, feb., 64-67. |
w. driessen, Beschouwingen over avantgardistische poëzie. Tijdsp., 13e j., 1, jan., 18-21. |
b. klein, Gesprekken met burgers en dilettanten. Het Kahier, 11, 5-17. |
g. kouwenaar, O bloedende os van mijn verbeelding. Ontmoeting, 11e j., 7-8, apr.-mei, 232-38. |
j. meijer, Opmerkingen over experimentele poëzie. Tirade, 24, 15 dec., 393-45. |
s. polet, Naar een nieuw funktionalislne. Podium 58, jaarg. 58-59, 1, sept., 17-31. |
m. rutten, Experiment en literatuur. SpL, 2e j., 2, 110-25. |
Figuren
p. rodenko, A matter of life and death: the poetry of Gerrit Achterberg. Delta, 1e j., 2, summer, 32-36. |
m. rutten, Hans Andreus van Muziekkijkdier tot Empedocles. VIG, 42e j., 10, okt., 600-14. |
g. kouwenaar, Hugo Claus, or the great detective. Delta, 1e j. 2, autumn, 69-72. |
j. hanlo, Onbetwiste aanwending [J. Hanlo]. De Bronk, 5e j., 11, juli, 307-10. |
s. vestdijk, Bescheiden dichterschap [Han. G. Hoekstra]. Gids, 12le j., 28, aug., 100-07. |
h. van herreweghen, Remy C. van de Kerckhove in memoriam. Deze tijd,. 3e j., 4, feb., 24. |
|
a. donker [N.A. Donkersloot], De dichter L. Vroman. NSt, 13e j., 3, maart, 159-62. |
a. morrien, Gesprek met Leo Vroman. Tirade, 2e j., 22 okt., 301-03. |
| |
| |
| |
Lijst der afkortingen
B |
Biekorf |
Bgids |
Bibliotheekgids |
BHR |
Bibliothèque d'Humanisme et de Renaissance |
Boekeng. |
Boekengids |
BP |
Brusselse Post |
Brab. |
Brabantia |
BVN |
Het Boek van Nu |
CL |
Comparative Literature |
DWB |
Dietsche Warande en Belfort |
EG |
Etudes germaniques |
GLL |
German Life and Letters |
HGGSEB |
Handelingen van het Genootschap voor Geschiedenis gesticht onder de benaming Société d'Emulation de Bruges |
JEGP |
Journal of English and Germanic Philology |
LB |
Leuvense Bijdragen |
LT |
Levende Talen |
LVR |
't Land van Ryen |
MLR |
The modern Language Review |
MKNAWL |
Mededelingen der Koninklijke Nederlandse Academie voor Wetenschappen, Afdeling Letterkunde |
Neophil. |
Neophilologus |
NSt |
De nieuwe Stem |
NStn |
Nieuwe Stemmen |
NTg |
De nieuwe taalgids |
NVT |
Nieuw Vlaams Tijdschrift |
OGE |
Ons geestelijk Erf |
OH |
Oud Holland |
RBPhH |
Revue beige de Philologie et d'Histoire / Belgisch Tijdschrift voor Philologie en Geschiedenis |
Reg. |
Regesten van het Instituut voor Vergelijkend Literatuuronderzoek |
RLV |
Revue des Langues vivantes / Tijdschrift voor Levende Talen |
RUB |
Revue de l'Univeriste de Bruxelles |
SpL |
Spiegel der Letteren |
Tafelr. |
De Tafelronde |
TNTL |
Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde |
TVL |
Tydsskrif vir Letterkunde |
VIG |
De Vlaamse Gids |
VMA |
Verslagen en Mededelingen van de Koninklijke Vlaamse Academie voor Taal- en Letterkunde |
WT |
Wetenschappelijke Tijdingen |
WV |
West-Vlaanderen |
ZfdAL |
Zeitschrift für deutsches Altertum und deutsche Literatur |
ZfdPh |
Zeitschrift für deutsche Philologie |
Antwerpen, mei 1959
Emiel Willekens
|
|