Schriftuerlicke liedekens met noch sommighe lofsangen ende ghebeden
(1595)–Anoniem Schriftuerlicke liedekens met noch sommighe lofsangen ende ghebeden– AuteursrechtvrijNae de wijse: Mijn sinnekens zijn my ontoghen.
DE Ga naar margenootawerelt heeft my bedrogen
Des lijdt mijn herteken groote pijn
En van de waerheyt ghetoghen
Dies mach mijn siele wel droevich zijn
Mijn conscientie gaet my quellen
Ick ben in grooten noot
Want alle creatueren Ga naar margenootbGods vertellen
Dat my slaet de Wet ter doot.
Ick mach wel suchten ende kermen
Op t'verbeyden van mijnen Godt
Tot dat hy my eens wilt ontfermen
Och de werelt heeft my bespodt
Dies wil ick mijn Ga naar margenootcbedde nu wasschen
| |
[Folio 70r]
| |
Met tranen op elcken nacht
Ende Ga naar margenootdeten mijn broot in asschen
Gods Wet beneemt mijn cracht.
Ick wil Ga naar margenooteoverdencken alle mijn jaren
In grooter bitterheyt
Hoe ick hem heb laten varen
Die my den Hemel heeft bereyt
Ick heb de creatueren voor hem vercoren
Mijn herte ghetuycht teghen my
De Ga naar margenootfWet oordeelt my verloren
Doot ende verdoemenis is my by.
Ick ben Ga naar margenootgghecromt al totten ende
Al mijn ghebeenten zijn doorboort
Helpt Heere in dese ellende
Eer dat mijn siele versmoort
De Ga naar margenoothwateren staen aen de kele
Vwen toorn is den swaersten last
Mijn vyanden zijn seer vele
Och Heere helpt, eer de doot my verrast.
De doot is mijn gheselle
Mijn Ga naar margenootibedde en vertroost my niet
Mijn siele leyt inder Helle
Midts droomen crijcht mijn herte verdriet
V Ga naar margenootkpijlen hebben my doorsteken
V weldaet mijn siele verschrickt
Laet u ghenade my niet ghebreken
Eer dat mijn arme siele verstickt.
Mijn Ga naar margenootlvrienden zijn my teghen
Vander werelt word' ick versmaet
Mijn vyanden hebben oorsaeck ghecregen
Sy vervolghen my met nijdighen haet
Ick ben mijn ghebueren tot twiste
Troost my mijn Heere mijn Godt
De vyant vervolcht my met liste
Gheeft dat ick mach houden u ghebodt.
Heere hoe Ga naar margenootmmeucht ghy my dus vervaren
Ghy kent wat ghy my hebt ghemaeckt
Wilt u belofte mijn siele verclaren
Dat Ga naar margenootnmijn gheest die gratie smaeckt
Want sy zijn al af gheweken
| |
[Folio 70v]
| |
Niemant Ga naar margenootmen doeter goet
Ghy kent Heere mijn ghebreken
Ick valle u Heer te voet.
Ick schrey met Ga naar margenootnMagdaleene
Met Ga naar margenootoPetro claech ick seere
En metter Ga naar margenootpCananeerscher vrou reene
Bidde ick ghenade lieve Heere
Metten Ga naar margenootqMoordenaer aent cruys verheuen
So bekenne ick mijn misdaet
Och Heere wilt my mijn sonden vergeven
V verloren Ga naar margenootrkint doch ontfaet.
Ga naar margenootsGheeft my Heere die crachten
Dat ick de sonden mach weerstaen
So wil ick op u ghenade wachten
Ende mijn Ga naar margenoottcruys met blijschap ontfaen
Als een Ga naar margenootvNachtrave wil ick my houwen
Eenich als een Pellicaen
En op u Heer alleene vertrouwen
Totdat ghy mijn siele sult ontfaen.
|
|