Schriftuerlicke liedekens met noch sommighe lofsangen ende ghebeden
(1595)–Anoniem Schriftuerlicke liedekens met noch sommighe lofsangen ende ghebeden– AuteursrechtvrijNa de wijse: Van Ionghedom herteken. | |
[Folio 52v]
| |
BEminde Broeders aen allen zijden
Ontsteect u ooren om te hooren poocht
Aenmerct Ga naar margenootade liefde als nu ten tijden
Die God den Vader ons heeft ghetoocht
Wy waren altesamen geheel onmachtich
Het Ga naar margenootbselfde verdoemen was door Adams praet
Den Vader was ons noch ghedachtich
En heeft ons belooft het Ga naar margenootcvrouwen zaet.
Door Abraham Isaac ende Iacob mede
Maect Ga naar margenootdhy ons dese beloften bekent.
Hy heeft ons ghegheven een eewige vrede
Door haren zade seer excellent.
Dit zaet was Ga naar margenooteChristus Gods Sone vercoren
Al Ga naar margenootfna den vleesche van Davids gheslacht
Wt Ga naar margenootgeener maecht is hy gheboren
Als daer de Ga naar margenoothdaghen waren volbracht.
Adams Ga naar margenootimisdaden heeft hy vertreden
Door Ga naar margenootkzijn bloetstorten aent cruyce naect
Den Vader was door Ga naar margenootlhem te vreden
Den pays heeft hy alleen ghemaect.
Nu hebben wy Ga naar margenootmeenen toeganck al tot den Vader
Door Iesum Christum het vercoren graen
Broeders Ga naar margenootnaenmerct ghy al te gader
Laet u de liefde doch ter herten gaen.
Niet Ga naar margenootoalle die roepen, Heere, Heere
En sullen beerven Gods rijcke soet
Maer die haer houden aen de rechte leere
En die de wille des Vaders doet.
Maer de Ga naar margenootphooveerdighe vol van wellusten
Die wil hy breken ghelijck een riet
In Ga naar margenootqde ootmoedighe so wilt hy rusten
Daer toe wilt u bereyden siet.
Maer wilt ghy Gods glorie smaken
En wt ghenade van hem wesen bemint
Ghy Ga naar margenootrmoet u selven gheheel versaken
| |
[Folio 53r]
| |
En omme keeren ghelijck een kint.
Den Ga naar margenootsouden deesem wilt wt purgeren
En Ga naar margenoottgheheel verwerpen het oude cleet
Fondeert Ga naar margenootvu op Christum seer goedertieren
So suldy wtblusschen Gods toorn wreet.
O Princen, so als ghy u hebt begheven
Tot Ga naar margenootxalle sonden int openbaer
So wilt nu leyden een godsalich leven
Looft Ga naar margenootyGod almachtich in dit nieuwe Iaer.
|
|