Skiplinks

  • Tekst
  • Verantwoording en downloads
  • Doorverwijzing en noten
DBNL Logo
DBNL Logo

Hoofdmenu

  • Literatuur & Taal
    • Auteurs
    • Beschikbare titels
    • Literatuur
    • Taal
    • Limburgse literatuur
    • Friese literatuur
    • Surinaamse literatuur
    • Zuid-Afrikaanse literatuur
  • Selecties
    • Onze kinderboeken
    • Basisbibliotheek
    • Tijdschriften/jaarboeken
    • Naslagwerken
    • E-books
    • Publiek Domein
    • Calendarium
    • Atlas
  • Gebruiksvoorwaarden
    • Hergebruik
    • Disclaimer
    • Informatie voor rechthebbenden
  • Over DBNL
    • Over DBNL
    • Contact
    • Veelgestelde vragen
    • Privacy
    • Toegankelijkheid
Het Roelantslied

  • Verantwoording
  • Inhoudsopgave

Downloads

PDF van tekst (3,05 MB)

Scans (15,68 MB)

ebook (4,54 MB)






Editeur
Hans van Dijk



Genre
poëzie
sec - letterkunde

Subgenre
proefschrift
ridderroman


© zie Auteursrecht en gebruiksvoorwaarden.

 

Het Roelantslied

(1981)–anoniem Roelantslied

Vorige Volgende
[p. 325]

VbA

  375
 
 
 
 
  Gheen ander penitencie en gaf hi hem daer 380
  Dat segghe ick v ouer waer.  
  Oliuier ende rolant  
  Sij hadden daer die voerderhant  
315 Ende trocken voort met haren scharen  
  Als die ghene die onueruaert waren 385
  Rolants paert hiet volentijf.  
  Ten was noyt man noch wijf  
  Die oyt beter peert ghesach  
320 Dan dat en was op dien dach.  
  390
 
  Sijn wapenen stonden hem eerlijcke  
  Als een vromen ridders ghelijcke  
  Die edel graue rolant.  
  Voerde een witte vane in sijn hant 395
325 Die seer lanck was ende breet.  
  Cierlike hi daer mede reedt  
  Ende sijn ghetrouwe gheselle oliuier [C4V]  
  Die coene was ende fier  
  Quamen costelijck ghereden openbare. 400
330 Alder voerste in die schare  
  Die kersten ridders quamen achter  
  Die seer noode eenighen lachter  
  Ouer hemlieden souden hebben laten gaen  
  Sij en haddent coenlijken wederstaen 405
 
 
335   Rolant sprack al doe  
  Den edelen kerstenen mannelijck toe  
  Ende vermaendese van scharen tot scharen 410
  Dat si haer niet en souden veruaren  
  Maer vromelijck die sarasinen beuechten.  


Vorige Volgende

Over het gehele werk

over Strijt van Roncevale


over anoniem Strijt van Roncevale

over anoniem Alderexcellenste cronyke van Brabant, Die