Tarjei Vesaas
Tarjei Vesaas (1897-1979) stamde uit een oud Noors boerengeslacht. Hij groeide op temidden van heuvels, bossen en meren. Dit is aan zijn werk goed te merken, met name in zijn natuurbeschrijvingen. Vanaf 1927 heeft hij gedichten, artikelen, verhalen, romans, toneelstukken en hoorspelen geschreven. Hij blinkt vooral uit door zijn sterke dialogen en de subtiele beschrijvingen van stemmingen en gevoelens van zijn personages. Kenmerkend voor zijn werk is een verre van conventionele, ‘compacte’ en suggestieve stijl. Ondanks het gebruik van eenvoudige taal doet Vesaas' werk vaak nogal wonderlijk aan.
In het Nederlands verschenen de romans Het ijskasteel en De vogels. Het hier gekozen verhaal stond in de bundel Vindane (De winden), die na verschijning in 1952 in de stad Venetië met een Europese literatuurprijs is bekroond.
Vesaas schreef in het Nieuw-Noors. Vooral vanwege de natuurlijke gesteldheid en de geringe bevolkingsdichtheid vertoont de Noorse spreektaal veel regionale variatie. Op basis van al deze dialecten heeft een onderwijzer rond 1850 naast de bestaande (Deense) rijkstaal een zogenoemde landstaal ‘ontworpen’. Tegenwoordig kent Noorwegen twee officiële talen: Het Bokmål (Boekentaal), sterk verwant aan het Deens (de taal van de vroegere koloniale machthebber) en het Nynorsk (Nieuw-Noors), de verder geëvolueerde ontworpen taal. Tot nu toe is Vesaas de meest belangwekkende Nieuwnoors-schrijver.
Mick Spaan