De Revisor. Jaargang 15

[p. 28]

Milly Wiers
Het winterkwartier van de amazone

1

de moeders konden touwtje springen
beter dan wij, maar lachend
ontkenden ze dat en kusten ons

al weken had mijn vriend een fiets
zo uitelkaar dat het voor altijd was
de pa dronken als zijn bijnaam gaf
adviezen als genieten van de jeugd
ja hoe, ricpen de magere dochters
het was de echte honger. ik wil
niet zien dat het goed stond

2

als je maar soepel bleef
na visites door de dakgoten naar huis
niet zeggend dat ze acrobaten waren
ik vond dat donkermakend spuughaar
mooi en de kantelgang van o-benen. ze
floten niet ze zongen de vrouwen na

katten gingen in het voer, de knecht
hield van dat geld een motor naar de
dood. verloofde met cyclamen mond
trouwde deze of gene

[p. 29]

3

het grind werd hier door mij nog
ingetrapt. nu kom ik met navraag
van lente tot herfst en mijn kat
de zusters de moeders zijn in
hun stoelen aan elke kant honden

bekende met de stap, al is dit
zijn kind dat ik nog beter ken
ik zie de voorgeschreven stallen
en het land van haar die altijd
met een duim werd aangeduid:

4

haar paarden waren dood, zonen en
haar man verbleven in de dorpen
drie duiven zaten in de eik, vierde
werd uit de wouden verwacht. eens
daalde er een maar hij was het niet
de anderen joegen hem naar de spar

wachten deed zij nooit. ging ze wel
voor zaken met de Buick naar Nice
nieuwe paarden worden afgestapt
langs de boom met halstarrige duiven