De Revisor. Jaargang 15(1988)– [tijdschrift] Revisor, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 55] [p. 55] Eric Ruygers Voor wie dit eet Kom verrukkelijke veldsla! En een bord. Bestek erbinnen keurig netjes weggeborgen. Fazant. Ja mooi raak geschoten! Een visje, kietel, kietel en een heel welgevallig zonlicht. Een zeer droog wijntje voor het glas ontbreekt...! Vlug erbij, en peper en zout maar je vindt de tafel al meer een water geworden, smetteloos sluitend rond het buitenboord van alle dingen, op kleine schaal voor anker. O o escargot! En schaalgedierte, zet hem op! Eetbaarheid is een huidje dat loslaat, boordevol stilte. Ik zou wel door deze woorden heen, in uw hunkerend gezicht willen zien, de voorkeur, de vreemde glans op het gebit. Heer en hond De hond krijgt geen gelijk wanneer hij, happend naar de handige maan in het water springt. Liever was ik een gewone hond die zich in alles vastbijt dan een man vol evenwicht bijeengedacht binnen een kleiner heelal: verstand heerst enkel waar het verstand nog bij kan. De heer, hij fluit zijn hond terug, zijn aardse droom, opdat hij hem op de voet kan volgen. Vorige Volgende