De Revisor. Jaargang 14(1987)– [tijdschrift] Revisor, De– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 49] [p. 49] Fons Kok Vanitas In het museum Boerhaave spant een karkas uitgebeende feiten. In dit kabinet breekt de stille adem van vogelveren achter de luchtdichte hypnose. Hier hangt de wijding van het niets- ontziende weten op hak en tak. Ik weet de wereld dorstig voedster van de wreedste rivier, waarin schuchter een dier doodop drift is. Een harteloos vermoeden omvat eb en bloed van mijn lichaam. Herfst Het bos is vol mensen, en toch, ik ben het, die mijn stilte bevuil. Deze stilte is geen man of vrouw, noch de ruimte waarin de steen donker in de vijver staat, die ons ment en maant. Deze stilte is van voor die tijd. Het water is massief, en toch, ik ben het, die daar buiten sta. Onder de spiegel dempt het koper van bladeren de zwart geaderde omhelzing van het veen. Daar peil ik het oponthoud van licht en roep mezelf aan. Maar mij trekt de vlucht van vogels ver buitenwaarts. Vorige Volgende