De B.K.R.
Wat betreft het subsidiëren van kunst zijn er zo op het oog tamelijk veel mogelijkheden. Wanneer ik mij beperk tot mijn vakgebied, de beeldende kunst, verwijs ik gemakshalve naar de opsomming in de bijdrage van de heer Pen. Ik zeg bewust ‘op het oog’ want de grenzen zijn nauwkeurig bepaald door de hoogte van de bedragen die beschikbaar gesteld worden. Zo lezen wij bijvoorbeeld elk jaar welke kunstenaars een stipendium of een reisbeurs ontvangen hebben; onnodig te zeggen dat het lezen van de namen van de door de ANWB alarmcentrale opgeroepen personen meer tijd vergt. Voor de meeste beeldende kunstenaars dus een loterij met uitsluitend nieten. Dan blijft over de beeldende kunstenaars regeling (b.k.r.), uniek in de wereld, een trots voor de welvaartsstaat. Kritiek daarop is makkelijk, om er gebruik van te mogen maken minder makkelijk: een aanvraag indienen bij de sociale dienst van de gemeente, gesprek met een ambtenaar die het sociaal rapport moet maken, een ateliercommissie ontvangen die een atelierrapport maakt, werk inzenden voor de b.k.r. - commissie (een commissie die bestaat uit beeldende kunstenaars die organisaties van kunstenaars vertegenwoordigen, door de gemeente aangewezen deskundigen, een vertegenwoordiger van het rijk, de z.g. rijksgecommiteerde, en een ambtenaar van sociale zaken van de gemeente) die beslist over toelating of afwijzing.
Voor afwijzing zijn verschillende motieven mogelijk: artistiek onder de maat of vaktechnisch niet in orde. Tegen afwijzing is beroep mogelijk bij de centrale commissie, hetgeen de procedure weer met maanden verlengt. Wordt een kunstenaar aanvaard, dan wordt iedere inzending weer door die commissie beoordeeld. Misbruik wordt gestraft al denken veel mensen daar anders over.
Ongetwijfeld zijn er onder beeldende kunstenaars, net als onder iedere andere beroepsgroep, mensen die het niet zo nauw nemen met de regels van het spel. Maar wanneer ingezonden werk niet wordt aangekocht betekent het voor de kunstenaar dat er geen voorziening wordt getroffen en dat hij/zij bij gebrek aan geld aangewezen is op de bijstandswet hetgeen een ernstige situatie kan veroorzaken m.b.t. zijn financiële verplichtingen: bedrijfsonkosten lopen door (afgezien van de emotionele schade die er dan ontstaat).
De mythe van de volle zolders en de publikaties over containers met kunst zijn voor het publiek misleidend en dienen alleen de aanhangers van het profijtbeginsel.
Het is bekend dat kunstwerken, verworven via de b.k.r., uitgeleend kunnen worden; minder bekend is dat er wachtlijsten zijn waarop gegadigden soms jaren staan, voordat zij ‘hun kunst’ kunnen komen uitzoeken. Oorzaak: gebrek aan personeel, de onwil om arbeidsplaatsen beschikbaar te stellen, gehakketak tussen twee ministeries die samen de regeling moeten uitvoeren: Sociale Zaken en CRM. De kunstenaar krijgt keurig uitbetaald, maar de kunst wordt onzichtbaar gemaakt. Het onzichtbaar maken van kunst nu is een ernstige zaak die volgens mij soms net zo erg is als het vernietigen of beschadigen van kunstwerken en dus strafbaar zou moeten zijn (auteurswet).
Een eerste taak van de overheid zou moeten zijn om de kunst die door haar wordt verworven, te beheren op een wijze die de kunst waardig is. Recente akties van beeldende kunstenaars, zoals de bezetting van het B.K.B.-gebouw in Amsterdam en een daaruit voortkomende tentoonstelling van beschadigde kunstwerken (door slecht beheer) zijn signalen waarop duidelijker gereageerd moet worden.
Maar alleen netjes bewaren is slechts goed als het in dienst staat van een aktief beleid dat erop gericht is de kunst te laten funktioneren. Hiervoor zal geld op tafel moeten komen. Het geld dat nu overhaast in de artotheekplannen gepompt wordt is feitelijk onttrokken aan de aankoopsubsidieregeling die plotseling werd opgeheven. Dit van de hak op de tak springen lijkt meer op de handelwijze van een verwend kind dan op een overwogen manier van geld aan kunst uitgeven. Het schadelijke effekt op het koopgedrag van de partikulier, die voorheen een duwtje van de overheid kreeg, is hiermee al dusdanig gefrustreerd dat veel galeries hun deuren moeten sluiten.
Tenslotte is de kunst via de artotheek nu in de aanbieding gegooid voor f 15,- per jaar!