Ze werden met zeven of acht tegelijk, betrekkelijk rustig wel, grotendeels door de druk van mechanisch bestuurde stangen, in een liftkooi gedreven - hek dicht, kelder in, kooldioxide, en weer naar boven, bewusteloos het slachtproces in.
Hij leefde nog, hij keek nog, hij zag mensen staan, die eeuwige, ietwat onzekere, bijna beschaamde varkensblik in zijn ogen: man, wat overkomt me toch, weet jij hoe ik in deze positie verzeild ben geraakt, kun jij niks voor me doen?
Dit is, geloof ik, de smartelijkste blik die me ooit vanuit het dierenrijk werd toegeworpen.
De blik van een kalf in het slachtbedrijf van esa, Apeldoorn.
Dappere dieren toch, allemaal even jong en onervaren. Als ze zich zorgen maken, zie je dat eerder aan hun oren en hun neusvleugels dan in hun ogen. Grote ogen, poelen van verdronken daglicht.
Ze stonden in een wachtruimte en er was maar één uitweg, het pad tussen stangen omhoog naar de schietkooi. Een klap, een zucht, de dood.
Eén bepaald kalf ging die weg, bereikte de schietkooi en keerde onverrichterzake terug. Het dier schuifelde achterwaarts dat smalle pad weer af en draaide zich, zodra dat kon, om naar de andere. Zij kwamen aan zijn snuit snuffelen.
Gesproken werd er uiteraard niet, maar je kreeg stellig de indruk dat er wel degelijk informatie werd uitgewisseld. Die ene keek een beetje verlegen, afwerend. Ja, ik weet het ook niet hoor, niks te beleven daarboven.
De mannen van de schietkooi waren gaan schaften. Dat zou een halfuur duren.
De blik van een koe in het weiland, Rosnay.
Ik herinner me dit voorval uit Frankrijk, maar op de Hollandsekade was het welbeschouwd precies hetzelfde: je loopt langs een weiland, er grazen koeien in dat weiland en van die koeien is er één die jou ziet aankomen. Die kijkt. Die blijft kijken. Als je na een tijdje omkijkt, zie je dat ze je staat na te kijken.
Een kennis van me deed onderzoek aan koeien in een natuurgebied. Er zaten ook vossen in dat gebied en zij hadden een vos altijd eerder in de gaten dan hij. Daar was maar één verklaring voor: ze kijken met z'n allen.
Ook als er maar één kijkt, kijken ze met z'n allen. Die ene die jou voorbij ziet gaan, kijkt in commissie. De hele kudde weet ervan.
De blik van een koe in de sloot, Woerden.
Meestal laat op een zomeravond, na zonsondergang zelfs, als het hoog tijd werd de polder te verlaten. Dan bleef de hond met een zekere hard-