| |
| |
| |
[Gedichten]
Nicolaas Matsier
Hoe een kat te gaan missen
doe alles voor het eerst maar zonder
hem. kom thuis en hoor hoe hij
daar niet achter de voordeur klaarstaat
loop onverwachts de trap af en zie
nog net de streng verboden sprong
van 't aanrecht maar geen springer
laat vlees en vis voortaan gerust op
tafel staan. zet alle deuren van voorheen
vlovrij gehouden ruimtes open
zuig de weer vuilgeworden vloer zonder
de vlokjes van zijn vacht. ruik hoe het
in zijn bak nog steeds niet stinken gaat
mat achter voordeur. tuinmuur. radiator
mand met wasgoed. juist geleegde wijndoos
het is op al zijn plekken dat hij weg is
| |
| |
| |
Nicolaas Matsier
Hoe een afbreuk op te nemen
rustige conversatie onderwijl
grote problemen binnenshuis: geen
vreemd geluid binnensmonds
soort van krak maar wat voor?
ach nou ja: je kauwt door
komt een flink stuk ivoor
er is een kieswand ingestort
voorpaginanieuws van eigen lichaam
toucheert onafgebroken rampgebied
mobilisatie wijsvinger en duim
oog ziet in spiegel welke kies
de vinger wijst. tong blijft ter plaatse
vervolgens verder eten met het gat
waarna opnieuw het onvermoeibaar
patrouilleren en karteren van de tong
daar op het puntje van jouw tong
is de herinnering gevestigd
die zich nog steeds afzet tegen dat gat
| |
| |
| |
Nicolaas Matsier
Hoe een graf een steen wordt
| |
| |
| |
Wiel Kusters
Hoe een vader zich gedraagt op de trouwdag van zijn dochter
Prijs je gelukkig als je dochter thuis komt slapen
de nacht voor zij gaat trouwen
in de kamer van haar jeugd
Bereid een goede lichte maaltijd
pasta met kaas en paddestoelen
Zet het schaakbord op tafel
Verjaag de muggen uit haar kamer
Voorkom dat er muggen zijn
je hoort hoe ze zachtjes praat
pers sinaasappels voor haar uit
vergeef haar haar vroege sigaret
Zorg voor een spiegel in de keuken
Zie haar nog i keer in bad
Open de deur voor de kapster
Schrik niet van haar koffer
| |
| |
Foto's moet je maken van het kapsel
Zie hoe het zich met roosjes vermengt
bladeren en knoppen van de struik
die groeit tegen het huis
die op weg is naar de keuken
Maak foto's telkens foto's
Hoe zij groeit in schoonheid
Wacht tot zij in haar bruidsjapon staat
Open de deur voor de fotograaf
Open de deur voor de bruidegom
Zie hoe zij de trap afdaalt
Kijk hoe hij naar haar kijkt
Draag je corsage heldhaftig
En loop met haar over het middenpad
Vergeet nooit haar arm door jouw arm
Word deze dag niet dronken
| |
| |
| |
Hester Knibbe
Hoe een kersenbonbon te eten
Bij z'n kroon pakt u hem tussen
vinger en duim beschaafd van de schaal of
zo uit het zakje. Houd hem even tegen
het licht voor u verlekkerd
z'n feestdos losknispert. Hap
met voorzichtige tanden, hoofd wat voorover,
het kapje eraf, proef met de ogen
gesloten en giet dan zachtslurpend
het stroperig nat in uw keelgat waarbij u
het hoofd naar achteren kantelt. Wip
nu behendig het vruchtje eruit
met de tong, knabbel daarbij als het moet
aan de randen, lik het zoetige
vocht van de wanden en steek tenslotte
de rest in uw mond, waarna u de ogen
weer opent, zorgvuldig het kreukelig rood
in uw handen - glasheldere tover die
je als kind om je vinger wond - gladstrijkt,
erdoor kijkt, binnensmonds smakkend.
| |
| |
| |
Victor Segalen
De slechte werklui
Dat zijn, in de achtentwintig huizen van
de Hemel: de besterde Schietspoel
die nooit enige zijde weefde;
De fonkelende Stier, touw om de nek, maar die
zijn wagen niet kan trekken;
Het myriadische Net dat zo geschikt is om hazen
te strikken en er nooit één vangt;
De Wan die niet want; de Lepel van geen nut
zelfs niet om olie af te passen!
En het volk der aardse werklui beschuldigt de
hemelsen van onmacht en bedrog.
De dichter zegt: Zij stralen.
vertaling: maarten elzinga
| |
| |
| |
Russell Edson
Om van enig nut te zijn
Als je hoofd verbouwd zou worden tot een soort schuur voor dieren
dan zou je een aardig graantje kunnen meepikken, kleine dieren die je
hun eieren en vacht afstaan, omdat je moet verhuizen en daarom be-
paalde zakelijke regelingen moet treffen.
Er was een bepaalde steen die het erg goed deed ergens in het midden
van een bos, maar zoiets is niet voor mij weggelegd.
Als kind wilde ik een auto worden maar toen groeide ik op en werd
Nuttig werk te doen zoals je hand de lucht insteken om de onderkant
van een wolk te betasten.
Uit het lopen over de zwarte vierkanten van het linoleum in moeders
keuken zou je munt kunnen slaan, bijvoorbeeld door een draadje aan je
oor te knopen en dat in een verre stad aan de mond van een buikspre-
kerpop te bevestigen of aan een Hollandse windmolen op een dag met
weinig wind aan de overkant van de Atlantische Oceaan.
Of een geeuw gebruiken als een voorspel op de slaap.
Ik zei tegen moeder het hoofd zou gebruikt kunnen worden om tropi-
sche vissen in te houden en je zou een klein inkomen kunnen verwer-
ven - een verzendbedrijf zo te zeggen, jezelf in een doodskist verzen-
den - de kosten van een boekhouder besparend door zo te zeggen de
handel in je hoofd te hebben.
Moeder gaf me een klap op mijn mond, maar het interpreteren daar-
Om me niet al te nutteloos te voelen hou ik mij de laatste tijd bezig met
het roken van sigaretten en het drinken van koffie. Ik ben er niet tegen
om mijn tijd slapend door te brengen zolang ik maar iets doe met mijn
Had ik meer armen en benen dan zou ik serieus overwegen het frame
van een paraplu te worden - mijn penis zou na enige seksuele stimula-
tie dienst kunnen doen als handvat - Wordt hij niet nu al gebruikt om
oude dames de trap mee op en af te helpen.
| |
| |
Soms haal ik gewoon adem. Heeft U dat ooit gedaan. Ik zeg tegen moe-
der, kijk ik ben aan het ademhalen.
Erkenning krijg ik amper - of moeder is karig met lof opdat ik niet
op mijn lauweren zal rusten - opdat ik mijn blik strak en stevig gericht
houd op de duisternis die anderen de toekomst wensen te noemen.
Ik zoek een land waar ik van enig nut zou kunnen worden - of beter
waar mijn nut erkenning kan vinden - dat met andere woorden moeder
er eindelijk toe zou komen haar congreslid te schrijven over mijn waar-
de - en dat de kranten vol zouden staan met geïllustreerde reportages,
getiteld: Hij Rookt Een Sigaret - Hij Kan Ademhalen - Et cetera. En er
mensenmassa's voor mijn huis zouden staan om mij toe te juichen ter-
Misschien zou ik voor de mazzel het gezicht van de keukenklok moe-
ten kussen. Misschien zouden zijn kleine handen zich verrukt om mijn
nek sluiten, en zouden we gelukkig kunnen zijn.
Ik weet zeker dat het geluk niet ver weg meer is.
vertaling: k. michel
| |
| |
| |
Hans Dorrestijn
Hoe het niet moet
Het voordeel van over je heen laten lopen is
dat je met niemand problemen hebt.
Toen ik besloot mij niet meer in een hoekje
te laten drukken, kreeg ik prompt onenigheid
met vrouwen, vrienden, elektriciens, kleine
kinderen en huisdieren. Om het tumult
te ontvluchten reisde ik naar Australië
waar ik het aan de stok kreeg met nandoes
en buidelmarters. Eénmaal werd ik zelfs gebeten
door een jeugdige koalabeer.
Soms verlang ik waarachtig terug naar vroeger.
Er was vrede. De gesprekken verliepen gemoedelijk.
Het ging van: ‘Tsjee, wat loopt het hier lekker
zacht. Is dit soms een Perzisch tapijt?’
‘Nee, geen Perzisch tapijt, vriend. Ik ben het.’
‘Goh, je zou toch zweren datje over een Perzisch
tapijt liep, zo zacht is het. Heb je bezwaar
als ik er even bovenop kom liggen? Met jouw vrouw?’
‘Wie ben ik dat ik bezwaar zou maken. Condooms
vind je in de linkerla van het buffet.’
| |
| |
| |
Hans kloos
In de doos
voor J.K. (de V.)
Er staat een doos op tafel.
En een plakkertje met de regels:
al hebben wij verstand, iets weten doen wij niet.
Behalve dit, en dat al heel erg lang en steeds
opnieuw: in ieder doosje zit een ander doosje.
op de stoel naast de tafel.
Hier gaat hij van denken.
Vanochtend heeft hij het nog aangeraakt
de douchekop en de witte slang,
van het grijze afvoerputje, onder het water
zijn lichaam, zijn hand later rond
het brood, het vlees en het mes ernaast,
zijn billen op de stoel en zijn ogen
Hij kijkt er nog eens naar.
(De doos kijkt niet terug.)
Hij wist het niet, ook niet opnieuw.
| |
| |
maar hij klimt er bovenop
In = om, in = om, in = om!
en trekt zijn kleren aan,
| |
| |
| |
Miroslav Holub
Beknopte beschouwing over exactheid
trekken altijd exact daar heen en exact dan,
vogels een ingebouwd exact tijds- en
beroofd van hun instinct, behelpen zich
met wetenschappelijk onderzoek. Ziehier de kern
moest een kanon afvuren elke avond klokslag zes.
Dat deed hij zoals 't een soldaat betaamt. Toen zijn
exactheid werd getest, meldde hij:
naar de volstrekt exacte chronometer in de etalage
van de klokkenmaker in de stad. Elke dag om zeventien
vijfenveertig zet ik mijn horloge ermee gelijk en
klim de heuvel op waar het kanon klaarstaat.
Om zeventien negenenvijftig exact bereik ik het kanon
en om achttien uur exact vuur ik af.
dat deze wijze van afvuren volstrekt exact is.
Alleen de chronometer moest nog worden onderzocht.
Dus vroeg men de klokkenmaker in de stad naar de exactheid
dit uurwerk is het allerexactst. Stelt u voor,
al jaren wordt hier exact om zes uur een kanon afgevuurd.
En elke dag kijk ik naar de chronometer
en die wijst altijd exact op zes.
| |
| |
En vissen trekken door het water en uit de hemel klinkt
geruis van vleugels, terwijl
Chronometers tikken en kanonnen bulderen.
| |
| |
| |
Miroslav Holub
Beknopte beschouwing over trappen
Sinds mensenheugenis loopt men trappen,
hoewel niemand graag trappen loopt,
noch naar boven noch naar beneden.
Trappen lopen is zelfs zeer
lachwekkend, rechtop of op handen en voeten.
Sommige schepsels weigeren zelfs
trappen te lopen. Dat doen ze
uit onverstand, hoewel niet
trappen lopen vrij verstandig is.
Veel verstandige dingen doet men uit
onverstand. En omgekeerd.
Helaas is het enige alternatief voor trappen
rollen of een omweg nemen,
maar dat strookt niet met de waardigheid
van mens, mensheid en plaatsbekleders.
Zodoende lopen we trappen om onze waardigheid
trappen lopen zeer lachwekkend is.
Heel veel lachwekkende dingen doet men
vertaling: jana beranová
| |
| |
| |
Gerrit Kouwenaar
2 Spreuken van kok
voor lela en hans f
| |
1
doe de krab in een krabpan waarin
kook zout peper kruid kraak nuttig
daarbij radijs rode en witte
| |
| |
| |
2
Kok sprak vereeuwig mij nu
en ik schreef lekkere letters en vrat
| |
| |
| |
Marjoleine de Vos
Krab
bij Kouwenaars ‘2 Spreuken van kok’
In het kookboek stond hoe je een gare krab dient te ontleden: poten losdraaien, staartje eraf, middenschildje aan de onderkant met een mes eruit wrikken, de heerlijke lever, die er modderig bruin uitziet maar een delicatesse is, zorgvuldig uit het pantser schrapen, krabvlees in een schaaltje. Een verrukkelijke krabsalade is een fluitje van een cent.
Op de markt lagen de gekookte krabben in stapels. Een mannelijk exemplaar uitgezocht, heeft het meeste en beste vlees volgens het kookboek (is herkenbaar aan het smalle staartje, vrouwtjes hebben brede).
Krabben blijven wat griezelige gediertes, hoe delicatesk ze ook zijn. Ze symboliseren kanker, ze lijken op grote gepantserde spinnen. Niet raar dus dat degene die de krab in de ijskast legde om daar op de avond te wachten iets als ‘huuu!’ riep. Niet raar, wel overdreven. Zo eng is iets dat al bijna krabsla is nu ook weer niet.
Tegen etenstijd de krab dus maar zelf uit de ijskast gehaald, uit de krant gewikkeld en op het aanrecht gelegd. Kookboek open, instructies nog eens bestudeerd. Vervolgens op de krab af om hem de voorgeschreven poot uit te draaien. Beweegt de krab een sprietje. Trommelt wat met een pootje. Slaat na enige tijd de ongekookte oogjes op en kijkt zonder emotie te verraden rond in de keuken.
Huuu. Zeg dat wel.
En vooral: wat nu gedaan? Het is een zaterdagavond in november, we hebben geen auto om hem terug naar zee te brengen. Vrijlaten in het Vondelpark lijkt geen alternatief. En het kookboek huichelt alleen maar dat de krab al gekookt is, ‘wat een uitkomst is, want het doden van deze dieren kan beter aan een vakman worden overgelaten’. Maar hoe zo'n vakman dan te werk gaat, daarover geen woord.
Op dat moment schiet de poëzie te hulp in de vorm van een gedicht van Kouwenaar. Want ineens weet ik dat die iets dichtte over krab. En dat dat erop neer kwam dat je de krab in krab water moest doen. Iedereen weet dat krabwater moet koken.
Och arm die krab. Hij bloeide op na de verdovende koelte van de ijskast in de warmte van de keuken waar het krabwater begon te stomen. Hij keek steeds nieuwsgieriger, bewoog steeds meer van al zijn pantserpoten, leek steeds minder op krabsalade.
Dit verhaal loopt niet goed af.
| |
| |
‘Kook zout peper kruid kraak nuttig’
Zogezegd zogedaan,
‘de krab geniet’ belooft de dichter. Dat weet ik niet. Op papier misschien wel. De voorgeschreven radijs lieten we weg, de witte wijn niet. Het poten uitdraaien ging net zo makkelijk als het kookboek had gezegd en alles in de krab bevond zich op de voorgeschreven plaats.
Vers, dat zeker.
De dichter ‘schreef lekkere letters en vrat/ geen hap’. Wij wel. Wij zijn maar lezers. Wij vreten woorden en krabben alsof het niets uitmaakt. Het smaakte geweldig.
Dank, dichter, voor uw vers, en u, krab, voor uzelf.
|
|