| |
| |
| |
Michel Waisvisz
Het duel
21 fotoos
foto 1
Wat doe je daar?
Daar heb ik net een van de zes overdekte stellages die op het podium staan onthuld. Het blijkt een putney synthesizer te zijn. Daar maak ik één verbindinkje in en dan hoor je een toontje. Dat toontje gaat de komende minuut een beetje vibreren. Dan wordt langzaam maar zeker een heel kompleks patroontje opgebouwd. Dat blijft zich steeds herhalen. Wanneer het patroontje klaar is blijft het doorlopen. Dan loop ik bij deze putney weg naar de tweede stellage om die te gaan onthullen.
foto 2
Het is een typische laboratorium-stellage, met een oscilloscoop, nog wat apparaten, en een houder waaraan een schermdegen is bevestigd.
Waarom niet alleen een schermdegen, maar ook een houder?
Die houder is een mechanische konstruktie die één degen vasthoudt. Het gaat hier namelijk niet om een duel tussen twee mensen, maar om een duel tussen één mens en een konstruktie. De apparatuur registreert wat er gebeurt met de stroom die door de degen heen gaat, vooral op het moment dat mijn degen de laboratoriumdegen raakt. Is het niet bijna een symbolische strijd tussen mens en techniek?
Staat op beide degens stroom?
| |
| |
Ja. De degens zijn twee polen, eigenlijk twee elektroden. Er is een spanningsverschil van 220 volt, maar met een heel hoge ampèrage zodat op het moment dat de degens elkaar raken een enorme vonk getrokken wordt. Deze ontlading wordt tegelijkertijd via een induktiesysteem hoorbaar gemaakt. Dit is een van de meest elementaire vormen van elektronische muziek - of eigenlijk dit nog niet, maar wat hierna komt.
Want hier ga je van het feit uit dat je uit het stopkontakt een spanningsverschil krijgt dat normaliter via een synthesizer of via allerlei andere apparaatjes wordt omgezet in voor het oor aangename geluidjes, maar hier zijn al die schakelingen gewoon weggelaten. Alleen de polen worden hier met elkaar gekonfronteerd.
Als die degens elkaar raken, wat gebeurt er dan met jou?
Ik ben alleen maar bestuurder. Ik bestuur dit proces. Ik maak zelf nog geen deel uit van de schakeling.
De stroom gaat niet door jou heen?
Nee. Bij een andere schakeling gebeurt dat wel, maar die hebben we bij dit concert niet gebruikt.
Blijf je dan in leven?
Meestal wel. Ik heb wel een projekt bedacht, waarbij ik me zelf opstel in het museum, met een snoer uit mijn broek waaraan een stekker is bevestigd. Ik ga bij een stopkontakt staan met zo'n mooi papiertje ernaast van het museum waarop staat: Objekt Nummer Zoveel, van Kunstenaar Die En Die. Op een regenachtige zondagmiddag komt er dan een ludiek lid uit het publiek naar voren, die het nodig acht de stekker in het stopkontakt te steken. Op dat moment word ik geëlektrokuteerd. Het objekt neemt dan een andere vorm aan, meer in elkaar gezakt.
Wat je hier doet met degens, zou je ook kunnen doen met andere geleiders? Heb je een voorkeur voor degens, voor het schermen? Schermen is toch een oude kunst?
| |
| |
foto 3
Laten we daarvoor naar foto drie kijken. Daar is de onthulling van het derde objekt. Dat is Jaap Schoonhoven, mijn partner, ook min of meer mijn slaaf. Hij lag daar te slapen.
Zo'n onthulling doet ook al denken aan iets met kunst.
Dat is toch niet helemaal waar het om gaat. Die tendens zit wel door het hele stuk heen, maar dat komt omdat het in het museum wordt uitgevoerd, in een kunstprogramma. Het essentiële hier is dat de echte partner onthuld wordt, en daarmee de elektronische muziek in zijn meest elementaire vorm. Elektronika slaat op het systeem: de twee polen die je op de een of andere manier met elkaar in kontakt brengt. Muziek interpreteer ik in dit geval als kommunikatie. En ik denk dat als symbool van kommunikatie twee degens wel het meest adekwaat zijn. Zeker schermdegens, omdat die nooit gebruikt worden met de intentie de ander te doden, maar met de intentie de ander te trainen. Als je met sabels zou werken zou je inderdaad iets krijgen dat wezenlijk anders is. Daarmee zou je inderdaad elkaars hoofd er moeten afslaan. Maar schermen is een training: een training voor het echte duel. Het gaat om het fit houden.
Wat is dan het echte duel?
Dat is de kommunikatie.
foto 4
Jaap Schoonhoven ontwaakt, met enige tegenzin. Hij is nog niet erg aktief. Maar hij wordt goed betaald, dus dat komt wel in orde.
foto 5
Hier staan Jaap Schoonhoven en ik met de degens in de hand
| |
| |
tegenover elkaar. Het is de aanvangspositie, het en- garde. We hebben beiden een handschoen aan zodat de stroom niet door ons heen zal lopen.
Dat zou wel kunnen, in principe?
Ja... (hier volgt een zeer lange stilte in het gesprek) ... geëlektrokuteerd wordt. Dat geeft natuurlijk een extra spanning aan het geheel. De theatrale dramatische spanning wordt kunstmatig opgevoerd.
Nou, is dat nu wel helemaal kunstmatig? Er is toch echt risiko?
Natuurlijk. Maar je zou ook de akteurs kunnen opdragen de dramatische spanning in te voeren. Hier zetten we er gewoon 220 volt op en dan hebben we al dat geleuter over de noodzaak van dertig jaar op de toneelschool zitten niet meer nodig, weet je. En die 220 volt is voor een paar cent per kilowatt-uur te krijgen.
Zie je dit stuk als iets toneelmatigs?
Ja, ik denk dat het ook met theater te maken heeft. Maar ook met ballet. Je kunt het vanuit allerlei kanten benaderen. Ik zou het niet in één naam kunnen vatten. Op de toneelschool wordt ook geschermd. Het heeft daar ook de funktie van training, van lichaamsbeheersing.
Maar het leren schermen heeft ook een andere funktie. In veel klassieke stukken komen passages voor waarin geschermd wordt.
foto 6
Wat helaas niet op een foto te zien is, is het moment waarop de degens elkaar raken. Dan ontstaat er een enorme vonk. Het is te vergelijken met een elektrisch lasapparaat. Je ziet een heel helle flits. Je bent even verblind als je erin kijkt. Voortdurend was er als een soort achtergrond een brom hoorbaar. Dat is de informatie die uit het stopkontakt komt. Als je een luidspreker aansluit, hoor je ook zo'n brom. Het is hele elementaire infor- | |
| |
matie - informatie over de aard of over de vorm waarin de stroom wordt overgebracht. In dit geval ook informatie over de generatoren die de spanning maken.
In elk geval informatie dat er stroom is.
Ik vind dat wel belangrijk. Gewoonlijk wordt geprobeerd deze informatie weg te werken door een omzetting van de brom in een informatie die zogenaamd wèl relevant zou zijn. Deze informatie kan je krijgen door eenvoudig een luidspreker in een stopkontakt te zetten - je moet natuurlijk wel iets aanbrengen tussen luidspreker en stopkontakt anders zou de luidspreker ontploffen. Die informatie nu kan je ook op een veiliger manier, via induktieve weg, verkrijgen, zoals hier. Je hoort dus een konstante brom, behalve op het moment dat de degens elkaar raken en er kortsluiting ontstaat, met een verschrikkelijk gekraak.
Daarbij moet je niet vergeten dat het zich afspeelt voor een publiek.
Ja, het is echt een act. En bovendien moet je niet vergeten dat dit stuk onderdeel is van een heel programma van elektronische muziek met stukken van William York, Misha Mengelberg, Polo de Haas, Ton Bruyel. Mijn act, getiteld ‘Triomf der techniek’, was door een gelukkig misverstand als slot van het concert geprogrammeerd. Het verhoogde de Triomf natuurlijk aanzienlijk.
Het programma was overigens niet zo leuk: allemaal van die echte elektronische piepmuziek, gedacht vanuit geslipte muzikanten en orkestdirigenten. Alleen het stuk van Misha Mengelberg viel daarbuiten. Elektronische muziek wordt nog teveel gezien als een nieuw wondermiddel om nieuwe klanken voort te brengen. Je ziet dan iemand die met gesloten ogen achter de putney zit, die heel langzaam zijn hand aan een knopje brengt, en heel langzaam dat knopje een millimeter verder zet. Dat is weer het oude virtuozendom, deze keer toegepast op een knopje. Ik heb er geen bezwaar tegen als het werkelijk goed gedaan wordt. Daarvoor dien je je te verdiepen in wat elektronika eigenlijk is. Maar dat wordt bijna nooit gedaan.
| |
| |
Wat is elektronika eigenlijk?
Hahaha! Nou, ik denk dat voor zover je daar achter kunt komen, dat het veel te maken zal hebben met groot gekraak en gepiep. Maar ik vind dat we nu op een terrein komen, dat......dat we eigenlijk maar beter even met de volgende foto moeten doorgaan.
foto 7
Jullie treden niet op in toneelkostuums, maar gewoon in jullie dagelijkse outfit. Heb je wel eens de neiging gehad na te denken over presentatie in andere kledij?
Jazeker. We hebben daar over nagedacht. Tenslotte hebben we toch gekozen voor onze dagelijkse outfit. Maar die is dan ook bewust gekozen. Vlak voordat het concert begon had Jaap plotseling een bolhoed op. Nog tijdens de opbouw van de objekten hebben we erover gediskussiëerd. We zijn tot de konklusie gekomen dat we er van af moesten zien, vanwege de mogelijke associaties die er aan bolhoeden verbonden kunnen worden, vanwege allerlei andere dingen die er momenteel met bolhoeden aan de gang zijn... Nee, onze kleding is wèl overwogen. Het is middelmatige kleding: een spijkerbroek, een truitje, een coltrui. Echt ook de kleding van de moderne muzikant. De dagelijkse kleding.
foto 8
Hier zie je de laatste stoot.
Die is raak, hè?
Ja, die is raak. Maar je ziet ook dat Jaap zijn degen uitermate ver van de mijne afhoudt. Het is een beweging die vrij logisch is op het moment dat je geraakt wordt. Het is een poging om jezelf in balans te houden. In dit geval is er echter nog een andere reden. Als we elkaar tegelijkertijd zouden raken, zou het mis gaan.
| |
| |
Als jullie elkaar tegelijkertijd met de degen op het lichaam zouden raken, zouden jullie dood zijn?
Die kans zit erin.
Daar hadden jullie geen zin in?
Nee. Maar het risiko zit erin. Maar daar moet je niet bij... daar moet je niet... daar moet je niet bij stilstaan. Tenminste, ik heb dat niet gedaan.
Jullie hebben niet een opzettelijk risikospel opgevoerd?
Nee, we hebben het risiko niet opzettelijk gezocht. De 220 volt wel, omdat iedereen daar de beschikking over heeft. Het is een gegeven dat iedereen kent. Net zoiets als een toneelstuk gebaseerd op de Bijbel. Je duidt er mee aan dat je het over iets wil hebben waar we allemaal mee te maken hebben, en waar iedereen zich een mening over kan vormen. Wanneer je de Duivels van Loudon zou nemen, een gegeven waar veel minder mensen iets van weten, doe je iets voor een heel kleine groep. Twee degens in een stopkontakt: dat is niet iets wat alleen maar voor behoeft te komen in een klein akademisch kringetje. Iedereen kan op dat idee komen. Iedereen heeft wel eens een schok gehad ook.
foto 9
Het duel is afgelopen. Jaap is neergestoken. Hij verdwijnt zodadelijk onder de lap die ik hier van het vierde objekt afhaal.
Was het toeval dat Jaap het onderspit dierf... of toeval... dat is zo'n moeilijk woord. Dolf. Delfde.
foto 10
Het vierde objekt is onthuld. Je ziet Jaap tussen mijn benen liggen. Je ziet nog net zijn schoen. Hij is zich aan het bewerken met tomatenketchup. Hij is dood. Op het moment dat de strijd afgelopen is, komt er uit het apparaat rechts beneden op de
| |
| |
foto - het apparaat waar de degens met snoeren aan bevestigd zijn - een enorme rookkolom. Er zit een rookbom, die op dat moment door Jaap in werking wordt gezet. Hij drukt vrij duidelijk zichtbaar op een knop.
Dus Jaap doet drie dingen: hij is dood, hij bewerkt zich met tomatenketchup en hij drukt op een knop. En dat alles is duidelijk zichtbaar?
Ja, inderdaad is het vrij goed zichtbaar. Ik denk dat de meeste mensen weliswaar ergens anders op gelet hebben. Maar wie goed gekeken heeft zal het hebben gezien. Het gaat er niet om de dingen overdreven duidelijk zichtbaar te maken, het gaat er om de dingen niet te verstoppen. Het gaat om de werkmethode. We hadden ook in het kamertje achter het podium iemand neer kunnen zetten die daar heel geheimzinnig op een knopje drukt waardoor het apparaat ging roken. Maar we wilden de zaak gewoon zichtbaar laten zien en niet meer mystificeren dan gewoonlijk al gebeurt.
Dat zichtbaar maken heeft ook iets toneelmatigs.
Maar ook iets van een laboratoriumproef die je samen doet, iets van een werkje dat je samen doet. Het stuk is trouwens een deel uit een serie stukjes die je misschien leerstukjes zou kunnen noemen. Als we in de studio aan het werk zijn doen we ook alles zelf. Het zou onzin zijn om op het toneel die funkties over te dragen aan allerlei andere mensen waardoor jezelf de akteur kunt gaan uithangen.
Je hebt twee woorden genoemd: leerstukjes en mystificatie. Moet ik daaruit afleiden dat je wel iets voelt voor de speelprincipes van Bertold Brecht?
Ja.
Wat denk je dat de mensen hier kunnen leren?
Ik denk niet ‘de’ mensen iets te leren. We zijn zèlf bezig hier iets te leren. Dat leerproces wordt zichtbaar gemaakt. En je kan je afvragen of dat een doel moet zijn, of dat het doel ‘kunst’ moet heten of hoe je dat dan ook wilt noemen. Maar het punt is hier, dat ik word uitgenodigd om iets op concerten te doen - ik kan
| |
| |
dat wel afwijzen want van die concertpraktijk kan je doodziek worden. Ik ben in mijn eigen omgeving bezig dingen uit te proberen. Daar ga ik hier mee verder en ik kan het laten horen. Daarvoor krijg ik geld en dat heb ik hard nodig. Want er is erg weinig geld beschikbaar voor dit soort onderzoekingen. Ik moet van de geboden gelegenheden gebruik maken.
Vind je het niet gevaarlijk dat het publiek zich bij zo'n degengevecht gaat identificeren met de spelers - wat Brecht zou willen voorkomen?
Die identifikatie vindt ook wel plaats. Jaap gaat als echte slaaf ook tegen de vlakte. Uit het verdere verloop blijkt echter... maar daar kunnen we het misschien zometeen over hebben, bij de volgende fotoos.
Het essentiële van foto 10 is dat je er de overgang op ziet naar de grote Finale met de gigantische synthesizer. Je ziet die synthesizer al terwijl Jaap daar op de grond ligt en de rook nog opstijgt.
Mag ik nog vragen wat de funktie van de rookbom is?
Dat is de eerste aftakeling van de Techniek, hè.
Dus niet de Triomf der Techniek, maar de Aftakeling der Techniek?
Ja. Er zit een heel duidelijk verloop in het stuk. Het begint met die mooie putney en met een staaltje elektronische improvisatie. Dan die oscilloscoop die ook al staat te funktioneren bij het duel met de machine. Als Jaap sterft begint ook het falen van de techniek. Maar het falen is geprogrammeerd. Er gaat niets echt stuk. Maar laten we doorgaan met de volgende foto.
foto 11
Dit is objekt nummer 4: de gigantische synthesizer. Dit is het klapstuk van de dag: de grootste synthesizer op dat moment aanwezig in het gebouw en misschien wel in heel Nederland. Een moog synthesizer is hier inderdaad niets bij. Dit is een revolutionair meesterapparaat met een enorm geheugen, talloze
| |
| |
kanalen en schitterende mogelijkheden. Hierop ontstaat dan ook een elektronisch meesterwerkje. Dat werkje werd trouwens al ingezet tijdens de vorige scene. Het is afkomstig van een bandje dat afgespeeld wordt op de recorder die je links van mijn linkerbeen ziet staan.
De synthesizer bestaat uit kartonnen dozen die we beschilderd hebben. Vooral Jaap is hierbij zeer aktief geweest. Het enige elektronische, of liever elektrische, is de kerstboomverlichting met vele knipperende lampjes. Dat kan je hier nog niet zien.
Waarom zitten er toch van die knipperende lampjes op een moog?
Dat is allemaal onzin, volkomen overbodig. Maar het ziet er fantastisch uit. Het heeft waarschijnlijk te maken met het principe van de oude uitvinders: je moest wetenschappelijk bewijzen wat je had gevonden. Je moest bewijzen dat er elektriciteit was, bijvoorbeeld door het voelbaar te maken. En later door het zichtbaar te maken: er werden wetenschappelijk aandoende metertjes gemaakt. Tegelijkertijd werd de elektriciteit ingekapseld in fantastische kasten zodat je er niet meer bij kon. Elektriciteit werd zogenaamd gevaarlijk. Het enige wat hier op het podium staat is die grote kartonnen kast met al die knipperende kerstboomlampjes, met al die prachtige knoppen. De elektrieiteit is al aan de orde geweest, eerder in het stuk, bij het duel. Wanneer ik nu aan de imaginaire knopjes begin te draaien, zet ik met mijn voet de bandrecorder in werking. Dan wordt er een stuk nagemaakte elektronische muziek ten gehore gebracht. Het is muziek die ik met de stem heb nagemaakt en in verschillende lagen heb ingedubd. Zo van: tuut-piep tuut piep tuut. Heel kunstzinnig. Op een gegeven moment hoor je ook een tophit: tok toktik tok tik tik tik. Maar je ziet de situatie steeds moeilijker worden. Er ontstaan steeds meer problemen. Op foto 11 gaat het al niet meer vanzelf.
foto 12
Links onder op de foto zie je Jaap Schoonhoven met een tube tomatenketchup in zijn hand. En, nou goed, daar sta ik dan, ik
| |
| |
haal allerlei halsbrekende toeren uit met het meesterapparaat. Intussen is de muziek steeds luider en luider geworden.
foto 13
En dan hebben we hier een close-up van de grootste synthesizer ooit in Nederland vertoond.
Ja.
Wat zijn die witte draden?
Dat zijn de verbindingen tussen de onderdelen. Ze zijn van henneptouw. Je ziet op deze foto dat er al het een en ander is misgegaan. Het rechterdeel in de synthesizer is al een aanzienlijk aantal graden verdraaid. De muziek is ook erg luid geworden.
De muziek is zeer luid geworden.
Het is een ontzettend gegil geworden, echt kabaal.
Wat ben je hier aan het doen?
Ik probeer er achter te komen wat er misgegaan is. Het is natuurlijk allemaal ingestudeerd.
foto 14
Dit is inderdaad het definitieve einde. De synthesizer slaat tegen de vlakte, over de apparatuur van Steim heen. Er gaat heel wat kapot. Even later geef ik een schop tegen mijn putney van f 4000,- die dan over het podium dondert. De echte kenners reageerden dan ook erg verschrikt. ‘Hé, wat gebeurt er nu?’ De oscilloscoop die hier nog midden in het beeld staat gaat er ook aan.
Je bent niet erg gesteld op de putney? Je vond dat hij terecht straf kreeg?
Nee, ik ben niet erg gesteld op de putney. Ik vind het een vervelend apparaat. Even na deze foto valt de linkerdoos over de
| |
| |
scoop, ook een duur instrument. De fotograaf vond het nodig om dat apparaat te redden, daarom is daar geen foto van. De fotograaf wist niets van het gebeuren af, hij wist niets van de ontwikkeling van het spektakel, dat zich hier heel snel afspeelt. Deze passage nam niet meer dan vijf minuten in beslag. De fotograaf heeft toch heel erg snel gereageerd en steeds de essentiële ogenblikken weten vast te leggen. Hij heeft maar één moment gemist.
foto 15
Hier heb je een goed overzicht van de situatie aan het einde. Je ziet in het midden het statief waarop de putney stond. Op de voorgrond zie je de omgevallen dozen: Japie is helemaal bedolven. Achter, waar eerst de grote synthesizer stond (de Triomfator), is nu objekt nummer 5 zichtbaar geworden: een kerstboompje. Daaronder staat een kleine cassetterecorder. Daar zit een bandje op - maar dat is echt een inside-grapje - met muziek van Eric Dolphy, Misha Mengelberg en Han Bennink. Het stuk heet: ‘Hyppochristmastreefus’.
Heb je daar een mikrofoon in je hand? Of een pilsje?
Een namaak-mikrofoon, bestaat uit een w.c.-rol met daaromheen de rest van de klos henneptouw. Dat touw loopt naar de kerstboom. Ik sta op tussen de rotzooi om.... ja, eigenlijk om nog iets te zeggen. Ik moet nog proberen iets duidelijk te maken. Ik loop naar het publiek toe. Een ogenblik later zal blijken dat ik daardoor de kerstboom omver trek. Ik kan me natuurlijk met deze mikrofoon niet verstaanbaar maken. Ik draai me dan om, leg de mikrofoon neer, en dan wordt de finale ingezet: de grandioze wederopstanding van Japie. Het spel is uit. Jaap heeft zijn best gedaan. We kunnen nu ophouden en Jaap kan lekker onder die doos vandaan komen, zoals je ziet op foto 16.
foto 16 & 17
Jaap Schoonhoven ziet er slecht uit!
| |
| |
Dat komt natuurlijk door die tomatenketchup. Zoals je ziet houdt Jaap het spelletje nog even vol.
Waarom raap je hem op?
Nou kijk, we hebben nu ons toneelstukje, onze act, voltooid, en....
Dan kan hij toch ook wel zelf opstaan? Zit er iets van liefde in?
Er zit een ontzettend grote liefde in, omdat Jaap een heel aardige jongen is. Maar hij lag nogal erg bedolven onder de dozen. Hij kon er alleen maar met moeite onderuit komen. Het had wel gekund dus, met een beetje moeite, maar hij blijft inderdaad nog èven liggen, omdat hij zijn rol nog èven doorspeelde.
foto 18
Dat zie je duidelijk op foto 18, ik moet hem hier in zijn rol zelfs nog even ondersteunen. Op de voorgrond zie je de apparatuur van Steim, waarvan toch nog wel het een en ander overeind is blijven staan.
Heb jij iets met Steim te maken?
Alleen in de zin van dat ik er veel aan diskussies heb deelgenomen. Verder is er nog niet veel gebeurd. Maar dat gaat misschien nog wel veranderen.
Was de Steim-organisatie wel tevreden over de behandeling van haar apparatuur?
Nou, we hebben geen klachten gehad. Er is niet echt veel kapot gegaan. Er waren leden van Steim in de zaal, met name William York en Misha Mengelberg. Misha was wel te spreken.
foto 19
Jaap krijgt hier zijn rehabilitatie. We buigen voor het publiek, en zometeen buigen we nog een keer voor de fotograaf, en dat is dan meteen de laatste foto.
| |
| |
foto 20
Kan je nog iets vertellen over de historie van het stuk?
Het is voor de eerste keer opgevoerd in Londen in augustus 1972, op het International Carnaval of Experimental Sounds, al had ik er daarvoor al heel lang over nagedacht. Het was een slecht festival met bovendien een slechte organisatie. Maar weinig van de aangekondigde groepen hebben er gespeeld. Dit stuk viel er nogal op, maar dat was niet moeilijk. Er was heel veel elektroniks waarbij klavieren werden gebruikt, en waarbij het geluid op een bijna fascistische manier werd opgeblazen. Of het was urenlang toontjes maken geblazen. De hele Amerikaanse club was er vertegenwoordigd. In de v.s. zijn veel universiteiten met een eigen studio, er is veel geld. Daar zitten nogal wat geflipte studenten die in de studio's blijven rondhangen en er allerlei magische geluiden moeten maken. De moog synthesizer is hun wondermiddel. Ze maken er een druilerige, langdradige muziek mee. Ze gebruiken de 1 Ching, John Cage en allerlei ideeën daaromheen, vaak erg pretentieus. Ze maken bijvoorbeeld een stuk voor twee saxofoons en twee putneys, met een enkel toontje, een kleine modulatie, een enkele piep. Dat wordt dan voorafgegaan door een gesproken uitleg van een half uur, waarbij het publiek natuurlijk gewoon wegloopt. Daar kwam ik tussenin met dit stuk, zij het met veel moeite. Ik begon met een solo op de putney, heel kort en bondig na al dat gezeur: bijna een demonstratie. Op een gegeven moment kwam er iemand van achter uit de zaal naar voren, heel elegant, met het jasje over zijn schouder, een heel lange, magere man. Hij vloekte, tierde en schold - ook nog in het Nederlands! ‘Wat is dit nu voor kankerherrie, voor lawaai! Die moderne muziek moeten ze afschaffen! Verbieden!’
Hij had twee handschoenen aan. Toen de organisatie hem eruit wilde gooien, gooide hij mij een van de twee handschoenen toe, die ik natuurlijk meteen aannam. Toen begon het duel - de organisatie kreeg het toen eindelijk een beetje door. Het duel eindigde onbeslist. Dat was de eerste opvoering.
Verder oefen ik ermee met de leerlingen op de Academie.
| |
| |
In Rotterdam, in De Lantaarn, heb ik een kort duel opgevoerd met Misha, waarbij bleek dat ik er veel meer in getraind was. Uiteindelijk won Misha toch, want hij gaf me met de blote vuist een klap op het hoofd, waarna ik meteen onderuit ging. Met Willem Breuker in Brussel ging het weer heel anders, want daar viel de spanning uit. Dat was natuurlijk meteen een kolfje naar Willem's hand. Hij begon meteen luidkeels te schelden van lul, jongen, beginnen we nog - enzovoorts.
foto 21
Hé, wat is dat nog voor een klein fotootje?
Die foto is veel later genomen. De fotograaf heeft hem op een ander formaat afgedrukt omdat hij dacht dat het er niet meer bijhoorde. Maar natuurlijk hoort deze foto er wel bij. Want de persoon die hier lachend naast me is komen staan is Misha Mengelberg. Ik heb met hem diskussies gehad over kerstbomen, lichtjes in kerstbomen, enzovoorts. Op die manier heeft hij zo het een en ander te maken gehad met het ontstaan van de ideeën.
| |
| |
| |
| |
Environment
| |
| |
Overzicht Language Pieces
| |
| |
| |
| |
Handboek
Hoofdboek
| |
| |
| |
| |
236 Pronounceables
| |
| |
| |
| |
| |
| |
| |
| |
Iceland Report
|
|