existentialisme (‘Je ne suis pas existentialiste. En effet, pour un existentialiste, l'existence précède l'essence. Pour moi, il n'y a pas d'essence’). Hij stopt ook plotseling met schrijven, en vertaalt Strindberg (Erik xiv, Frôken Julie).
In die dagen heeft Jean-Hugues Sainmont, afgunstig op Breton, enkele belangrijke kunstenaars rond zich verzameld: de cineast René Clair, de schilders Dubuffet, Max Ernst en Marcel Duchamp, de schrijvers Queneau, Leiris, Ferry, Prévert e.a.
Sainmont noemt zich nu Sandomir en publiceert een Opus ‘Pataphysicum, geïnspireerd op Jarry. Hiermee is het Collège de ‘Pataphysique’ geboren en al brengt het buiten de naam niets nieuws, het verenigt in ieder geval enkele mensen die op het gebied van de humor schitterend werk verrichten. Wanneer Vians L'équarrissage pour tous (De vilderkunst voor allen) uit 1946, in 1951 door Reybaz in de Noctambule wordt opgevoerd, dringt het enorme schandaal ook tot het Collège door. Kort daarop sluit Vian zich bij de groep aan en vormt met Queneau en Marcel Duchamp het driemanschap dat zich bezighoudt met de Commissions des questions de probabilité, des Solutions Imaginaires en met de Infinitésimaux et leptomologies, mathématiques et sciences exactes. Eindelijk breekt de mathematische logistiek van Korzybski in Frankrijk door, zij het nog in beperkte kring, samen met de methodes van Lukasiewicz (Philosophische Bemerkungen zu mehrwertigen Systemen), Tarski en de déterminante Wrosnki (Korzybski's boek verscheen in 1933. Rond 1939-40 verschenen enkele artikels erover te Amsterdam, van de hand van P.H. Esser en R.L. Krans. Van 1955 af brak Korzybski definitief door. Alain Resnais, Pierre Kast, Queneau, Linard, Horovitz, Delahaye, William Burroughs e.a. zetten het werk dat Vian met L'arrache-coeur begon, voort).
Ondertussen gebeurt er iets vreemds. Terwijl Noël Arnaud L'automne à Pékin uitroept tot pataphysische handleiding, heeft Vian zich met L'herbe rouge en L'arrache-coeur reeds gedistantieerd van zijn vroeger werk, dus in feite ook van de pataphysica. In hoeverre de evolutie van Vian tot een definitieve breuk met het Collège zou geleid hebben, is moeilijk met zekerheid te zeg-