Proeve van oudheid-, taal- en dichtkunde
(1775)–Anoniem Proeve van oudheid-, taal- en dichtkunde– Auteursrechtvrij
[pagina 319]
| |
Op eenen onbedachtzamen zeetogtGa naar voetnoot(*).
Hoe dwaalt de mensch in zijn verstand,
Die onbedachtzaam steekt van land;
En, met zijn welvaart niet te vreê,
Een ydle welvaart zoekt ter zee;
Daar niemand wel of beter vaart,
Als, die, gerust, by eigen haart,
Met zijn beroep en staat vernoegd,
Zich naar den wil des hemels voegt;
En denkt: Vaar vry, o dwaas gezel;
Al vaar ik niet, 'k vaar echter wel.
|
|