Proeve van oudheid-, taal- en dichtkunde(1775)–Anoniem Proeve van oudheid-, taal- en dichtkunde– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 316] [p. 316] Op een canarievogel. Vrolijk zangertje, orgelkeeltje! doet gy dus uw hemelwijs Op 't geluid van myne snaren wedergalmen? welk een' prijs Zal ik zetten op uw toontjes, die de kunst beschaamd doen staan? Wie toch leerde u, deze klankjes uit uw teder keeltje slaan? Dit doet gy me ontwakend vragen, als de vroegste morgengloed Aan 't azuur begint te bloozen, wijl gy 't ryzend licht begroet: Dan vermeldt gy reeds uw Makers wondre magt en Majesteit, Die u dezen vroegen lofzang zelf heeft in den mond geleid. Mogt ik ook uw voorbeeld volgen, en, gelijk een dankbaar kind De eer van mynen grooten Schepper roemen, eer de dag begint! J.v.E. Vorige Volgende