Princesse Liet-boec
(2007)–Willem Reyers de Lange, Anoniem Princesse Liet-boec– Auteursrechtelijk beschermd[Polexena en Hecuba] [vertaling]Polexena clacht over haer sterven /Ga naar voetnoot900 Op de
Voyse: Den ouden man.
SEer clachtich vol doleurenGa naar voetnoot901
Hertsweer / verdriet en pijn
Wat gaet my nu ghebeuren
Het Jonghe leven mijn
Dat moet ghedoodet zijn.
O Griecken wat wildy wreken?
Aen een onnoosel maecht /Ga naar voetnoot902
Dat ghy my wilt doorsteken
Mijn hert is onvertsaechtGa naar voetnoot903
Het moet Godt zijn gheclaecht.
Als het ymmers moet wesen /Ga naar voetnoot904
Soo doet het metter spoet /
Waer voor soo wildy vreesen /
Stort vry het edel bloet /
Alst ymmers wesen moet /
Ick schey van deser ervenGa naar voetnoot905
Och moeder hooch vermaertGa naar voetnoot906
Ick sou soo heuchlijck sterven
Waer u hert niet beswaert /
Dat is dat my vervaert.Ga naar voetnoot907
Van hier ick moet vertrecken
Maer wilt mijn doot lichaem?
Niet eenichsins bedecken
Met eenich schant off blaem
Dat waer my aengenaem.
Geeft het mijn Moeder clachtich
Dat zijt ter Aerden sent /
| |
[pagina 54]
| |
En met tranen seer clachtich:
Balsemt seer pertinent.Ga naar voetnoot908
Dat bidde ick u present.Ga naar voetnoot909
Een costelijck graf verheven
Van silver of goude root /
Soo sou sy myn na dit leven
Ghejont hebben mingoot /Ga naar voetnoot910
Voor mijn Lichaem seer bloot.
Maer nu soo sal eylacyGa naar voetnoot911
Mijn doot werden beschreyt /
U hert vol turbacy /Ga naar voetnoot912
O moeder weest bereyt
Myn Lichaem nu verbeyt.Ga naar voetnoot913
Prince
O Princen ende heeren /
Wilt toch myn lichaem reeGa naar voetnoot914
Mijn Moeder presenteeren /
Dit is mijn leste bee /Ga naar voetnoot915
Die ick tot u oyt dee.
FINIS.
Hecuba, claecht over die doot van haer doch-
ter Polexena Op de stem / dame d'honneur.[melodie]
O Droefheyt snoot /Ga naar voetnoot916
Hoe gaet ghy my persequerenGa naar voetnoot917
Een rijck seer groot /
Dat plach ick te regeeren
Troyens ghewelt / en al zijn groote cracht /Ga naar voetnoot918
Dat is ghevelt / en wy zijn nu veracht.
Och dochter soet // leght ghy nu hier verslaghen
Het herte moet /
Bersten ick kant niet verdraghen /
Ghy waert myn troost
Ende myn leste vreucht /
O crancke propoostGa naar voetnoot919
Ick sterf van ongheneucht.Ga naar voetnoot920
O swaer verdriet /
Wat comt my nu te vooren
Wat mijn gheschiet /
Mijn man heb ick verloren /
| |
[pagina 55]
| |
Mijn soonen al zijn berooft van haer lijf /
Int aertse dal / noyt gheen bedruckter wijf.
Die lesten hoop // waert ghy dochter verheven
Fortuynes loop /Ga naar voetnoot921
Heeft u ghenomen het leven / Achilles wreet /
Die doet my dese pijn / dat ick dus leet /Ga naar voetnoot922
Van myn kinders moet zijn.Ga naar voetnoot923
Had ick u toch /
Alleen moghen behouwen:
Soo sou my noch /
Eenighe troost verdouwen /Ga naar voetnoot924
Maer ghy syt doot
En leght hier in u bloet /
U wonden root /
Ick nu ter tijt sien moet.
U Coninckrijck
Mach u nu al niet baten /
Seght toch wat lijck /Ga naar voetnoot925
Salmen u achter laten?
Van goude schoon /
Seer costelijck verciert
Marbor ydoon /Ga naar voetnoot926
Oock seer wel ghemaniert.Ga naar voetnoot927
Wat wil ick veel /
Hier af nu gaen vermanen?Ga naar voetnoot928
O dochter eel /
Anders niet dan myn tranen
Sal u graf zijn /
En myn bedroefde hart /
Dat sal seer fijnGa naar voetnoot929
U begraven vol smert.
O Prince Godt /
Hoe gaet ghy my dus beproeven
Allemans spotGa naar voetnoot930
Ick mach my wel bedroeven /
Ist u begheert / so haelt my uyt dees druck /
Soo declineert / alle myn ongheluck.Ga naar voetnoot931
|
|