Waar is onze verslaggever?
De laatste dichters tour, 14 mei, Nighttown, Rotterdam
Vraag een gemiddelde voorbijganger waar hij/zij aan denkt bij het woord hiphop, en tien tegen één dat het antwoord zal luiden: schreeuwerig, vrouwonvriendelijk, macho en éénheidsworst. Inderdaad kan met de huidige ‘urban’-golf die over ons land raast de tv niet meer worden ingeschakeld zonder dat onderling inwisselbare videoclips voorbijkomen waarin vrouwelijk schoon slechts sporadisch wordt bedekt, street slang en kermishorloges oren en ogen doen duizelen en auto's niet beeldvullend genoeg kunnen zijn. De hiphop-scene is één groot schoolplein van onhandelbare pubers geworden, zo lijkt het wel. Tijd dus voor een lesje échte hiphop, van de enige echte godfathers van het genre, dat toen nog geen naam had: The Last Poets uit New York.
Abiodun Oyewole, Umar Bin Hassan en congaspeler Don ‘Babatunde’ Eaton. Aanleiding voor hun bezoek aan de lage landen was het boek van Christine Otten, over hun leven en werk (zie recensie op p. 33). Ter viering en presentatie van dit staaltje faction-vakmanschap reisden de enige echte Poets af naar een vijftal steden in den lande, waaronder Rotterdam, hét broeinest van onleefbaar populisme en multiculturele dramatiek bij uitstek, waar deze nog immer politiek bewuste dichters zich als een vis in het water moeten hebben gevoeld. Het publiek dat die avond de kleine zaal van Nighttown bevolkte gaf immers net zo'n kleurrijke dwarsdoorsnede van de bevolking als the Big Apple zelf, die andere smeltkroes aan het water.
Al was het de vraag of iedereen ook echt voor de Poets was gekomen. Zouden de grijzende vijftigers, compleet met gestage tred, in staat zijn het veelal jonge publiek voor zich te (her)winnen, in een totaalprogramma met onder meer resident soul queen Tasha's World, die haar thuiswedstrijd met verve speelde? Welnu, deze twijfel leek bij de dichters zelf geheel niet te bestaan. Sterker nog, ze doorspekten hun optreden met verrassende lichtvoetigheid en onderonsjes met elkaar en de zaal die de lachspieren goed losmaakten. Waren dit nu die bloedserieuze Last Poets, de Black Panthers van de poëzie, die zongen over revolutie? Jazeker, en ze voelden zich thuis. Met de routine van een jarenlang getrouwd stel deelden ze zogenaamd vileine één-tweetjes uit, of gaven gevatte wendingen aan een serieuze opmerking. Maar natuurlijk waren ze niet alleen gekomen om lol te trappen. Het ging die avond opnieuw over ‘grenades in their eyes’, ‘this is madness’ en ‘the streets are calling’. Rauwe poëzie over liefde en geweld. Zoals Shakespeare al zei: ‘Here's much to do with hate, but more with love’. De woede, de waanzin en de wanhoop, vertolkt door middelbare grappenmakers die hun talrijke toehoorders volledig inpakten.
Net als op een standaard hiphopavond eigenlijk, waar stoere mannen met een microfoon helden kunnen worden. Wat dat betreft is er niet veel veranderd. Des te opvallender was het dan ook dat de rest van het programma grotendeels werd gedragen door een aantal stoere vrouwen: zangeres Dee (wier spannende soul de hiphop van Krewcial en dj Gus verrijkte), schrijfster Christine Otten, spoken-word artiest Neske Beks (die een laaiend enthousiast onthaal kreeg voor haar afwisselende, spitsvondige en warme performance) en de eerder genoemde Tasha. Deze dames zorgden voor een aangenaam tegenwicht in de nog altijd door mannen gedomineerde dichters/zangers/performers-wereld. Daarmee waren ze ook het levende bewijs dat de invloed van de Poets, met hun pleidooi voor gelijkheid, wel degelijk ook een politieke kan zijn. Organisator Paradiso heeft bewezen de boodschap van deze dichtersgroep niet alleen in woord maar ook in daad recht te doen.
Was het dan allemaal zo politiek correct die avond, en hebben de Poets bouncend Nederland inderdaad een lesje geleerd? Op het einde leek het niemand echt meer iets uit te maken. Er was alleen nog de swingende bootyfunk van de Trackaddicts (compleet met lofzang op de feminiene derrière), waarop artiesten en publiek tezamen de nacht in dansten. Feest, dus. Zoals het hoort when the revolution comes... but until then, you know, and I know, niggers will party and bullshit, party and bullshit... de Poets incluis. Ze hadden het zelf niet beter kunnen bedenken.
Maarten Das
vlnr Umar Bin Hassan, Abiodun Oyewole, Don ‘Babatunde’ Eaton uit de Bill Adler Archives